De Gids. Jaargang 2
(1838)– [tijdschrift] Gids, De– AuteursrechtvrijDe Gids. Nieuwe Vaderlandsche Letteroefeningen. G.J.A. Beijerinck, Amsterdam 1838.
-
gebruikt exemplaar
exemplaar universiteitsbibliotheek Leiden, signatuur: V 14
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens enkele hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van de tweede jaargang van De Gids uit 1838, in drie delen: ‘Boekbeoordeelingen’, ‘Mengelingen’ en ‘Wetenschappelijke Bijdragen’.
redactionele ingrepen
eerste deel (‘Boekbeoordeelingen’)
p. 604: het foutieve paginanummer 640 veranderd in 604
p. 668: om de stemsoorten aan te geven staan in de tekst letters met streepjes erboven, deze letters zijn in deze uitgave vet weergegeven: ‘viele Soprane erreichen nur mit Mühe g und a, nur eine kleine Anzahl kann mit Leichtigkeit bis zu h und c steigen.’
tweede deel (‘Mengelingen’)
p. 350: onleesbaar woord, [..] neergezet: ‘Zij was eene dier bevallige blondines, .... weinig sprekend, maar veel [..]acht schoon; veel blozend inkarnaat, veel schitterend wit’.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (eerste deel, p. IV; derde deel, p. IV) zijn niet opgenomen in de lopende tekst. De ‘Errata’ van het eerste deel op p. VIII en het derde deel op p. VI zijn doorgevoerd, van de opmerking over p. 101 is een noot gemaakt bij deze pagina. De errata voor p. 56 van de ‘Mengelingen’, slaat niet op p. 56 maar op p. 46.
[eerste deel pagina ongenummerd (p. I)]
DE GIDS.
[eerste deel pagina ongenummerd (p. II)]
Gedrukt bij C.A. Spin.
[eerste deel pagina ongenummerd (p. III)]
De gids.
Nieuwe
Vaderlandsche Letteroefeningen.
Boekbeoordeelingen.
Tweede Deel.
Te Amsterdam,
bij G.J.A. Beijerinck.
1838.
[eerste deel pagina ongenummerd (p. V)]
INHOUD.
Boekbeoordeelingen.
Blz. | |
---|---|
Aa, (A.J.v.d.) Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden | 407. |
Adriaan en Margaretha of de Heldendood van Sebastiaan de Lange | 554. |
Almanak voor het Schoone en Goede, voor 1838 | 219. |
Almanak voor Hollandsche Blijgeestigen, voor het Jaar 1838 | 221. |
Almanak, (Nieuwe) voor Blijgeestigen | 221. |
Almanak ter bevordering van Kennis en Goeden Smaak, 1838 | 53. |
Almanak, (Miniatuur) 1838 | 55. |
Almanak (Overijsselsche) voor Oudheden en Letteren | 209. |
Alphen; (Mr. H. van) Dichtwerken volledig verzameld | 559. |
Arend (J.P.) Bloemlezing uit de Werken van Pater Abraham van St. Clara | 555. |
Arends (Friedrich) Geschiedenis der Watervloeden aan de Kusten der Noordzee sedert den Cymbrischen Vloed tot en met 1830 | 122. |
Basil-Hall, Zee- en Landreizen | 391. |
Beckford, Esq. (W) Vathek, eene Arabische Vertelling | 88. |
Beets (Nicolaas) Parisina en andere Gedichten van Lord Byron | 490. |
