der geschreven, getuigen van veel kennis van het betreffende vakgebied maar veronderstellen die niet. Daardoor is deze bundel zeer bruikbaar voor het beoogde publiek, beginnende vertaalconsulenten. Ook als inleiding in het bijbelvertalen kan het boek uitstekend dienst doen, bijvoorbeeld bij universitaire cursussen.
Niet alleen de wetenschappelijke context is ingrijpend veranderd, ook de maatschappelijke, institutionele, en technologische context van het bijbelvertalen is enorm gewijzigd. Terecht wijst Wilt daarop in zijn bijdrage aan de bundel. Toen Nida zijn boeken publiceerde in de jaren zestig van de vorige eeuw waren ubs-consulenten vrijwel altijd blanke protestantse mannen van Amerikaanse of Europese afkomst. Deze heren adviseerden vertalers die meestal geen moedertaalsprekers waren van de doeltaal en die de culturele context van de ontvangende taal als volwassen expatriates moesten leren begrijpen. De ontvangende kerkelijke gemeenschappen in de zich ontwikkelende landen beschikten nog nauwelijks over middelen en mensen om tegenspel te bieden en eisen te formuleren waaraan de vertaling in hun taal zou moeten voldoen. De computer speelde nog geen enkele rol bij het vertalen van de bijbel. De skopos van deze vertaalprojecten was sterk missionair.
Het theoretische werk van Nida functioneerde in deze context en veronderstelde een missionaire skopos. Nida leverde de theoretische onderbouwing van een communicatief-missionaire vertaalpraxis. Niet voor niets zijn message en meaning de kernwoorden in de dynamische equivalentie. Het ging erom de boodschap van de bijbel over te brengen aan mensen met weinig of geen kennis van de bijbelse wereld - zie bijvoorbeeld Nida's boek Message and Mission uit 1960, met zijn aandacht voor cross-cultural communication, een boek dat ten grondslag lag aan zijn latere werk.
Het afscheid van Nida in ubs-kringen komt dan ook voort uit zowel de veranderde wetenschappelijke en hermeneutische context als uit de sterk gewijzigde sociale en culturele context van bijbelvertaalprojecten. Toen de Muur viel, bijvoorbeeld, kwam er meer ruimte voor ubs-werk in Orthodoxe contexten, maar tegelijkertijd leidde dit tot een (gezonde) confrontatie met een heel andere hermeneutiek en heel andere vertaaldoelen. Het zijn vooral de onderliggende assumpties van Nida's model die langzaam maar zeker geërodeerd zijn, zoals de idee van vertalen als het overzetten van een invariante, objectief vaststelbare inhoud van de ene taalvorm in de andere, en de impliciete missionaire skopos.
Door de missionaire skopos maar ook door het formeel-taalkundige model dat domineerde in Nida's tijd was de aandacht voor discursieve, literaire en retorische aspecten aanvankelijk niet zo groot, hoewel Nida en De Waard daartoe later met hun Translating from one language to another: functional equivalence in Bible translation (Thomas Nelson, 1986) wel belangrijke aanzetten hebben gegeven. Het mooie artikel van Wendland over een literaire benadering van bijbelvertalen in deze bundel laat zien dat het literaire en