Dietsche Warande. Jaargang 8
(1869)– [tijdschrift] Dietsche Warande– Auteursrechtvrij
[pagina 417]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
VervolgGa naar voetnoot1 der anteykeningen van Broer Hendrik van Biesten,
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 418]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
zyn op de been gekomen by den anderen aan die muuren en op die markt met hun geweer ende in wapene, soo is die schout met twee Burgermeesteren ende veel burghers soowel geuzen als Catolyken geloopen nae die Regulierspoort om te sien wat er te doen was niet pensende aylacy dat het verraad aen de Haarlemmerpoort soude geschieden. Terwylen dat die burgers nu liepen nae de Regulierspoort nae den alarm slach ende niemand sag nae de Haarlemmerpoort soo was 't consept gemaekt van de geusen in der stad, dat de geweldige hoop knegten soude weesen voor die Haarlemmerpoort op deselfde Ure als zy voor de Regulierspoort alarm sloegen, ende soo waeren er ettelicke verraeders van de geusen in de stad die hadden het gereetschap al by der hand ende souden die Haarlemmerpoort met geweld óp hebben geslaegen, ende Myn Heer van Breeroo's knechten in laeten comen, ende die knechten quamen te laat voor die Poort soo dat sy op haer Uur niet en hadden gepast als het Godt Almachtig wilde hebben, die altoos de zyne behoedt ende bewaart ende die knechten quamen eerst voor die Poort omtrent acht ende negen uuren ende doe was 't voor de verraders te laat soo dat zy haar consept niet en mochten volbrengenGa naar voetnoot1: want alle man was doen in wapenen op de mueren ende aen alle quartieren der steede. Men seide doe ook seekerlyk ende waaragtig te syn, hadden die knechten van Breedenroo in de stad gekomen als haar voorneemen was, soo souden die geusen in der stad wesende met hen toegevallen hebben ende die stad gespoljeert ende geplundert hebben alle die Katolyke Burgers ende haar propoost ende leus was, al waar drie kaarssen in de glazen stonden ofte een achter die deur stont geschreeven die en souden men niet misdoen aen Lijff noch aan goet: [want] dat waeren van haar volck als er doe ter tyd wel binnen Amstelredam [te vinden waren]; hetwelke was een gruwelyke saak voor den Catolijken Burger die in der Stad waeren, men mach nu self voorts presumeeren hoe die Verraders met den Burgermeesteren ende allen den Raad gehandelt souden hebben ende voort met alle de Katolyke Burgers Jonk en Oudt die in der stad waeren, hetwelk nae die tyd gebleeken is, claar als de son aan alle haere wercken. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 419]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Op den dach voorsz. spolgeerden de geusen Breeroos knechten het Cathuysen Clooster en deeden de munneken grooten overlast ende gewelt en deden die Pater op syn knien sitten recht off sy hem den hals terstond wilden affhouden, dit gedaen synde quamen die hopluiden ende bevelhebbers van de knechten aen de Haarlemmerpoort ende begeerden dat men hun victualje soude bestellen uit der stad en scheepen om over te vaaren nae Waterland, hetwelk den Burgemeesteren met die hoofden van de geusen in der stad geaccordeert ende men heeft hem luiden victualjij gesonden te weeten: Bier, Brood, Booter, Kaas en Haering welke victualy Willem Martsen half Baljuw van Amstelland en Jan Broeck met nog andere hem luiden brochten buiten die poort, men mach denken off die van haar volck waeren off niet, maar men bestelde hen geen scheepen die waeren der buiten de Haarlemmerpoort genoeg van selfs te bekomen. den 29 April 's morgens vroeg kreegen die knegten de tyding dat den Graaff van Maghen hem Luyden quam naegetrocken met Elff ofte twaalff vaandelen knechten, soo braecken sy terstond op en creegen scheepen ende schuiten buiten die Haarlemmerpoort ende voeren over nae Waterlant en spoljeerden alle die kercken en Cloosters daer sy by quamen en trocken voort na Hoorn en Meedenblick. Op dach voorsz. nademiddach quam de Graaff van Maghen met Elff vendel knechten ende ses veldstuckken geschuts tot Sloterdyck, hetwelke die geusen in der stad niet wel en behaegde ende en wilde niet hebben dat men hen met syn volck eenige victualy soude senden, als men daachs te vooren Breederoos volck hadde gedaan, ende beletten ook dat die Burgermeesteren den Graaff souden senden een ton Engels Bier tot een present. Item op Meydach soo deilde den Graaff van Maaghen [syn volck] in twee deelen en den een helft ging te scheep na Hoorn alwaar dat Capitain off was Dirk Harmans Zeepzieder en de andere helft trocken te Landt nae Medenblick, alwaar zy Breedenroos knechten vonden, maar sy verwachten den Graaff met syn volck niet. Al[s] sy 't vernamen kreeghen zy metterhaast scheepen ende vielen daarin metter haast ende voeren over nae Vriesland ende aen de Gelderse kust ende spreide hemluiden elck man een sonderlinge wech, en die de Graaff nog vond binnen Medenblick en daer in het Land deede hy de facto ophangen [aen] de Eerste boom ofte galg | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 420]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