Bemmelen, (A. van) de Geschiedenis der Maccabeërs, in hare veelzijdige belangrijkheid voorgesteld | 11. |
Bergh (Mr. L. Ph. C. van den) De Nederlandsche Volks-Romans | 140. |
Berkum (H. van) Gedichten | 336. |
Bitaubé, Jozef | 44. |
Blairs Lessen over de Redekunst door Mr. B.H. Lulofs | 512, 587. |
Bosch (J.C.J. van den) De Koninklijke Wurtembergsche School van Landhuishoudkunde te Hohenheim | 550. |
Boeles, (P.) De Woorden des Eeuwigen Levens | 14. |
Bomhoff, Hz. (D.) Engelsche Beknopte Spraakkunst | 544. |
Boon (A.H. van der) Mesch, Redevoering over Humphrey Davy | 38. |
Bräm, (A.) Blikken in de Wereld-Geschiedenis en hare Leiding | 119. |
Bray, (Mrs. A.E.) de Graaf van Foix of de aangenomen Zoon | 45. |
Brouwer (P. van Limburg) Histoire de la Civilisation morale et religieuse des Grecs | 337. |
Brouwer (P. van Limburg) Diophanes | 601. |
Brugsma (B.) Zangoefeningen voor Scholen en School-Onderwijzers-Gezelschappen | 427. |
Bruyn (J. van Oosterwijk) De Boertige Zangster | 392. |
Buddingh (D.) Edda-leer of Handboek voor de Noordsche Mythologie | 1. |
Bulletin des Sciences physiques et naturelles en Neerlande | 548. |
Busch, (F.) Handleiding tot het geven van huisselijk onderrigt | 617. |
Calliopé | 155. |
Christelijke opleiding op de lagere scholen in ons Vaderland | 49. |
Christemeijer, (J.B.) Landelijk Schoon in het Sticht van Utrecht | 331. |
Christemeijer, (J.B.) Het Lustoord tusschen Amstel en Grebbe | 331. |
Corstius, (J.) De Wandel met God in de Gemeenschap met onzen Heer Jezus Christus | 113. |
Costerus, (P.J.) Iets over Vaderlandsliefde | 646. |
Cramer, (A.M.) Het Leven en de Verrigtingen van Menno Simons | 216. |
Damsté, (R.) Geschiedkundige Beschouwing van het Geloof aan een Leven na dit Leven | 345. |
Dichtstukjes, (Nieuwe Kinderlijke) vooral ten dienste van Burgerscholen en Huisgezinnen; door den Schrijver der Kinderlijke Gebeden | 438. |
Dresselhuis, (H.C.) Prins Robert van Artois | 614. |
Dresselhuis, (J. ab Utrecht) De Provincie Zeeland in hare aloude gesteldheid en geregelde vorming beschouwd | 233. |
Dusseau, (P.J.V.) Gedichtjes voor de Beschaafde Jeugd | 441. |
[eerste deel p. VI]
Engelen, (Mr. A.W.) Wandelingen door Brussel en een gedeelte van Belgie in 1836 | 42. |
Episoden uit het eerste Regeringsjaar van Graaf Willem I | 535. |
Euthymia. Bijdragen uit het gebied der Zede- en Letterkunde, Eerste Stuk | 104. |
Fabelen en Gedichtjes voor Kinderen | 444. |
Flora, zesde Jaargang | 277. |
Friedrich (Dr. G.) Serena, of het Meisje bij hare intrede in de Wereld | 330 |
Gebruik (Het) en de Waarde der Evangelische Gezangen verdedigd | 553. |
Gedenkschriften van eenen Kobold | 330. |
Gérard, De van Loevesteyns en de Bertrands | 559. |
Geel, (J.) Onderzoek en Phantasie | 461, 521. |
Gelpke, (A.H.C.) Over het Wondervol ontstaan van den Mensch uit een eitje | 275. |
