Boekbespreking.
‘Verzekens’ van Jef Crick.
- Verschenen in Januari 1911. - Enkele exemplaren, aan 0,50 fr. zijn nog te verkrijger, bij den schrijver: Keizerlijke Plaats, 6, Aalst.
De volgende beoordeelingen, welke wij op de eerste bladzijde van het boekje aantroffen, zullen het best de waarde er van in haar waar daglicht stellen.
‘Aanvaard mijn besten dank voor de vriendelijke toezending van uw “Verzekens.” Ik heb ze met veel belangstelling gelezen, en werd dikwijls bekoord door hun frischheid... Al werkende zal de rythmus dan wel vanzelf voller worden en rijker aan afwisselend leven. Niets dwingen! Alleen laten groeien, met de gestadige zorg om dien groei zuiver te houden.’
Hoogleeraar Aug. VERMEYLEN.
‘... Eindelijk heb ik nu ook tijd gevonden om het te lezen. 't Heeft me een genoeglijk uurtje verschaft, én om de blije verrassing dat er in Aalst ook Dichtkunst bloeit én omdat het echte Dichtkunst biedt. Ik zie wel, ge zijt bij goeie meesters ter school gegaan, bij Gezelle o.a. en hebt daar een schat van woorden en wendingen geleerd dien ge thans handig en vaardig hanteert. Ge hebt het instrument, dat is al heel veel, en schoon niet altijd, toch nu en dan speelt ge ook al uw eigen lied....
Maar, in stee van aan 't filosofeeren te slaan, laat ik u liever van harte gelukwenschen met uw frisschen blozenden eersteling.
Geef hem nog veel broers, en laat die zoo levenslustig en levenskrachtig in de wereld kijken als deze eerste.’
Hoogleeraar Jozef DE COCK.
‘Met genegenheid heb ik uwe “Verzekens” doorgelezen. 'k Zou zeker denken dat er een echte dichter in je zit. Je hebt oorspronkelijkheid, je hebt 'n klare uitdrukking en soms het allerjuiste woord... 'k Wens u proficiat met uwe “Verzekens.” Veel werklust en blijheid om schoonheid wens ik u toe.’
H. LINNEBANK, Kruisheer.
‘Deze algemeene indruk is gunstig. Er zijn wel zwakke plaatsen en versjes, maar het geheel belooft... Er zit een blijde zonnige kunst in uw versjes, ontwikkelt haar in diepte en kracht. Geen zwarte treurnis aankweeken, hoor.’
Al. WALGRAVE.
‘Om uw boekje dank ik u. Het beviel me door zijn frischheid, zijn oprechtheid, zijn nederigheid, zijn vrij zijn van “troebel water en venijn”...’
Lod. DOSFEL.
‘... Ze zijn eenvoudig lief. Als deze jonge dichter gewetensvol zijn hart blijft beluisteren zal hij vast nog beters leveren.’
Dr. Leo VAN PUYVELDE.
‘..De inspiratie is niet van de hoogste, en dat is ook niet vereischt, maar ge weet te zeggen en zóó te zeggen dat de lezer ziet en meegeniet 't schoone dat in