de beste, ende die Graaf voer meede over nae die Gelderse kust hem luiden nae, maer die bloode schelmen waeren altyd voorvluchtig en dorsten den Graaff met syn volck niet verwachten, maer teegens houte heiligen en steene beelden daer waeren 't dappere luiden teghen om te slaan, als 't noch op den dag van heeden ook syn ende wel blijkt aen alle de Geusen haar wercken. Item op den 8 Meij quam MijnHeer Noort KermenGa naar voetnoot1 met syn Familie voor de stad ende begheerde in de stad te weezen met vier ofte ses vaandelen hoogduitse knechten, ende hy quam self met zyn Vamilje binnen ende toonde syn Commissie. Zoo worden die drie schutteryen daer op vergaedert ende tusschen samenspreecken met den anderen soo wordent Myn Heer geaccordeert dat hy zyn volck zoude laeten incomen, want hy was gezonden van de Hartoginne van Parma met alle munitie van oorlog omme die stadt van Amstelredamme met geweld in te neemen en te beleggen, sooverre men hem niet en wilde inneemen met syn knechten ende hy brocht met hem 't groove geschut dat te Palmavond daer te vooren was voor Valensyn, welk geschut was genaamt de xij Apostelen, de Vier Evangelisten, de Nagtegaal en die duivel met syn moer ende het geschut lag in scheepen genoemt pleiten, omtrent Sardam, ende daer waeren by wel twaalffhonderd Pionniers, die lagen hier op die Rietvinck en huisen gelogeert, als de geusen in der stad dit volk sagen soo waeren sy soo bevreest en vervaart als die Catolyke ooyt te vooren hadden geweest. Ende soo vertrock MynHeer van Noortkermen des avonds weeder uit de stad by syn knechten ende des anderen daags den 9 Mey 's morgens vroech stonden die knechten in haar volle rustinghe ende waepenen voor die poort al den dyk langs van de Haarlemmerpoort tot de Kathuijsersluys toe in haar geleeden; ende die Poorten worden opengedaen omtrent vier Uuren van den Burgemeesters op 't wytst, sonder datter eenige schutters van de Geusen nae die poort taalde ofte sach. Ende die knechten quamen ingetrocken omtrent ses uuren met Noortkermen en de Graaff van Bussu voor aen met vier vaendelen hoogduitse knechten van den Regimente van Overstein. Als die knechten nu binnen waeren voor de middag staende alle | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 421]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
gelyk op de markt in haar slachorde, soo deede den Graaff van Bossu gebieden dat die knechten souden logeeren by die Geusen, hetwelk de Burgermeesters naemaals hebben anders geordonneert om vreede wille en hebben die knechten doen logeeren soo wel by de Catolyke Burgers als by die geusen; waarmeede de Catolyke seer wel te vreeden waren, beeter dan die geusen. Voorts zoo deede Noortkermen met den Graaff van Bossu een gebod gaan, dat men het Minnebroeders convent terstont soude doen schoonmaeken en repareeren en Reekening daarvan houwen van de kosten; sy souden se wel vinden die 't sullen betaalen; ende doe terstond worden die twee Vaandels van de Burghers die aengenomen waeren, afgedanckt. Op den x Meydach quam die Graaff van Maghen hier in Amstelredam met wel twee hondert haake schutten ende brochten met hem veel Burghers die te Utrecht hadden gewoont ende uit Amstelredam waeren gevlucht om den trubels wille; het welke nimmer meer vrome Luiden en syn, nog men mag se voor geen vroome Burghers achten, die in tyden van Last ende noodt uit haar stad vaeren en vluchten van daar sy syn gewonnen en gebooren ende met name de hoofden van der stad, als te weeten Burgermeesteren, Scheepenen, Raden der steede als hier in Amstelredam is gebeurt, alwaer dat Sybrand Popius ook die principaal aff was en versaakte daar en boven syn Poorterschap. Den xj Meydach hield men solemnelyk processie in Amstelredamme, als men gewoonlyck alle jaeren doet op dien dach, ende MynHeer van Noortkermen en den Graaff van Bossu met den Graaf van Maghen met alle haaren adel volgde die Processie alle met blooten hoofden, die minnebroeders worden dien dach weeder gekleet in haar kappen ende volgde almeede die processie, ende tusschen elcken geleede Priesteren ende religieuse ginghen twee hellebaardiers ofte twee haake schutten, alle met vergulde stormhoeden op 't hooft, ende was soo devotigen processie en solemnelyk als ymand ter wereld heeft gesien. Ende deese processie gedaen wesende en dat heijlig waardige sacrament in de Oude Kerck weeder gebracht synde ende opgeset was, zoo ginck Myn Heer van Noortkermen en den Grave van Bossu met die schout Pieter Pietersz. ende broghten die Minnebroeders weeder in haar convent, hetwelke was een groote spijt voor de Geusen die in Amstelredam waeren. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 422]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Den 13 Mey quam die Graaff van Aerdenburch en Amstelredam uit Vrieslandt ende brocht met hem ettelyke Edelluiden van Breeroo's volck die van Medenblik waeren overgevaeren, doe die Graaff van Maghen haar vervolchde, welke gevangensGa naar voetnoot1 worde gevoerdt nae Brussel. Den xxij May worden die sleutelen den Burgermeesteren affgeeischt en terstond haar weederom gegeeven, ende daer worde gepubliceert dat men niemand op 't kerck [hof] off geweide plaatsen soude begraven, dan die nae der oude Catolyke costuimen die sacramenten ontfangen hadden; en die geus was ofte storven in der tyt sonder biecht ofte sacramenten der heiliger kerck, die worden begraven buiten Sinte Antonispoort tussen die poort ende het Blockhuis langs den dyck, welk men hielte Jan Aartsen Kerkhoff; ook worden er ettelyke in de groote kerk en de minnebroeders Kerk opgegraven, ende meede daar buiten gebrocht. Den xxvi Mey worde gebooden die schutters allegaer haer waepenen ende geweer te brenghen op 't blockhuis aen de vesten ende daernae wort er ook gebooden, alle die gemeente goed ende quaat [te vergeten?] catolyken soo wel als die geusen; soo en dorst hem niemand belgen, want men seit een geuse plaach die rust wel. Item den xxvij Mey worden die twee eerste geusen in Amstelredam geapprehendeert den eenen was Pieter Jansz. Lies ende die andere een snyder wonende over die Minnebroers. Den 13 Junius worden hier voor die kercken ende alom gedruckte cedullen geplackt, waarmeede dat geveild worde by de La motte alle materialen die gecomen waeren van de Exempeten [?] die opgericht ende getimmert waeren binnen Antwerpen van den Martinisten ende Calvinisten, dewelke worde heel affgebrand ende uitgeroeid tot die grond toe, dat men niet en mach sien waer die hebben gestaan. Item den 18 Junius rees die groote brand op buiten de Regulierspoort ende daer verbrande twee moolens en wel xxij huisen en een olymolen, ende den brand sloech over den Amstel en quam buiten Sint Antonispoort, alwaer dat verbrande alle die huysen staande op den Amstel toekomende Cornelis Cod in den gulden tooren. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 423]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Denselven dag worde gepubliceert dat alle die geene die syn geweer niet boven gebracht hadde, dat zy dat souden brengen op 't blockhuis op die boete van hondert guldens. Den 5 Julius vertrocken die hoogduitsche knegten uit Amstelredam de regulierspoort uit nae Utrecht en terwijle d'een er uittrocken quam er weder drie Vaandelen Sint Antonispoort ingetrocken van den Graaff van Maghens volck. Den xiij Julius wordt er een geus met vonnis gecondemneert drie Sondagen te gaen agter drie processij in een Linnen kleedt met een wasse kaars in syn handt, omdat hy qualyk op die oude religie hadde gesprooken. Den 16 Julius worde hier gepubliceert dat men God Almagtig zoude bidden hem te gelieven die Coningl. Majest. goede voorspoed te geven om herwaerts over te comen, gelyk zyne Majest. voorgenomen had hem met den Eersten op die zee te begeeven en soude komen om sijn gewoonelyke goedertierenheid teghens syne subjecten te gebruiken en om syn Erffvader lant niet te verderven, en dat een ygelyk op syn genade soude vertrouwen. Soo worden er [dan ook]Ga naar voetnoot1 te Antwerpen en in Zeeland scheepen toegerust om den Coningl. Majest. teegen te zeilen; maer den Conink is niet overgecomen, want hem wat anders in Spanje ontmoete, als men naemaals wel bekend is geworden. Den 3 Augustus was die spraak in Amstelredam dat men buiten die haarlemmerpoort weeder soude preecken, maer een Hopman genaamd Struijff ging met 60 à 70 haake schutten om die te steure; maer zy dorsten die preeke niet beginnen van vervaarnis. Den xxv Augustus begon den Officier Pieter Petersz. de geusen goeden te beschryven, beginnende van Reinier Kant, Hendrik Jorissen, Jan Broeck, Pieter Kies, Dirck Emans, Barendinus Jacob Jansz. Pello, Capitein Vinck, Dirck Oeloffsen van Lascoopen: dit waeren de Eerste waer deur datter veel van de geusen gingen vertrecken uit der stad, dit uit een waarschouwing voor andere die meede suspect waeren. Den xiiij September is Pieter Jans Kies uit die gevankenisse gebroocken door assistencie van den Cipier Dirck van Bremen, welke was Cipier en subs[ti]tuit van den Schout. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 424]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Item den xxvij September worde vier van de Eerste beeldestormerij op die Plaats gehangen onder welke waeren twee Burgers en twee andere Jonge gezellen van 16 à 18 Jaaren ende Pieter Kies zoude die Vijfde geweest hebben, had die soo niet uitgecome als voorsz. is. Den tweeden October worde Harper Jansz. Voorspraak gevangen op het Stadhuis in de Heeren Camer daer die Heeren in recht sitten. Den xxv October worde noch een beeldestormer gehangen en was een Polsser, wonende op den nieuwen dijk in de Hamburger Pels ende een van Hopman Struijff syn knechten onthooft 's morgens al voor den dach. den 25 december vertrocken die vaandels van Maghens volck uit Amstelredam en daar quamen terstont weeder in drie vaandelen hoogduitse knegten van 't Regiment van Schouwenburg. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Geschiedenisse binnen Amsterdam in den Jaare 1568.Den 20 Januarius hielden die hoogduitse knechten hier op die marckt spits regt over twee van den soldaten, die worden den kop affgehouwen ende nog vier soldaten worden geschotden, omdat sy weg waeren geloopen ende men...... daerom van 's morgens vroech tot 's namiddags toe. den 24 Januarius worde den Prince van Orange te Brussel verdachvaart, om syn saaken te verantwoorden self in Persoon binnen drie maal vijftien daghen; welke niet en is gecomen. den 25 Februarius op Sinte Mathijs dach hield men hier Processy generaal om God Almagtig te danken en te looven dat hy ons in het voorleeden Jaar door syn groote genaede beschermt hadde van dat quade opset en propoos der Geusen. den 2 Maart worde lange Weyn met haar meid gevanghen, in haar eigen huis op de Zeedijk staande, en den 4e Maart worde Egbert Meynerts gevangen, staende in syn stoep, van Wolfaart Michielsen, welke is in de gevangenis gestorven. Item in de maand van Maart worde alle dagen de goeden be- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 425]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