Greb, (F.H.) Gedichten | 111. |
Greuve, (F.C. de) Brieven in antwoord op de brieven van den Hoogleeraar Ph. W. van Heusde | 498. |
Grierson (Ms.) Pierre en zijn huisgezin | 330. |
Grierson (Ms.) Jerusalem Verwoest | 501. |
Groebe, (D.) Verhandeling over Graaf Floris V | 57. |
Grootheid en Val der Heeren van Arkel | 487. |
Hacke, (M.) Eenige Bijbelophelderingen | 225. |
Hage, (J. van den) de Schaapherder | 615. |
Hall, (H.C. van) Oratio de Neerlandia, Historiae Naturali excolendae idonea | 328. |
Hall, (H.C. van) De Volmaaktheden van den Schepper in zijne Schepselen beschouwd, ten vervolge op de Redevoeringen van J.A. Uilkens | 611. |
Halmael Jr. (Mr. A. van) Mathilda en Struensee, Treurspel | 95. |
Harderwijk, (Isak van) Geschied- en Letterkundige Bijdragen | 137. |
Hauff, (W.G.) Zes kleine Naspelen bij het uitgaan der Zerk | 422. |
Hecker, (W.) Dichterlijk Mengelwerk | 28. |
Hees van Berkel (Mr. J.J.) Beschouwing der Vroegere Wetgevingen omtrent den Handel in Nederland | 458. |
Heller, (W.) De Verovering van Jeruzalem | 558 |
Hettema (Jhr. Mr M.) en R.R. Posthumus. Onze Reis naar Sagelterland | 77. |
Heijse, (J.C.A.) Nieuwe Hoogduitsche Spraakleer | 544. |
Hoeufft, (Mr. J.H.) Proeve van Bredaasch Taaleigen | 357. |
Hoop (A. van der), Het Klaverblad. Oorspronkelijke Verhalen | 363. |
Hoop (A. van der), La Esmeralda. Een Verhaal | 40. |
Huët, (D.T.) Tweede viertal Leerredenen | 505. |
Jaarboekje voor de Provincie Overijssel | 211. |
Jager, (A. de) Taalkundig Magazijn, II Deel. 4de Stuk | 107. |
James, Esq. (G.P.R.) Maria van Bourgondië of het Oproer van Gend | 193. |
Jonkhert, (J.) Vervolg op de Beginselen der Hoogere Meetkunst | 281. |
Kate, (J.J.L. ten) Parisina; een Verhaal naar Lord Byron | 490. |
Kate, (J.J.L. ten) en S.J. van den Bergh, Oden van Anakreon | 376. |
Laurance, (John) Geologie | 570. |
Ledeboer, Az. (L.V.) Gedichten | 504. |
Leesboek, (Zedekundig) voor Vrouwen | 49. |
Levend-begraven, (Iets over het) en de Lijkhuizen als middel ter voorkoming van hetzelve | 168. |
Mancini, (J.B.) Onderrigtingen en wenken omtrent het kunstmatig zingen | 667. |
Manuel moral ou receuil de 67 maximes | 547. |
Maria van Egmond | 540. |
Marryat, (Kapitein) Jacob Eerlijk | 665. |
Mees, (W.C.) Proeve eener Geschiedenis van het Bankwezen in Nederland | 596. |
Menschen-Bestemming en Levensgenot | 167. |
Merle d'Aubigné (J.H.) Geschiedenis der Hervorming in de 16e Eeuw | 449. |
Möller, (W.) Liefde en Waarheid | 429. |
Mulder, (J.A.) Aanteekeningen en Waarnemingen van Ricord | 19. |
Neven,(De) Blijspel in vier Bedrijven | 257. |
Noodt, (Mr. W.A.) Gedichten | 504. |
Noordsche Bloemen. Uitgelezene Verhalen van M. Sagoskin, A. Bjelkin, Th. Bulgarin en Nareschni | 612. |
