Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 1
(1900)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 176]
| |
De Katholieken en de H. Stoel tegenover Italie in de tegenwoordige omstandigheden.Geheel Italie heeft geweend van spijt en verontwaardiging bij den dood van koning Umberto: de katholieken hebben den algemeenen rouw met oprecht en rechtzinnig gemoed gedeeld. Z.H. de Paus gaf er hun het voorbeeld van. Diep ontroerd bij het vernemen van het schrikkelijk schelmstuk, was hij de eerste om aan koningin Margareta van Savoie te berichten dat hij deel nam in haren rouw, en hij offerde de H. Mis op tot lavenis der ziel van den ongelukkigen vorst. De kard. Ferrari, aartsbisschop van Milanen, bisdom waar de moord gepleegd werd, gebood aan zijne priesters in al de kerken missen op te draden voor den koning, en hij trok zelf naar Monza om er de Koningin een bezoek te brengen. De katholieke kringen van Milanen, Monza, Rome, de Marchen enz. gaven hunne deelneming te kennen in omzendbrieven: al de dagbladen, de ‘Osservatore Romano’ aan 't hoofd, en dit op uitdrukkelijken wil van den Paus, schreven artikels waarin zij dezelfde gevoelens uitten. Ziedaar hoe de katholieken, die men korten tijd geleden als de grootste vijanden van het koningdom in Italie deed doorgaan, hunnen haat jegens den koninklijken stam weten uit te werken. Zij leggen, wel is waar, de hand op de wonde waaraan Italie lijdt: het miskennen van het gezag, hetwelk miskennen uit de grondbeginsels der revolutie van het officieel Italie voortspruit. De liberalen van Italie willen den oorlog tegen de Kerk; zij verbannen de godsdienstleer, en aanzien als heldendaden de politieke moorden en diefstallen gepleegd tegen al wie aan hunne plannen weerstand bood. | |
[pagina 177]
| |
Zij wilden bij middel van de wapens Italie vrijwaren van al de rooversaanvallen en geweldenarijen, en met hunne leeringen hebben zij er de koningsmoordenaars voortgebracht. O mocht die droevige dood toch eene heilzame les bevatten voor de vorsten en besturen van Italie! Mocht de handelwijs der katholieken en des Pauzen zelven in deze droevige gebeurtenissen toch eindelijk eene toenadering bereiden van wege Italie's hoofdmannen met den H. Stoel. Volgens de lezers kunnen oordeelen is Leo XIII zooveel mogelijk toegevend als er spraak is van personen. De ongelukkige vorst leefde in vijandschap met de H. Kerk. Hij was wel is waar niet ‘vitandus’ en had bijgevolg zijnen hofkapelaan, was nu en dan in de mis tegenwoordig enz.; en zie met den dood is er enkel spraak van gebeden en missen om Gods bermhertigheid voor zijne ziel af te smeeken. Maar in zake van princiepen is de Paus onwankelbaar. Altijd blijft het vast het wreede ‘non expedit’ dat zulken schrik inboezemt aan de doctrinairen van Italie, en dat, metterdaad, den steun der katholieken aan hunne liberale conservatieve politiek onttrekt. Crispi heeft meer dan eens pogingen aangewend om het pauselijk verbod te doen intrekken - maar vruchteloos! - In den laatsten kiestijd drukte Z.H. zijnen wil even krachtdadig uit in eenen brief aan den kard. aartsbisschop van Milanen. De aartspriester van Robecco d'Oglio Don Boldori, van het aartsbisdom van Cremona, had niettegenstaande dit uitdrukkelijk verbod zijne onderdanen aangemoedigd om voor den ministerieelen kandidaat te stemmen, en in eenen brief aan een liberaal dagblad gestuurd, had hij voor reden zijner handelwijze de noodzakelijkheid aangegeven voor de katholieken om de socialistische propagande tegen te kanten. Hij werd naar Rome geroepen ad audiendum verbum, eene kanonieke straf werd hem opgelegd tot op den dag dat hij zijne gezegden zou intrekken en zich ten vollen onderwerpen. Deze maatregel van den Paus heeft den aard van een gedurig protest tegen de inneming van Rome, maar het steunt nog op andere redenen van algemeen belang. Zoodat de liberalen intusschentijd hun vuil goedje alleen moeten trachten klaar te krijgen, doch gelijk het overal elders gaat | |
[pagina 178]
| |
aan hunne eigene krachten overgelaten, zij zijn onbekwaam den altijd rijzenden vloed van het socialismus te weerstaan. Is een akkoord tusschen het politiek Italie en den H. Stoel dan onmogelijk? En zal Z.H. Leo XIII, de groote vriend van Italie, nog langen tijd verplicht zijn dezen maatregel te behouden tot schade en schande van Italie? Z.H. heeft reeds twee of driemalen den eersten stap gedaan tot eene toenadering, maar Italie's bestuur blijft doof. Ondervraagt gij de katholieken om te weten waarin dit akkoord zou bestaan: velen verschillen van gedacht, maar de oprechte strijders door middel van hunne dagbladen roepen het luidop: ‘Naar den Paus gaan’. 't Is hij die daarover te beslissen heeft: Hij bemint Italie genoeg om de vrijheidstrevingen van zijne volkeren te eerbiedigen, en Hij alléén is bekwaam om te oordeelen wat hij van noode heeft om zijne eigene vrijheid te staven. 't Is twee maanden geleden dat don Albertario tijdens het obstructionisme in de Italiaansche Kamers in den Osservatore Cattolico schreef: ‘Er is geen tijd te verliezen, klopt op de deur van het Vatikaan, het Pausdom alleen is de zekerste waarborg van het Koningdom in Italie.’ Ik schrijf hier eene overweging neder van ‘la Tribuna’ van Rome, daags na den moord op koning Umberto. Wat het jodenblad daardoor verstaat is heel duister, maar in den katholieken zin genomen bevat het eene groote waarheid: ‘De moord op koning Umberto is het einde van een oud en het begin van een nieuw tijdstip, zeg ik, in hetwelk Italie zich op ernstige wijze zal wapenen en versterken op geestelijk, zedelijk en politiek gebied tegen zijne vijanden van den binnen; zooniet zal het insgelijks in korten tijd op bloedige wijze omkomen, gelijk zijn Koning’. Mocht Victor-Emmannel III, gesteund door het bestuur, toch eindelijk dien kostelijken stap doen en alzoo aan zijn land, nieuw bloed en nieuwen levenstocht ingeven, dank aan den onderstand van het katholiek gedeelte des volks.
Paolo Gentili.
Rome, 4 Augusti 1900. |
|