screeven van de geusen die doen al uit Amstelredam waeren gevlucht in byweesen van Wolfaert Michielsen Substituut en twee Scheepenen, een Secretaris en eenen Deurweerder van 't Hoff van Hollandt. den 14 Maart worde een knecht van de hoogduitse met syn volle rusting aen den strot afgesneeden, van een burger, ende hy worde van de andere knegten gevangen ende op staende voet geleevert in handen van den Officier en des derden daags die kop affgehouwen en dit feit geschiede in Jan Roodenpoort. Den 21 Maart worde Pieter Kers, Capitein van de Wacht, gevangen en op die galleyen gebannen. Den 22 Maart stelde Willem Martsen Calff hem te purge by Klokgeslag ende verdacht werden syn partyen die hem beschuldigden voor den hove van Hollant. Den 30 Maart worde ‘het Graafken’ (Biersteeker) gevangen; en des nachts was die groote brand buiten de Haarlemmerpoort op de Braack. Item den 2 ende 3 April was 't seer koud weder ende het vroos soo hart dat men buiten op die slooten mocht staan op 't Ys, welke vorst belette dat die Landsluiden haar koeijen niet en mochten te velde brengen ende het hooy was seer duur soodat een Voer hooy gong twaalf à veertien gulden ende op sommige plaatsen was geen hooy te krygen om gelt, soodat veel beesten storven van honger en die Landluiden koften rogge ende backten brood, dat sy die koeyen gaven om het Leeven by te houwen. Den derde April worde hier gepubliceert een ordonnancie aengaende de Burgers die haar geweer uit het Boshuis weeder soude gerestitueert worden, ende degeene die haar geweer weeder gerestitueert was dat die by tyden van klokgeslach ofte ander remoer die woonen aen die oude syde hem souden laten vinden aen die Varckens sluis ende die woonen aen die nieuwe zyde op die Appelmarckt, elcx onder syn Capitein en Overste, die doe daartoe geordonneert waeren. Ende die knechten op die marckt en de Heeren ende Regenten van der Stad op 't stadhuis met alle degeene die op het Stadhuis dienen, te weeten Clercken, Notarissen, Voorspraecken, Stadsboden, Steede waeckers ende all Stads dienaars, ende die Bierdragers, Coorn-meeters, Setters, Storters, Maekelaars ende andere | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 426]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
officie hebbende van der stadt souden haar ho[e]fslach maeken op den damsluis en de Vismarkt. Ende die geusen die haar geweer niet weeder gerestitueert en was van 't boshuis souden moeten in haar huisen blyven ende niet uit deselve komen nog onder die ander gemeente, waardoor sy genoech alle fugitif gemaakt worden en een groote neerlaeg was voor die geusen die nog in Amstelredam waeren. Den 21 April schreeven sommige van de uitlandse geusen brieven aan haar vrienden in Amsterdam dat zy met haar goeden souden vertrecken terstond uit Amstelredam, wijl eerlang die stad van de geusen soude worden ingenomen, want sy nu seer stark waaren, ende verwachte nog al meer volcx uit Duitslant, deur welke brieven veel Burgers [met] haar goeden hebben gevlucht in de steeden van OverIssel. den 5 Mey worde hieringeroepen met klokke geslag 131 Persoonen, om persoonlijk te compareeren voor den Hertog van Alva ende om te purgeeren haar absencie en verloopinge, vlucht en verlating haarer goeden. Den x May worde drie beeldestormers gehangen daer onder een man was van 70 Jaaren oudt, genaemt Moes Koecker, een schuitevoerder van Utrecht. Den xi May gingen van Amstelredam te zeyl drie Carvielen toegerust ten oorlog om op die zuiderzee te vaaren, waarop Capiteinen waaren Jan Claassen Pijl en Dirck Harmansen Sop ende Bouwen Loep oock, nog wasser een Carveel toegerust ten oorlog tot Edam, Monnikendam, Hoorn, Enkhuisen, Medenblick en Harlingen van welke was Admiraal Boshuisen, Schout van Vessel (?), en Vice admiraal Jan Pyl voorsz., welke toerusting was om die Geusen te houwen van die Suiderzee, die seer sterck lagen voor den Dam ende Delfzyl. Den 15 Mey worde tot Diemerdam affgescheept 32 scheepen, vol Spangaarden en voeren na Vrieslandt aan den Graaff van Aardenburg, om de Geusen te wederstaan die daar in Vrieslant ende omtrent Groningen groote vergaederinghe maekte. Den 20 Mey worde twee vrouwen en drie mannen gehangen, ende doe die leste hangen soude, quam er een remoer onder het volck ter oorsaecke, dat er een schuit vol volck lach in den Ammenack welk te grond ging, soo dat er veel volcx in het water lach ende deur dat roepen ‘haalt op haalt op’, soo meenden die | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 427]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
knechten die op de marckt waeren dat er een oploop was en stelde hem ter weer teegen den burgers die malkander uit het water zouden haalen ende een Igelick liep nae huis, ende die heele stad was hier deur in rep ende roer. Item den 23 Mey, deese voorsz. Spangaards in Vrieslandt wesende onbedacht, wilde terstont die geusen slaan en den Graaf van AardenburchGa naar voetnoot1 gaarne gesien hadde, dat men den Graaff van Maghen verwagt hadde die tot assistency van hem Luiden quam met x vaandelen knechten, maer die Spangaerden en wilden niet wachten ende niet weetende den Listigen aanslag der Geuzen dewelke uit den Dam verliepen ende lieten daar staan spys ende dranck ende ander geweer en syn in een bosken geweeken dat daaromtrent lach, ende die Spangaards hem naetreckende en daer omtrent komende daar die geusen laghen, syn door een Listigheid van krygshandel alle de Spangaarden geslaegen en den vroome strydende Heer den graaff van Aardenburch is daar meede gebleeven ende aen die Geusenkant is gebleeven Graaff Adolff van Nassauwe. Den Eersten Junius worde tot Brussel veele edellieden onthooft uit Vrieslant onder welke waeren de twee kinderen van Batenburgh ende monsieur Dangel Viliers Bayma ende meer andere Somma tot xviij Persoonen toe. Item op den 5 Junius Ao 1568 welke was op Pinxter avont, was onthooft de Graaff van Hoorn en den Graaff van Egmont tot Brussel op die markt, alwaar een tooneel gemaakt was bekleed met zwart Laaken ende met twee Vluweele Cleën, daar op ende in het midden van 't toneel was een Outaar geordonneert daar op stont een silveren Cruisifix met twee brandende waskaarssen. Als nu die Justicy gedaan was, zoo worde de Lichaeme van de Religioosen vandaar gehaalt met groote solemniteit ende worden begraven; maar die hoofden worde op