Oordt, (J.F. van) Een werkdadig en weldadig Leven; in verband met den dood. Leerrede over Hand. IX. 36b en 37a | 165. |
Perceval. Volks-Natuurkunde van den Mensch; uit het Engelsch door H.B. van Horstok | 561. |
Perk, (Mr. C.H.) Pleitrede voor Elias Koster | 65. |
[eerste deel p. VII]
Pichler, (C.) De Herovering van Ofen | 109. |
Pinto, (Mr. A. de) Handleiding tot het Burgerlijk Wetboek | 273. |
Poll, (Mr. J. van de) Verdediging van Mej. H.J.C. Leurs | 22. |
Pythagoriana; verzameling van Staats-, en huishoudkundige lessen en voorschriften van den wijsgeer Pythagoras | 671. |
Radijs, (A.) Opwekkingen en raadgevingen in den omgang met lijdenden | 181. |
Reagentiën-Tafel voor de belangrijkste Zuren, die in de Geneeskunde voorkomen | 329. |
Reagentiën-Tafel voor de belangrijkste Oxyden, die in de Geneeskunde voorkomen | 329. |
Rehms, (H.F.) Regelen van Voorzigtigheid | 545. |
Reizen door Italië. Vrij vertaald uit het Fransch | 473. |
Rellstab, (L,) Stillevens | 43, 556. |
Roest van Limburg (Mr. T.M.) Liberalismus | 303. |
Rose, (H.) Handboek der Analytische Scheikunde | 62. |
Roskes, (H.T.) Intreê-Rede te Groningen en Inwijdings-Rede te Uithoorn | 289. |
Ross, (John) Reizen en Lotgevallen | 545. |
Schaaff, (Mr. J.H.v.d.) Proeve van een Geregtelijk Geneeskundig Onderzoek | 575, 631. |
Schilderijen zonder lijsten | 389. |
Schmid, (C.) Fernando | 547. |
Scholten, (J.H.) Disquisitio de Dei erga Hominem Amore | 4. |
Schrassert, (Mr. Johan) Kortbondig Onderzoek en Berigt | 166. |
Scott, (Walter) Blikken in het gebied der Geesten en Geestenzieners | 399. |
Sifflé, (Mr. A.) Antigone, Treurspel | 277. |
Spaan, (J. Th.) Waarom heb ik den Priesterlijken Stand verlaten? | 446. |
Spall, (T. van) Aanleiding tot Godsdienstige Overdenkingen | 167. |
Spindler, (C.) De Egoïst. Een Verhaal uit de tegenwoordige eeuw | 25. |
Staring, (A.C.W.) Gedichten. Derde en Vierde Stuk | 199. |
Staring, (A.C.W.) Kleine Verhalen | 418. |
Stem (De) Gods in de Bloemen | 45. |
Sterne's Sentimenteele Reis door Frankrijk en Italië | 43. |
Swiers, (J.J.) Eenvoudig Onderwijs in de Leer der Zaligheid | 272. |
Sybrandi, (S.K.) Leerredenen | 352. |
Temminck, (C.J.) Monographies de Mammalogie | 127. |
Tesselschade, Jaarboekje voor 1838 | 142. |
Thouars, (G.A.C.W. Marquis de) Weemoedstonen | 333. |
Timmer, (H.) Verhandeling over de Uitwerkselen der Menschelijke Verbeeldingskracht | 402. |
Toussaint, (A.L.G.), Mr. C.P.E. Robidé van der Aa en J.J. in de Betuw, Verhalen | 479. |
Toussaint, (A.L.G.) de Graaf van Devonshire | 650. |
Trekken uit het leven van Doorluchtige Vrouwen | 392. |
Tuinkunst, (Nederlandsche) | 276. |
Uilkens, (J.A.) Handboek voor Vaderlandsche Landhuishoudkunde | 15. |
Verhalen (Drietal)uit het Zeemansleven. Vertaald | 503. |
