Filter. Tijdschrift over Vertalen. Jaargang 27
(2020)– [tijdschrift] Filter. Tijdschrift over Vertalen– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 52]
| |||
Emilia Menkveld
| |||
[pagina 53]
| |||
van buitensporig geweld, politieke manipulatie en opportunisme. Niet pas toen Italië een dictatuur werd, niet pas toen Hitler in beeld kwam, maar vanaf het allereerste begin. Na verschijning in het najaar van 2018 maakte M - het eerste deel van een trilogie - veel los in Italië. Nog nooit was er zo over het fascisme geschreven, klonk het in de pers: in romanvorm, van binnenuit, zonder duidelijke afkeuring van het regime. De parallellen met het heden drongen zich op: vooral Matteo Salvini van de rechtspopulistische Lega vertoonde opmerkelijke overeenkomsten met de fascistische leider. Veel lof was er voor de literaire kwaliteiten van het boek; in 2019 ontving Scurati, die al diverse (in Nederland onvertaalde) romans publiceerde, voor dit werk de Premio Strega, de belangrijkste literatuurprijs van Italië. Inmiddels zijn er ruim 200.000 exemplaren van verkocht. | |||
VertaalprimeurAfgelopen najaar had Nederland de primeur van de eerste vertaling van M, dankzij de inspanningen van vertaler en dichter Jan van der Haar (1960). De laatste jaren vertaalde hij werk van onder meer Giorgio Bassani, Curzio Malaparte, Roberto Saviano en de Zuid-Afrikaanse dichteres Antjie Krog (samen met Robert Dorsman). In 2018 verscheen van zijn hand een lijvig deel in de Privé-domein-reeks van schrijver Gabriele d'Annunzio, Mussolini's tijdgenoot en rivaal. Ook met alle kennis en ervaring van Jan van der Haar moet het vertalen van M een enorme klus zijn geweest. Natuurlijk vanwege de omvang van de roman: ruim 800 pagina's. Daarnaast vragen de talloze vertelperspectieven, de historische verwijzingen en opgenomen bronnen om veel denk- en zoekwerk van de vertaler. Hoe heeft Van der Haar het ervan afgebracht? Is zijn ongetwijfeld hoge vertaaltempo af te lezen aan de tekst? | |||
In het hoofd van MussoliniEerst maar eens terug naar het eerste hoofdstuk, waarin de schrijver Mussolini aan het woord laat, vlak voordat hij zal spreken bij de oprichting van de Fasci in Milaan. De gedachten van de fascistische leider zijn weergegeven in korte, kernachtige zinnen, die bol staan van grote woorden en retoriek. Neem de volgende passage, die volgt op Mussolini's beschrijving van zijn schrale publiek: Eppure questa, solo questa è la mia gente. Lo so bene. Io sono lo sbandato per eccellenza, il protettore degli smobilitati, lo sperduto alla ricerca della strada. In het Nederlands brengt Jan van der Haar het ritme goed over, met de herhaling van ‘dit’, het weglaten van ‘bene’ (goed) en de fraaie vertaling van de drieslag in de laatste zin. Uit de opsomming van wie die mensen zoal zijn, blijkt een groot vertaalplezier: ‘gli oziosi’ worden ‘de pierewaaiers’, van ‘i genialoidi’ maakt Van der Haar ‘de geniale gekken’, ‘gli irregolari’ zijn in vertaling ‘een zootje ongeregeld’. Ook aan het eerder geciteerde slot van het hoofdstuk (p. 15) behoudt Van der Haar het retorische effect uit het origineel, door woorden die in het Italiaans de nadruk krijgen ook in het Nederlands naar voren te halen (‘De oorlog zijn wij. De toekomst is van ons’). Het beeld van het dier dat ‘de tijd ruikt’ komt ook in het Nederlands goed uit de verf. Wel lijkt ‘al ga je op je kop staan’ een nogal frivole weergave van ‘è inutile’ (letterlijk: het is zinloos), die het ritme van de zin niet ten goede komt. | |||
[pagina 54]
| |||