staaken gezet op die marckt tot Vijff uuren 's avonds, om die Justitie vreedelyk te executeeren, maar waar die naemaals zyn gebleeven dat is niet bekent. Ende binnen Brussel waeren op die tyd neegen Vaandel knechten ende acht honderd Spaanse Ruiters. De Graaff van Egmont liet agter Elff Leevende kinderen, ende syn penitentie-meester Marty[n] Riconius Biscop van Iperen [quam] binnen Brussel. Veel droefheids elck een daer sag, door den Doot van Egmont ende | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 428]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Hoorn. In Junio te Elff Uuren voor den noen, den 5 dag, storte deese Heeren haar Bloedt voor het Stadhuis. Item op den xxij Junius, worde lange Weyn met haar meid verdroncken op die marckt voor 't stadhuis, elck in een wynpyp, welke meede beelde-stormery hadden gedaan in de Oude Kerk. Soo men seide, had de vrouw haar dienstmaagt daertoe omgekocht voor twee nieuwe doecken. Ende op denselfden dach worden Jacop Jansz. Hael ende Ongher die opslager onthooft, welke Jacob Jansz. oorsaek was dat die oude kerk gesp [ol] geert worde, want hy was degeene die 't kindt in duits gecarstentGa naar voetnoot1 wilde hebben, op Sinte Bartolomeus avont Ao 1566 als voorsz. is. Op denselfden dach worde nog drie beeldestormers gehangen, ende den een was een slyper ende was die Geusen[-]pijper, doese in wapenen stonden Ao 67 als voorsz. is. Ende deese geworcht synde, soo is hy gequartiert, ende tot elken poort een quartier van syn Lichaam uitgehangen ende syn hooft worde gestelt op die haarlemmerpoort op een staak. Welke verraeder was die principaal die 't verraat soude volbrocht hebben aan de haarlemmerpoort, doe Breeroos volck aan de Regulierspoort alarm sloegen als voorsz. is, want tot synen huise werde gevonden mookers, voerhamers ende Isere koevoeten, daer sy die poort meede opgeslagen ende gebrooken souden hebben, hadden die knechten [op] die tijt van het allarmslach voor die poort geweest. Op den 23 Junius, welke was op Sint Jans avond. worde Pieter Jan de Witte gevangen van Wolfert Michielsen Substituit sittende in die Waag in syn stoel, want hy was doe ter tyt Wachtmeester, ende hy worde den 9 October op die plaats onthooft ende op 't kerkhoff begraven. Den 7 Augustus worde Harpert Jansz. Voorspraak onthooft ende begraven ende nog een beeldestormer gehangen. Item op den xv Augustus op die hooge lieve vrouwendach vertrocken alle die knechten uit Amstelredam te scheep nae Groningen, waar door was een groote blydschap in de stad onder den Burgeren, dat men van de knechten waren verlost en de Burgers souden self die stad bewaaren den Coningl. Majestt ter eere, waarvoor seekere treffelicke Burgermeesteren hem groote- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 429]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
licken hebben verobligeert en borggestelt dat er geen meer oproerte in de stad en soude komen ende hebben, [aen] Duc d'Alve daarenboven belooft te geeven eene groote somme van ghelds om die knechten uit der stad quyt te weezen ende nimmermeer weeder knechten in der stad te hebben, of ten waar by last ende noot dat die burgermeesteren die self begeerden in der stad te hebben. Item op den xii September geschiede een groote slach omtrent Groningen en den dam alwaar veel geusen vergadert lagen, die uit alle landen verloopen ende gebannen waaren, ende deeze slach deede den vromen strydende Heer Duc d'Alve, die met veel Ruyters ende Spaansche knechten uit Spangien gecomen was als Gouverneur van weeghen de Coningl. Majestt ende hadde by hem die Graaff van Maghen met syn Regiment knechten ende meer andere Heeren als Schouwenburch, de Graaff van Overstein met twee Regimenten hoogduitse knechten. Ende daer worde veel verslaegen van de Geusen omtrent seven duisendt soo men seide, en die het ontquamen en die de vlucht namen, verdronken meest in de Eems, want sy meinden over de Eems te komen na Eembden en van deese vergaderinge was Overste Veltheer Graaff Lodewyk van Nassauwen, des Prince van Orangien Broer. Ende deesen slach geschiet zynde soo is den vromen strydende Heer Duc d'Alve gecomen binnen Groningen met groote triomphe ende solemniteit alwaar blijdschap was van die groote Victory die daar geschied was, want soo men seide waarachtig te weesen en wasser niet gebleeven over hondert man van Duc d'Alva's volck. Ende doe nu alle ding beslecht weesende, soo heeft Duc d'Alve met synen raad geordonneert te leggen op Delfzyl een blockhuis ofte Casteel, ende ook binnen Groningen een Casteel te maeken seer sterck, als geschied is. Den ix October worde Pieter Jan de Witte ende Alffert Biersteeker op de Plaats onthooft ende op het kerkhoff begraven, ende den 4 December worde Bosman en Dirck Praat onthooft ende worde al slaende die kop affgehouwen, maar Bosman worde qualyk gejusticeert, ende worde beide begraven op het kerkhoff. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 430]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Geschiedenissen binnen Amstelredamme in den Jaere 1569.Den 18 Januarius worde Jan Jochemse, alias Graafken, onthooft en begraven. Den 3 Februarius worde hier uit Amstelredam gepubliceert ende metter klockslach gebannen ten eeuwigen dagen uit syne Coningl. Majestt Landen op die galghe, hondert en agt en twintig Burgers van de stad, onder welcke dat waaren ses vrouwen; en haare goeden worden genomen tot confiscatie des Coningl. Majestt, omdat het geusen waeren ende hem met den voorsz. troubel veel hadden gemoeid, ende haar huisen werden verhuerd van Konings weegen, ende de Vrouwen die haare mannen gebannen waeren, moesten haar eigen huisen hueren van de Coningl. Majestt Rentmeester, ende die huer betaelen recht off sy vreemdt hadden geweest. Ja dat meer was, die Renten hadden op de huisen en creegen ook geen renten van deselve 't zy dat zy ryk off arm waere. Al waar 't dat die Renten op die geusen huisen toequamen, kerken, cloosters, huiszitten, Leprozen, het was al eens. Den Hartoch van Alva, die de huisen verhuert van Koningl. Majestt weeghen, nae uitwysen syn beschyn, ontfangt die huer op syn termyn. Dat is een halve rym. Welke was groot onrecht teeghen alle recht ende reeden, want die Catolyke die niet misbruikten, quamen daar meest by te kort. Den 15 Februarius worde Jan Cornelisse Keetelaar gevanghen ende hy wierd den 6 October op die Plaats onthooft ende op 't kerkhoff begraeven, op welken tijd is Egbert Meynertsen in de gevangenisse gestorven, maer evenwel syn goeden genomen tot confiscatie der Coningl. Majestt. Item den xxvi Februarius wordt hier een menistGa naar voetnoot1 voor het stadhuis aan een staack gebrandt ende weeder een ander mennist gevangen, dewelke riep over die markt tot den anderen die aan de staak stond: ‘Stryt vromelick, myn Broeder, ten sal hier | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 431]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
met lang dueren’ en deur dat roepen het volck verstoort wordende dat op die markt was, begonnen te loopen of er een oploop hadde geweest, ende die, welke dus riep, worde terstont gevangen ende mede aen een staack gebrand met nog twee andere menschen die verdoopt waeren. Deeze Justicie geschiede den xij Maart daernae. Den eersten Maart Ao 1569 worde Willem Maertsen Kalff, Bailliuw van Amsterlant geapprehendeert ende zat gevangen tot den 14 Februarius Ao 71 doe quam hy vry ende word Bailjuw van Waterlant Ao 72 in de maandt van Maart in de plaats van Wolfaart Michielsen, dewelke hem het Bailjuwschap over renonseerde, by consent van het Hoff van Hollant. Item den xv April worde Vastert een blauwverwer gevanghen van Gerrit Claassen Borger, die doe Substituit was, welke Vastert men seide dat hy op zee hadde gerooft op die van Amstelredamme ende is naederhand bevonden onwaaragtig te weesen, ende is vry uitgecomen den xvj Julius daer nae. Den 12 Julius worden drie zeeroovers hier op de markt onthooft ende op raaden geset; den eene was een jonk Edelman uit Vrieslandt. Den 16 Julius worde tot Haarlem gevangen Jacop Volck van den Baljuw Schonevick ende brocht hem te Amstelredam, omdat hy wist van 't verraad dat die Geusen in Amstelredam voortgestelt hadden, doe Breeroo's volck allarm sloeg voor die Poort; welke Jacop op de markt wierdt onthooft ende syn Lichaam op een rad gezet. Item den xvij December worde Clement Hendriks de soon in ‘den decker’ hier op de plaats aan een staeck geworcht ende gebrandt met nog drie Jonge gesellen, dat Knevelaars waeren en struickroovers, maar Clement was een Menist ende hadde gevangen geleegen van den 28 Februarius aff, voor welke Clement worde veel gedaen om syn Lyff te behouden, maer men mocht hem niet brenghen van syn propoos ende opinie. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 432]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Geschiedenissen binnen Amstelredam Anno 1570.Den 3 Januarius worde Jan Roet, metzelaar geapprehendeert ende ging zelfs in de gevangenis, want hier was op syn Lyff gezet zeecker geldt, [ende] die hem gehuist ofte gehoeft hadde soude hem aanbrengen, soo wilde hy hem selfs verantwoorden in den naem dat het hem syn hals coste ende worde den 24 Januarius onthooft. Den xvij Junius worde hier te Amstelredam in gebrocht drie zeeroovers, den eenen'genaemt Jan van Trooyen, ende was van Rotterdam geboortig, welke waeren van Aart Jansz Craal gevanghen, die doe was Capitein op de Zuiderzee met Juriaen Cruysman en Claas Dobbesen. Ende deese drie zeeroovers wierden hier voor het Stadhuys gehangen, [ende] den 23en November hiernae aen de galg in de Volewyck gebracht. Den 26 September ging een groote armade van scheepen te zeil uit Zeelandt nae Spangien en Vrankryck en Portugal wel 100 scheepen soo groot als klein van alle weeghen vergaedert. Onder welke vloot waeren 40 groote scheepen van oorlog wel gemonteert ende toegerust van metaal en yzer geschut ende volck daer toe. Ende deese scheepen voeren over in Spangien die dochter van den Keiser Maximilianus, welke dochter soude hebben te houwelick den Koning van Spangien, Philippus, de soon van Keizer Carolus, ende deese Coninginne was Koning Philips zuster's dochter ende den Keiser Maximiliaan was des Conink van Spangien susterling; want het waeren twee Broers kinderen, soodat den Koning van Spangien Philippus oom was van syne Koninginne, die hy creegh te huwelyk. Deese Coninginne is (God heb Loff) met [behouden] Lyff over in Spangien gekomen ende was niet meer dan 9 à 10 dagen op zee. Item Ao 1570 op alreheiligendach was 't soo onverbolghen weer als by imands leeven was geweest, daer men aff wist te seggen; in de midden nacht tussen alreheiligen dach ende alresielen dach, nagts omtrent een en twee uuren, was 't een soo | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 433]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