Verhandeling over de kennis van den Ouderdom des Paards | 552. |
Verhandeling over de kennis van den Ouderdom des Runds, van het Schaap, den Hond en het Varken | 552. |
Verhandelingen (Nieuwe) van het Genootschap tot Verdediging van de Christelijke Godsdienst | 169. |
Ver Huell, (Q.M.R.) Herinneringen van eene Reis naar Oost-Indiën | 411. |
Volks-Almanak (Drentsche) | 213. |
Volks-Almanak (Friesche) | 209, 448. |
Volks-Almanak (Geldersche) | 160. |
Volks-Almanak (Groninger) | 212. |
Volks-Almanak (Utrechtsche) | 208. |
Volks-Almanak (Zeeuwsche) | 164. |
Volks-Almanak (Zuid-Hollandsche) | 162. |
Vollenhoven, (J. van) Specimen Theologicum de Cyrilli Hierosolymitani Catechesibus | 393. |
Vrij, (J.E. de) Dissertatio Chymica Inauguralis de Analysi Chymica | 627. |
Warnaars, (Mr. J.H.) Teregtwijzingen voor den Heer J.B. Halbertsma | 51. |
Weddik, (B.T. Lublink) Pandora | 246, 319. |
Weissman de Villez, (C.P.) Handleiding ter bevordering van het Kunstmatig Lezen | 500. |
Wendt (J.A.) Aanteekeningen over de Scarlatina, getoetst aan eigene ervaring, door F. van der Breggen, | 184. 238. 293. |
Willinck, (J.P.M.) Reize om de Wereld | 314. |
Wijn, (Mr. Hendrik van) Onderzoek naar den Tijd der Regering van Wolfaard den Tweeden en Derden | 237. |
Zangbundel (Nederlandsche) IVe Stukje, | 425. |
Zeel, (G. van) Inleiding tot de Taal-en Redeneerkunde, ten dienste van aankomende Schoolonderwijzers | 543. |
[eerste deel p. VIII]
Zeeman, (H.) La Tisba, of de Schoone Venetiaansche Tooneelspeelster | 557. |
Zeeplanten, of Voorlezingen uit het Noorden | 389. |
WETENSCHAPPELIJKE BIJDRAGEN.
Reis van Aeneas naar de Onderwereld. Eene bijdrage tot de verklaring van het Zesde Boek der Aeneis van Virgilius. Medegedeeld door J.B... te D. (Met eene Kaart) | 1. |
ERRATA.
BOEKBEOORDEELINGEN.
Blz. 2, | 13de regel van onder; staat: aulz. lees: aulr. |
Blz. 3, | 19de regel van boven, staat: Biforsd, lees: Biforst, |
Blz. 3, | 21ste regel van boven, staat Foshtg, lees: Fosete. |
Blz. 3, | 12de regel van onder, staat: Beliadolije, lees: Beliadolge. |
Blz. 101, | (Mathilda en Struensee, door Mr. A. van Halmael.) tweede regel van onder staat: ‘Om een tegenstukje van de grotesque wanhoop van Don Carlos bij Klijn te leveren.’ De Redactie doet gaarne den verongelijkten Dichter regt, door het verlangen te vervullen van haren geachten Recensent, en uit ZEd. brief, de volgende zinsnede mede te deelen: ‘Het was mij leed te zien, dat in mijne Recensie van Van Halmaels Treurspel gesproken is van de grotesque wanhoop van Don Carlos van Klijn. Ik heb misschien geschreven: Don Carlos van Feith; maar bedoeld Don Pedra van Feith; (uit Ines de Castro.)’ |
Blz. 139, | 19de regel van onder, staat: Barlaco, lees: Barlaeo. |
Blz. 151, | 9de regel van onder, staat: uitgebluscht. lees: uitgeblaakt. |