In het historische krantenbericht over de stichting van de Fasci slaat Van der Haar juist een neutrale, licht archaïserende toon aan, helemaal in lijn met het genre: ‘Dhr. Mussolini gaf een toelichting op de steunpunten waarop de actie van de Fasci zou berusten, te weten: [...].’ Zo ook in het bericht over de gestolen zeep: ‘Toch is deze langdurige, luidruchtige en opzichtige operatie uitgevoerd zonder dat er over de vermetele lieden nuttige aanwijzingen konden worden verzameld.’ Minder geslaagd is de vertaling van een van de stilistisch zwakkere zinnen uit Mussolini's gedachtestroom: ‘Nelle notti di sterminio, acquattati nei crateri, una sensazione simile all'estasi degli epilettici ci ha scossi.’ Daarvan maakt Van der Haar (in een poging de auteur een handje te helpen?): ‘In de nachten van vernietiging zijn we op onze hurken in de kraters opgeschrikt door een epileptische extase.’ Volgens mij betekent het werkwoord acquattarsi hier eerder iets als ‘ineenduiken’ of ‘wegduiken’ voor dreigend gevaar, in plaats van ‘op je hurken zitten’. En een ‘epileptische extase’ is wel erg kort door de bocht voor ‘una sensazione simile all'estasi degli epilettici’, al snap ik dat een nauwkeuriger vertaling niet zou bijdragen aan de leesbaarheid. Afgezien van dit soort kleinigheden heeft Van der Haar de zelfvoldane toon van Mussolini goed getroffen. ‘L'azienda c'è e bisogna portarla davanti’, laat Scurati de kersverse leider denken. In de woorden van Van der Haar: ‘De onderneming staat en moet door.’ Als lezer kun je niet wachten om te weten hoe het verdergaat. | |||
Margherita SarfattiEen gevolg van Scurati's keuze om ‘de fictie te bestrijden’ is dat de vrouwen in Mussolini's leven slechts een marginale rol krijgen; over hen lijkt in de bronnen nu eenmaal minder te vinden.Ga naar eindnoot1 Echtgenote Rachele Mussolini komt hier en daar voorbij als trouwe, simpele ziel. Aan minnares Ida Dalser (een van de vele), die Mussolini een zoon schonk en in een gesticht eindigde toen ze hem te lastig werd, zijn slechts enkele venijnige zinnetjes gewijd (‘E poi c'è quella pazza femmina vendicativa di Ida Dalser che lo infanga pubblicamente’; ‘En verder is er dat maffe wraakzuchtige wijf van een Ida Dalser, die publiekelijk met modder gooit’, p. 61). De enige vrouw met een rol van betekenis is Margherita Sarfatti: intellectueel, kunstcritica, getrouwd met een belangrijke advocaat. Zij heeft Mussolini opgevoed toen hij nog een wilde revolutionair was, een boerenkinkel uit de provincie. Zij heeft hem klaargestoomd voor zijn rol. De eerste keer dat we haar tegenkomen in M ligt ze naakt op bed een rede van haar minnaar te corrigeren, een paar maanden na de oprichting van zijn Fasci: Lei approva con la testa, le piace la parola ‘dominatrice’. Poi elimina alcune espressioni con un tratto risoluto di penna e conclude che lui deve incontrare Gabriele D'Annunzio. De gedecideerdheid van deze vrouw, die Mussolini in zoveel opzichten voorbijstreeft, lijkt in de bondige vertaling van Jan van der Haar nog meer naar voren te komen - met ‘knikken’ voor ‘approvare con la testa’ en ‘resoluut wegstrepen’ voor ‘eliminare con un tratto risoluto di penna’.Ga naar eindnoot2 Voor de jonge Mussolini is Margherita Sarfatti de belichaming van het tijdperk dat hij wil beheersen. Als hij het ‘liederlijke lichaam’ (‘corpo osce- | |||
[pagina 55]
| |||