hoogen waatervloet hier in Hollandt en in Zeelandt ende overal t'lant, ende daar braecken veel dycken deur soo in Waterland ende Neederlant, ende in Holland ende in die Sypdyk ende het hondsbos was ook deur gebroocken ende al die huisen op Syplant dreeven weg en daer verdroncken veel menschen ende beesten ende het honsbosch brack deur op twee plaatsen ende het water quam op die Slaperdyck aen, Ende in Amstelredam was het waeter ook soo hoog snagts omtrent twee uuren dat het water vloeide over die Warmoesstraat ende door alle die steeghen ende straeten van Sint Oelofspoort tot den dam ende liep soo in de Burghwal ter tyd toe dattet al even hoog was binnen ende buiten. Ende tusschen Muiden ende Diemen was den Dyck tot neeghen Roeden deur gebrooken ende buyten Sinte Anthonispoort brack meede in dat nieuwe steene werck dat voor die Poort leijt, ende overal het Landt was groote nood van waeter in Vriesland, Groningerlandt en OverYssel en daer verdroncken veel beesten en menschen. Ende op alresielendach was 't water soo hoog dat het stond in de Oude Kerck op 't hoog autaer. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Eene Beschrijving van de Geschiedenis in den Lande van Hollant, Zeeland en Vriesland in den Jaere 1572.In den beginne van den voorsz. Jaere soo isser opgereesen een groote comosy ende troebel onder die gemeente van den Lande voornt, door seekere oorsaak als dat den Hertogh van Alva onsen beminden Neeff doen genaemt was Gouverneur en Capitein Generaal over de Coningl. Majest. Landen; dees wilde hebben den tienden Penning van alle de Coopmanschap die men in de Landen ging vertieren; hetwelk naemaals quam tot een groot dangier; welke tiende Penning hem van sommige steeden ende Staten des Lands geconsenteert [was] ende de gemeente en was niet gezind daertoe om den tiende penning te geeven. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 434]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Seggende ‘souden wij geeven den tienden Penning van alle Coopmanschap soo waeren wij en onse nacomelingen Eeuwiglyk bedorven ende ten eeuwigen daege onder die slaverny van de Spangaerden.’ Voorts hoewel den Hertog van Alva wel wiste dat die gemeente niet en was gezind daartoe om den x Penning te geeven ende elck een hem onderrechte, geestelyke Persoonen ende Waereldlyke Heeren, ten baete niet, hy wildet hebben ende sprack ook daertoe groote vermeetelycke woorden, seggende die zon soude eer haar schynen laeten over het landt eer hy soude aflaeten om den x penning niet te hebben, men sondt aan den Hertog die Gardiaan Presidenten van de Minnebroeders orden, Abten, Biscoppen ende Prelaten om hem te informeeren dat hy soude aflaeten van den x Penning ende van syn quaede voorneemen, seggende ‘Heer Hertog van Alva, ten soude voorwaer niet dienen ende de bederffenis des Coningl. Majest. Landen syn ende en is niet mogelick om te geeven omdat die Coopmanschap te veel en divers is die in Nederlanden geschied, men sal liever een ander middel gaan soecken om geld te finteeren, (?)’ maer niemand en mogt hem seggen al waeren 't nog soo groote Heeren. Hy sonde evenwel syn Placcaten ende missiven over al in dorpen ende steeden, daer men handel ofte Coopmanschap deede ofte eenig goet ging vertieren, beveelende alle Officieren ende Wethouders dat men in elcke stadt ende Dorpen soude stellen twee Collecteurs Generaal van de rijkste ende eerlykste ende bequaemste daer toe dienende, ende dat die twee Collecteurs weeder soude verkiesen onder die gemeente nog andere Collecteurs van elke Coopmanschap een andere Collecteur. Diewelke den tienden Penning souden ontfangen, een Igelijk van daar hy Collecteur ende Ontfanger over waer gestelt. Ende deese Collecteurs ofte Ontfangers souden alle weeken moeten Reekening doen teeghens den Collecteur Generaal ende die Penningen alle weeken over leeveren die hy ontfangen hadde van den tienden Penning van de Coopmanschap alwaar hy Collecteur ende Ontfanger van was. Item op Sinte Agnietendag Ao 1572 soo quam die Graaf van Bossu te Amstelredam ende belaste den Schout ende Burgermeesteren ende Scheepenen allegaeder dat zy souden kiesen ende stellen twee Collecteurs Generaal over Amstelredam, die welke | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 435]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
die andere Collecteurs terstont soude stellen binnen acht dagen - op die verbeurte ende amende van vijff en twintig duisent Caroly guldens te betaelen uit haar Luiden eigen goed, tegen welken verbod mynHeeren den Burgermeesteren hebben geappelleert, ende syn van stonden aen daerom getrocken aen het Hoff van Holland in den Haagh, om sententie daer van te verwachten, maar die Heeren van Amstelredam syn daer gecondemneert dat zy Collecteurs moesten kiesen binnen den tyd van acht daeghen, of dat sy souden weesen gevallen in die boeten van vijf en twintig duisent gulden te betaelen aen hem, den Graeff van Bossu [die] was belast als Stadhouder over Holland; het welke die van Amstelredamme niet en hebben gedaan nog willen doen, voor dat andere steeden van den Staat des Landts van Holland eerst Collecteurs Generaal hadden gestelt over haare steeden, ende die van Amstelredam hebbent daer op laeten deurstaen ende gehoort off gesien wat andere steeden vóor deeden, alsoo sy de Jongste waeren, soo behoorde de oudste voor te gaan. Item den xiiij Februarius quamen hier in Amstelredam twee Commissarissen, van weegen den Stadhouder den Graaff van Bossu, met beursen ende sacken om die 25000 guldens te ontfangen die MijnHeeren hadden verbeurt ende in den Haag waeren affgeweesen met sentencie, maer mynHeeren van Amstelredam en waeren niet gereedt om die Commissarissen dat gelt te geven, ende die Burgers en kinderen op der straaten riepen die Commissarissen nae ende gaven haar die gray voor haar Herberg ende over straat, als zyse saegen; en riepen ‘hebt gy nu al, hebt gy t' nu al,’ soo dat die ontfangers blyde waeren dat zy weeder uit der stad vertrockken sonder het gelt,
want het was voor haar Luyden qualik getelt.
