maken voor een billijke beloning inclusief royaltybeding voor álle auteursrechtelijk beschermde werken. Hiervan zouden álle vertalers profiteren, niet alleen de ‘professionele literaire’, maar ook de ‘actieve’ en de niet-literaire. Ik zie geen enkel onderscheid in de belangen van deze verschillende groepen vertalers, in de woorden van Rob Kuitenbrouwer op www.boekvertalers.nl: ‘een eerlijk loon voor eerlijk werk; en hoog gekwalificeerd werk, ook als het niet om literatuur gaat’.
Dat vertalers zich beter gaan organiseren is hard nodig, dit bleek al uit de uitkomsten van het ceatl-onderzoek, maar wordt bevestigd door de inkijkjes in hun inkomsten die sommige vertalers geven in reactie op het stuk van Matthijs Bakker. Deze wijken nauwelijks af van mijn eigen inkomsten als vertaler van literaire fictie en non-fictie (gemiddeld 200-300 woorden per uur [inclusief voorbereiding, werkoverleg met covertaler, correcties, drukproef lezen enz.] = € 12,40-18,60 per uur of € 29 in geval een werkbeurs is verleend). De inkomsten wijken wel sterk af van de opbrengst uit journalistieke en technische vertalingen en sommige redactieklussen: die bedragen vier tot vijf keer zoveel, deels door het hogere aantal woorden per uur (ca. 600-850), deels door het hogere tarief (€ 0,12-0,16 p.w.).
Martin de Haan pleit in zijn Filter-stuk voor een gedegen onderzoek naar de situatie in het héle veld, inclusief niet-literaire (boek)vertalers dus. Misschien kan Filter daaraan een bijdrage leveren? Tenslotte heeft het 500 abonnees, van wie velen werkzaam zijn als vertaler. Namens de redactie van Filter roep ik eenieder met goede ideeën over de vorm waarin een dergelijk onderzoek zou kunnen plaatsvinden op zich bij ons te melden. Als de gemiddelde literair vertaler in Neder land slechts 61% verdient van wat een fabrieksarbeider verdient, dan wordt het tijd dat het door uitgevers betaalde tarief voor boekvertalingen omhoog gaat.
Caroline Meijer, professioneel actief literair vertaler