De Vlaamsche Kunst in Duitschland.
II
Zooals wij in No I van Germania mededeelden, zou onze Vlaamsche Tentoonstelling van Krefeld nog een aantal andere steden in Duitschland bezoeken. Sedert dien is zij reeds te Elberfeld geweest en bevindt zich thans reeds een paar weken te Dusseldorf. Het mag verheugend heeten, dat de bijval dezer onderneming met elke schrede in Duitschland toeneemt. Niet enkel onze kunst en onze Vlaamsche beweging werden er door gebaat, maar ook geldelijk kwam men tot een ongewonen uitslag. Te Krefeld alleen werd voor 25000 fr. verkocht; zoodat verscheiden kunstenaars nieuwe werken moesten inzenden, wilden zij nog vertegenwoordigd zijn, wat zij natuurlijk zeer geneigd waren te doen. Onder dezen hadden Const. Meunier en Arm. Heins maar inzonderheid V. Gilsoul geluk.
Naar de zaken thans staan, mag evenveel verwacht worden van de steden, die ook nog de tentoonstelling binnen hare muren wenschen te ontvangen. Onder deze heeft nog Breslau zich aangemeld en de onderhandelingen werden tot een goed einde gebracht.
Geen geringe onderscheiding viel het redactielid van ‘Germania’ den Heer Jul. De Vriendt ten deel; namelijk na het Katholiek Congres, dat in Augustus plaats greep, kwam aldaar onder de vele deelnemers de wensch op, om den door de Katholieken hooggevierden ‘Weihbischof’ zijn geschilderd portret aan te bieden. Den Heer De Vriendt werd dan gevraagd, of hij zich met dit werk zou willen belasten; naar wij vernemen zijn de onderhandelingen hierover gevoerd, op het punt te zullen slagen.