Blz. 162, | 12de reg. van onder is door het uitvallen eens regels, eene grove drukfeil ingeslopen; lees: Indien wij de stukjes van de Heeren Tollens, Oene van Sneek, eene Vertaling naar Jack o' Hazeldean van W. Scott, en Mr. A. Bogaers, Otto Clant, uitzonderen. |
Blz. 163, | 8ste regel van boven staat: Owenis, lees: Owenus. |
Blz. 192, | 4de regel van onder, staat: vusa lees: vasa. |
Blz. 214, | 5de regel van onder staat: inportant lees: important. |
Blz. 246, | 14de regel van onder staat: is hier, lees: is hier deze invloed van |
Blz. 251, | 6de regel van onder, staat: Juist dit, lees: Juist deze. |
Blz. 259, | 6de regel van onder staat: hij daarentegen wacht dit te doen, zal hij zich altijd, lees: hij zich daarentegen wacht dit te doen, zal hij altijd |
Blz. 261, | 4de regel van boven, staat: Stunde slösse lees: Stundeslöse. |
Blz. - | 7de regel van boven, staat: politieke, lees: politiske |
Blz. - | 8ste regel van boven, staat: Tyboeler lees: Tyboe eller |
Blz. - | 5de regel van onder, staat: Misanthrophe lees: Misanthrope |
Blz. 263, | 9de regel van onder, staat: onzer oorspronkelijkheid, lees: van onzen volks aard. |
Blz. 265, | 14de regel van onder, staat: niets ten gunste eener Freule, lees: mits ten gunste eener Freule, |
Blz. 266, | 20ste regel van boven, staat: hoe zij zich in de taal, lees: hoe zij zich en de taal, |
Blz. 266, | 16de regel van onder, staat: de oude leelijke, lees: de leelijke schoone |
Blz. 269, | 4de regel van boven, staat: une ame vendue van lees: une ame vendue aan. |
Blz. 276, | 9de regel van boven, staat: de menigte ruilt voor zijn, lees: de menigte ruilt voor haar. |
Blz. 342, | 19de regel van boven staat: εἶνα lees: εἶναι |
Blz. 342, | 23ste regel van boven, staat: Damsc. lees: Damasc. |
Blz. 351, | aan het hoofd der bladz. staat: P. Damsté, lees: R. Damsté. |
Blz. 369, | 24ste regel van boven staat: op het hoofd zit, lees: op het hoofd zet, |
Blz. 384, | 11de regel van boven staat: εἲι lees: εἲτ' |
Blz. 410, | 13de regel van boven staat: Quator, lees: Quatuor |
Blz. 582, | in de noot, 9de regel van boven staat: Hecke, lees: Henke. |
WETENSCHAPPELIJKE BIJDRAGEN.
Blz. 4, | 5de regel staat: en lees: welke |
Blz. 8, | en volg. staat: Tusaro lees: Fusaro |
Blz. 9, | 26ste regel staat meer en lees: meiren |
Blz. 12, | (2) staat: Mazochius en Vossii Etymol. lees: Mazocchius in Vossii Etymol. |
[tweede deel pagina ongenummerd (p. I)]
DE GIDS.
[tweede deel pagina ongenummerd (p. II)]
GEDRUKT BIJ C.A. SPIN.
[tweede deel pagina ongenummerd (p. III)]
De Gids.
Nieuwe
Vaderlandsche Letteroefeningen.
Met platen.
Mengelingen.
Tweede Deel.
Te Amsterdam,
Bij G.J.A. Beijerinck.
1838.
[tweede deel pagina ongenummerd (p. V)]
INHOUD.
MENGELINGEN.
PROZA.