no’) neemt van de ‘meesteres vrouw’ (de nogal letterlijke weergave van ‘donna padrona’), ‘vibreert’ de eeuw ‘in haar borsten, haar buik, haar naakte, onbeschaamde dijen’. ‘Lui le entrerebbe dentro con un cavallo’, laat Scurati hem denken: ‘Hij zou er met een paard in gaan’, zoals Van der Haar de lompe opmerking treffend vertaalt. Een paar jaar later is er van de ‘donna padrona’ weinig over. Met haar heeft Mussolini de eeuw naar zijn hand gezet: inmiddels staat hij aan het hoofd van de regering in Rome, waar Sarfatti hem mag komen bezoeken vanuit Milaan. In 1923 betrekt zij een hotelkamer, ze zien elkaar wanneer het hem uitkomt - en dat is niet vaak. In haar briefjes, waaruit Scurati rijkelijk citeert (‘Lieve lieve aanbeden Benito’), moet de hoogontwikkelde carrièrevrouw zich verlaten op de ‘liefdesclichés van een zwijmelend dienstmeisje’ (‘cliché sentimentali di una servetta innamorata’), op ‘hoteldebotelheroïek’, Van der Haars fraaie vertaling van ‘eroismo degli innamorati’. In de vertaling lijken stijlmiddelen soms vetter aangezet dan in het origineel, als om de emoties nog meer te benadrukken. Zie bijvoorbeeld de alliteratie in de volgende zin: ‘la donna innamorata si strugge per le vane attese in stanze deserte’ wordt in vertaling ‘de verliefde vrouw vergaat van het vergeefse wachten in lege ruimten’ (p. 647). Het contrast met de beheerste Margherita Sarfatti uit 1919 kan bijna niet groter. | |||
Gabriele d'AnnunzioHet meest in zijn element lijkt Jan van der Haar in de passages over schrijver en dandy Gabriele d'Annunzio, nog zo'n figuur die bij Mussolini langzaam uit de gratie valt (nadat hij eerst het demagogische trucje van hem heeft afgekeken). Scurati citeert zelfs passages uit Nocturne, geschreven toen D'Annunzio halfblind het bed moest houden na een vliegtuigongeluk. Van der Haar nam de tekst direct over uit zijn eigen vertaling De schoonheid van de nacht (2018): Ho gli occhi bendati. Sto supino nel letto, col torso immobile, col capo riverso, un poco più in basso dei piedi. La stanza è muta di ogni luce. Scrivo nell'oscurità. Traccio i miei segni nella notte che è solida contro l'una e l'altra coscia come un'asse inchiodata. Imparo un' arte nuova. Waar Van der Haar elders naar mijn smaak soms nogal dicht bij de brontekst blijft, toont hij in de hoofdstukken over D'Annunzio meer losheid en lef. De dichter behoudt in het Nederlands zijn bijnamen ‘Il Vate’ (de ziener) en ‘Il Comandante’, als om zijn bijna mythische status te benadrukken. Bij het verschijnen van Nocturne ligt de culturele wereld ‘in katzwijm’ (‘in fibrillazione’) en vraagt zich af of dit ‘beschouwd kan worden als een secundair meesterwerk van onze primaire dichter, of op zijn beurt als een ongeluk’ (‘possa essere considerata un capolavoro minore del nostro poeta maggiore, oppure a sua volta un incidente’) - waarbij de tegenstelling tussen ‘minore’ en ‘maggiore’ fraai is behouden met de woorden ‘secundair’ en ‘primair’. Als D'Annunzio in mei 1919 op het Campidoglio in Rome zijn beroemde speech houdt over de ‘verminkte overwinning’ van de Italianen, staat het plein vol met tienduizend ‘kerels’ | |||
[pagina 56]
| |||
(‘maschi’), in plaats van het neutralere ‘mannen’. De gewone man ‘snapt er geen jota van’ (‘non lo capisce’), onderstreept Van der Haar, maar laat zich toch meevoeren door de woorden: de Italianen mogen niet rusten ‘zolang Fiume niet van ons is, zolang Dalmatië niet van ons is’. Uit alles blijkt dat Van der Haar vertrouwd is met de materie - in deze passages, maar ook als het gaat over socialistisch verzet, splintergroeperingen, bloedige moordaanslagen, eindeloze parlementaire zittingen en ga zo maar door. Als deze vertaling haastwerk was, dan is daar weinig van te merken. Antonio Scurati: M - De zoon van de eeuw. Uit het Italiaans vertaald door Jan van der Haar. Amsterdam: Podium, 2019. | |||
Bronnen
|
|