Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 1(1900)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 594] [p. 594] Storm en stilte. Luid buld'rend huilt de stormwind. Woest rollen de baren In wilde wieling op en over elkaar aan Op't schokkend schip... Eén doodsomarming... Wanhoopssnaren Snerpen dien kreet der hoop: Heer, red ons, wij vergaan. Weer werpt de zon in den luchtblauwen oceaan Het gouden dieplood van haar licht en opwaarts staren De schepelingen, met een mannelijken traan Den Vader dankend, Die de stormen deed bedaren. Arm menschenhart, dat op de deining der ideeën Behaaglijk wieglend, niet terugschrikt voor de weeën - Eigengewilde - van een onbekende kust! Wel mocht Gij wenschen, dat volheerlijk de genade Met éénen golfslag op haar reuzenrug U laadde En wierp behouden in de haven van Gods rust. C.N.V.D.C.B. Vorige Volgende