Blz. | |
Arend, (J.P.) De Barden, Fingal. Ossian. Proeve uit eene geschiedenis der Dichtkunst en Fraaije Letteren in Europa | 201 389. |
Armada, (De) van Caspar von Schönberg | 81. |
Avontuur, (Het) in eene overoude Diligence. (Uit The Posthumous papers of the Pickwick-Club), (Met eene Plaat) | 320. |
Brill, (W.G.) Goethe en zijne Iphigenie | 429. |
Brunius, (B.) Mededeeling aan één' recenserend Geleerde | 71. |
Clemens VII en Karel V te Bologna; 1529. Een Gesprek. (Uit het Italiaansch) | 128. |
Darby Doyle's Reize naar Quebec. (Proeve uit een Iersch Tijdschrift.) (Met eene Plaat) | 97. |
Dochter Soldaat (De). Chineesche Ballade. Medegedeeld door L.T. | 263. |
Einde Goed, (Het) Alles Goed. (Naar Joyce Jocund) | 229. |
Errata, (Uit de Curiosities of Literature) | 116. |
Geest des Tijds. (De) (Uit Democritos) | 400. |
Gekroonde Vrouwen | 1. |
Gensoul, (Justin) De drie Kersenboomen | 459. |
Hildebrand, Begraven | 89. |
Hildebrand, Eene Tentoonstelling van Schilderijen | 176. |
Hildebrand, Het Water | 66. |
Hildebrand, De Wind | 420. |
Hoeve, (De) Naar aanleiding van eene schilderij van Scheffer. (Met eene Plaat) | 236. |
Ilias, (De) en het Nibelungenlied | 241 309. |
Jonathan, Sint-Nicolaas. (Met eene Plaat) | 440. |
Kardinaal de Richelieu, (De) (Naar het Engelsch) | 223. |
Lach nooit om uwe eigen geestigheid (Popular Fallacies) | 467. |
Leeghwater, (J.A.) 1575-16(5.?) (Met een Portret) | 197. |
Maaijers en de Visschers, (De) van Leopold Robert. (Met twee Platen) | 409. |
Malta. Berigten over Oude Kunst. (Uit een Engelsch Tijdschrift) | 293. |
Mahaskah of de Witte Wolk. (Uit het Engelsch) | 446. |
Menschengeest, (De) op de Sphinx. Eene Phantasie van Moritz Retzsch. (Met eene Plaat) | 265. |
Navolging! (Ter) | 266. |
Ni-Kou-Sse-Fan; eene Chineesche Ballade, medegedeeld door L.T. | 194. |
Oom Dionys, (Mijn) Tooneelen uit ons volksleven op Nieuwjaarsdag. (Met eene Plaat) | 28. |
Oude Vrijster, (De) Naar Mrs. S.C. Hall | 41. |
Pius VII en Napoleon te Fontainebleau 1804. Een gesprek. (Uit het Fransch) | 186. |
Poëten en Musici. (Uit de France Musicale) | 424. |
Pol, (H.) De Grieksche Wijsgeer te Rome, onder de Regering der Antonijnen | 269. |
Potgieter, (E.J.) De Gezant van een' Bruidegom. (Tooneelen uit het Hotel der Zweedsche Ambassade te Koppenhagen) 1680 | 145. |
Schoolmakkers. (Drie) Schetsen uit het dagelijksch leven. Door den Schrijver van Mijn Oom Dionys | 333. |
Socrates en Aristophanes | 121. |
Terugkomst (De) in het Dorp. (Chineesch Dichtstuk). Medegedeeld door L.T. | 347. |
Terugtogt. (Op den) Wachtpraatjes. (Gazette Militaire) | 299. |
Toussaint, (A.L.G.) Het Blijspel |
[tweede deel pagina ongenummerd (p. VI)]
van de Markiezin de Canmartin, Oorspronkelijke Vertelling | 349. |
Trots van Geniën, (Over den) Geleerden, Kunstenaars en Bedelaars. (Uit Demokritos, oder Hinterlassene Papiere eines lachenden Philosophen) | 214. |
Val (De) van Sidon, vóór J.C. 356 | 9. |
Verhaal (Droevig) van het Lijden van Polyhymnia | 108. |
Visser, Sz. (S. de) Het Uitstapje naar 's Gravenhage, (Uit het leven van een' Dorps-Notaris; Eerste Brief) | 373. |
Walrée, (Mr. J.P. van) Proeven van het Verband tusschen het Spaansche Volkskarakter en de vroegere Spaansche Letterkunde | 161. |
