Frans Denissen
Machiavelli's vorstenspiegel
Lezers van klassieke Italiaanse literatuur in Nederlandse vertaling hebben de laatste jaren bepaald niet te klagen. Het is zelfs niet overdreven te stellen dat in de loop van het voorbije decennium zowat alle absolute hoogtepunten van die literatuur een nieuwe, degelijke, meestal van een uitgebreid voor- en nawoord vergezelde vertaling hebben gekregen: van de Milione van Marco Polo (Anton Haakman, 2001) en de anonieme Fioretti rond Sint-Franciscus (Linda Pennings, 1999) over de Divina Commedia van Dante (niet minder dan drie vertalingen omstreeks de eeuwwisseling), de Decamerone van Boccaccio (steller dezes, 2003), de Orlando Furioso van Ariosto (Ike Cialona, 1998), de Sei giornate van Aretino (Yond Boeke en Patty Krone, 2005) en de Gerusalemme liberata van Tasso (Frans van Dooren, 2003) tot de Promessi sposi van Manzoni (Yond Boeke en Patty Krone, 2004).
In 2006 zijn er nog minstens drie behartigenswaardige bij gekomen: De droom van Poliphilus, de eerste Nederlandse versie van het bizarre, veelgelaagde Hypnerotomachia Poliphili (1499) van de mysterieuze Francesco Colonna door Ike Cialona; De onderkoningen, een nieuwe vertaling van het magnum opus (1894) van de naturalistische romancier Federico de Roberto door Els van der Pluijm; en Il Principe en andere politieke geschriften van Niccolò Machiavelli door Paul van Heck. Bij dit laatste boek, verschenen bij Ambo te Amsterdam, wil ik iets langer stilstaan.
Aan vertalingen van Il Principe heeft het in de twintigste eeuw niet ontbroken: J.T. Jelgersma (1902), J.F. Otten (1940), H.A.M. van der Heijden (1955), Frans van Dooren (1976, verscheidene herziene herdrukken), A.W.W. Rieter (1978, gedeeltelijke vertaling met samenvatting van de overige tekst). Het is zeker niet zo dat de nieuwe vertaling alle andere vanaf nu overbodig maakt, net zomin als een nieuwe opname van de strijkkwartetten van Beethoven dat doet met de reeds bestaande. Maar ze heeft wel iets extra's te bieden: Paul van Heck is behalve een uitmuntend vertaler ook een gedegen Machiavelli-specialist. In 1997 vertaalde hij, eveneens bij Ambo, het andere hoofdwerk van de auteur, de Discorsi. Gedachten over Staat en Politiek, en voor dit voorjaar wordt een nieuwe vertaling aangekondigd van Machiavelli's literaire werk in de striktere zin van het woord (toneel en verhalend proza). Dit maakt dat zijn versie ingebed is in een veel ruimer commentaar en van een uitgebreider notenapparaat is voorzien dan die van zijn voorgangers. Ten opzichte van deze laatsten had de nieuwe vertaler ook het voordeel dat hij zich kon baseren op de meest recente kritische edities en exegesen, wat niet onbelangrijk is bij een tekst die niet door de auteur zelf persklaar is gemaakt (hij verscheen in 1532, vijf jaar na Machiavelli's dood).
In zijn inleidende stukje ‘Bij deze uitgave’ betreurt Paul van Heck dat ‘het niet mogelijk bleek in deze uitgave de integrale Italiaanse tekst van ten minste Il Principe op te nemen, zoals schrijver dezes graag had gewild’. Persoonlijk ben ik daar allesbe-