De Gids. Jaargang 2
(1838)– [tijdschrift] Gids, De– AuteursrechtvrijV. Sylphiden.Staakt den ligten dans
Door de zuivre lucht,
Als van d' Oostertrans
Ster bij ster ontvlugt,
| |
[pagina 240]
| |
Als het geurig kruid
Knop bij knop ontsluit;
Wij vlugten en staken den vrolijken dans,
Als 't uchtendrood schemert aan d' oostlijken trans!
Schuilt in 't rozenblad
Als de Middag gloeit;
Speelt en baadt in 't nat,
In den kelk gevloeid;
Vliedt daar 't zonnevuur
Van het Middaguur:
Wij schuilen en spelen, als 't middagvuur gloeit,
Waar geurig en fleurig de rozenstam bloeit!
Zingt bij dartlen dans,
Als ge op d' effen' vliet
't Maanlicht, bleek van glans,
Spieglend blinken ziet;
Nacht en Maneschijn
Past bij uw festijn:
Wij zingen en dansen bij 't suizen van 't riet,
Als 't flikkren der sterren weêrkaatst in den vliet!
Ginds stijgt de maan met reinen glans.
't Is nacht, ter feest, ten dans!
| |
VI. Vogelen-lied.In d' eik, die met bladen
Haar venster omringt,
Een vogeltje springt,
Zij wenschte, zoo lang en zoo gaarne, te raden,
Waar 't kwelend van zingt.
Wat staat gij, en luistert,
Met heimlijk verdriet,
Naar 't slepende lied?
Ik heb het zoo vaak in uwe ooren gefluisterd,
En - weet gij 't nog niet?
|
|