Wie was zijne Bruid? (Naar Francis Graeme.) | 248. |
Wijzen (De) uit het Oosten. (Met eene Plaat) | 304. |
POËZIJ
Arme Vaandrig, (De) Door B-r. | 348. |
Attilla voor de poorten van Rome. (Naar S. Pellico, Poesie Inedite) | 79. |
Bergh. (S.J. van den) Bij den Dood van een Meisjen. Naar Th. Moore | 198. |
Bergh. (S.J. van den) De Geest Gods, naar het Fransch van A. de la Martine | 387. |
Bergh. (S.J. van den) Lied | 466. |
H., (v.) Arme Geerte | 468. |
Haar Nam. (Naar eene Ode van Victor Hugo) door H | 200. |
Heije, (J.P.) Liederen. | |
I. Hollands Vrouwen | 159. |
II. Keuze | 160. |
III. Mededoogen | 160. |
IV. Molenaars-Elsje. (Met eene Plaat, naar eene Teekening van Craeyvanger) | 160. |
V. Sylphiden | 239. |
VI. Vogelenlied | 240. |
VII. Maneschijn | 306. |
VIII. Weifeling | 306. |
IX. Punchlied | 306. |
X. Zwaluwen-Vlugt | 307. |
XI. Oog-Spiegel | 307. |
XII. Stroomvaart | 308. |
Koning Helge en de Zee-Koningin, Fantastische Ballade. (Naar het Deensch van Adam Oehlenschläger) | 118. |
Kusjes door S. | 199. |
Laatste Zomerroos, (De) naar Th. Moore, door S.B. | 308. |
Potgieter, (E.J.) Cirque Olympique | 35. |
Potgieter, (E.J.) Het Kolenbranders-Jongsken. Naar Erik Gustaaf Geyer | 267. |
Potgieter, (E.J.) Op een' overouden Trouwring (Doane gevolgd) | 428. |
Rebeccaas Hymne. (Sir Walter Scott's Ivanhoe.) Met eene Plaat, Rebecca en den Tempelier voorstellende | 78. |
KUNST.
De Reizende Tooneelisten, (eene Plaat)..................tegenover Blz. 388.
ERRATA.
Blz. 14, | 22ste regel van onder, staat: Melkarth II lees: Melkarth. |
Blz. 33, | aan het hoofd der blz. staat: Mijn oom Dyonis lees: Mijn oom Dionys. |
Blz. 38, | 23ste regel van onder, staat: Napoleon! der wijzen heldin 't lijden lees: Napoleon der wijzen held in 't lijden. |
Blz. 56, | 15de regel van onder, staat: eigendommelijkheden, lees: eigenaardigheden. |
Blz. 110, | 21ste regel van boven, staat: Diätiek, lees: Diätetiek. |
Blz. 117, | 14de regel van onder, staat: Stephens, lees: Stephanussen. |
Blz. 173, | 11de regel van onder, staat: wanneer hij, gedwongen Spanje, lees: wanneer hij gedwongen was, Spanje |
Blz. 176, | 34ste regel van boven, staat: weerschijnen Takken, lees: weerschijnen Sakken, |
Blz. 186, | 23ste regel van boven, staat: moet het eerste woord ‘die’ worden weggestreken. |
Blz. 198, | 23ste regel van boven, staat: Wij willen niets op de woorden dier rijmen afdingen, lees: wij willen niets op de waarde dier rijmen afdingen, |
Blz. 199, | 8ste regel van boven, staat: werd door lippen als de hare, lees: werd door lippen als hare |
Blz. 199, | 32ste regel van boven, staat: smeekend boodt, lees: smeekend baadt |
Blz. 200, | 19de regel van boven, staat: de erinn'ring van, lees: de erinn'ring aan, |
Blz. 314, | 17de regel van boven, staat: dat Schlegel die met eenigen schijn van regt van den dichterhaat lees: dat Schlegel met eenigen schijn van regt aan den dichter haat |
Blz. 403, | 6de regel van onder, staat: Athenäas lees: Athenaeus. |
Blz. 414, | staat: op vijf of zes mijlen afstands van de Adriatische zee; lees: op vijf of zes mijlen afstands van de Koningin der Adriatische zee. |
Blz. 428, | 13de regel van boven, staat: En 's jonkvrouws hart geene ontrouw griefde; lees: Der jonkvrouw hart geene ontrouw griefde. |