Ende die Commissarissen verdaechden MynHeeren van Amstelredam weeder te komen voor het Hoff van Holland self in Persoon te compareeren, hetwelk soo is geschiet; ende daer voeren van Amstelredam twee Burgermeesteren ende twee Scheepenen den xv Februarius om hem selff te verantwoorden, waerom sy geen Collecteurs en hadden gecooren, ende MynHeeren worde daer anderwerff gecondemneert in die boete van Vyff en twintig duisent gulden te betaelen omdat sy den Stadhouder niet geobedieert en hadden, want niemand van de Heeren van t'Hoff van Holland en dorsten anders seggen ofte doen dan die Graaff van | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 436]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bossu wel geliefde, want zy waren al gortich ende schurft datter in het hoff was; ende terwyle MynHeeren van Amstelredam om die saak te salveeren uit waeren, soo ging die Schoudt Pieter Pietersen ende koos uit hem selfs twee Collecteurs sonder Burgermeester en Raad te vraegen; omdat zy souden weesen ontlast van die boeten die daer op gezet waeren ende hem te vryen voor syn persoon, want hy soude meede moeten pinck penickspont contribueeren in de 25 duisent guldens als voorsz. is en den Schout sont die namen van de twee Collecteurs die hy gecoozen hadde uit hem selfs autoriteit nae den Haag in 't Hoff terwylen Myn Heeren daar waeren om hem te verantwoorden; welke twee Collecteurs waeren Reinier Roê-Claas Hendriksen en Dirck Jan Evertsen, welke twee terstont te werk toghen, ende koosen onder hem Luiden van elken handel ofte Coopmanschap een Collecteur welke gecoosen weesende hebben te samen geappelleert teegens die twee Collecteurs Generaal, ende en wildent niet weesen geen van allen, seggende wy en syn niet wettelyk gecoosen. Corteling hier nae den 4 Maart synder weeder gereist twee Burgermeesteren ende twee Scheepenen nae Brussel om aen den Hertog van Alva als gouverneur te versoeken om ontslagen te weesen van de boeten van xxv duisent guldens. Ende MynHeeren van Amstelredam tot Brussel weesende soo worden hem geraeden van den President van 't Hoff van Brussel, dat zy by den Hertoch niet in persoon souden compareeren, want hy was zeer vergramd op die van Amstelredam, om dat zy hem den x Penning soo lange weederstaan hadden, soo dat MynHeeren van Amstelredam wederom te huis quamen sonder den Hertog van Alva self te spreeken, want hem worde ook geraeden, dat sy niet en souden laeten weeten voor den Hartog dat die van Amstelredamme tot Brussel waeren, ende hier nae isser, God beetert, soo veel te doen gecomen dat die saak van den x Pennink en van de 25000 guldens geheel is agter weegen gebleeven, alsmeede het kiesen van de Collecteurs. Item hiernae den eersten April welk was op Dingsdag na Palmsondag soo is gecomen den Heer van Lumei ende was een balling des Conin. Majestt Landen, met eenen genaemt Klaas Ruychaver van Haarlem ende was een Banquerutier van Amstelredam, deese twee waeren Capiteinen ende quamen met xxv | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 437]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
scheepen en volck uit der zee in de Maas ende naemen in die stad van den Briel; nu binnen weesende hebben sy terstont Papen, Monniken, Begynen en alle die geestelykheid uit der stad gejaagt ende veel Catolyke Burgers meede uit der stad verdreeven, ende haare goeden gehouden voor haar, want soo men seide soo hadden die van den Briel deese voorsz. Capiteinen ontbooden over te komen uit Engeland ende van Eembden. Voorts hiernae tusschen Paaschen ende Mey Ao 72 soo hebben die in Zeeland meede beginnen te rebelleeren, te weeten Vlissingen, Ter Veer, Arnemuiden ende al t' Lant van Walcheren uitgenomen Middelburch ende hebben al de kerken en Cloosters verdestrueert en aan stucken geslaegen datter was, ende alle die geestelijke verjaagt ende ook een party qualyk gehandelt seggende ‘wy willen den x Penning weederstaan,’ en daer laegen in Zeeland wel 300 schepen die uit Spangien en uit Vrankryk gecomen waeren gelaeden met zout ende andere Coopmansgoederen, en die geusen hebben alle deese goederen ende scheepen genomen in haar geweldt, welk spel is gecomen ter oorsaeke van den x Penning van alles datter worde vercoft ende vertiert, welk is gecomen tot groot dangier als men hooren sal. In de week nae Mey Ao 72 soo is de Graaff van Bossu als stadhouder gecomen met veel scheepen ende groote nomber van Spangaarden ende Waalen op t'Eilandt van Walcheren om Middelburg te ontzetten en hebben die rebellen geusen uit Arnemuide gedreeven, en daer is een groote moord geschiet op Arnemuiden over die geusen ende die gemeente en hebben die scheepen weeder gekreegen in haar geweld maar niet al. Den tweeden Meydag Ao 72 soo hebben die van Enkhuisen beginnen te rebelleeren teghens de Coningl. Majest. ofte den Hertog van Alva, ende hebben drie Scheepen van Oorlog aangehaalt die voor Enckhuisen op de ree lagen van Coning Majest. Scheepen, ende hebben t' geschut, kruyt, ende Loot daer van genomen ende in de stadt gebrocht om die stad meede te starcken en de geestelijkheid is door dit remoer terstont uit Enckhuisen vertrocken nae Amstelredam en de Wet en Justicie en de Heeren van Enckhuisen hebben dit al geleeden ende met goede oogen aengesien, sonder daer iets teeghen te doen ofte spreecken. Item den 4 Mey quamen die Heeren van Enckhuisen hier te Amstelredam om te spreecken met den Graaff van Bossu, die | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 438]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
doe was Stadhouder en Admiraal vraegende hem hoe sy met die rebellen doen souden die t' dus aenstelden en dit voorsz. werck hadden aengerecht, waerop die Stadhouder vraechde hoe sterck die geusen ofte rebellen wel waeren binnen Enckhuisen ende hoe sterck die goede Catolieke gemeente wel was, waar op de Heeren van Enckhuysen ten antwoort gaven dat sy nog wel hadden twee ofte drie hondert Catolieke Burgers teegens een geus die 't dus rebellyk aanstelde; soo heeft die Graaff van Bossu tot hem luiden geseit, ‘treckt van stonden aan nae huis in U Stadt ende spreekt met u goede gemeente ende stelt u daartegens op in wapenen om die rebellen te straffen, ende treckt het harnas aen ende een bloedig hembdt daar om uit, ende straft die geweldige Dienaars die 't rebel dus maaken binnen u stad van Enckhuisen. Off ik wil komen als Stadhouder ende straffen die goede met den quaeden.’ Met sulken antwoort syn die Heeren van Enckhuisen van die Stadhouder en van Amstelredam gescheiden ende trocken weeder na Enckhuisen. Nu die Heeren van Enckhuisen te huis gecomen weesende soo hebben sy haaren raad vergaedert, ende te kennen geevende wat antwoort sy van den Stadhouder hadden ontfangen en consuleerende met den anderen hoe sy het souden aenleggen om die rebellen ter needer te stellen met goede manieren ofte anders hoe 't soude mooghen weesen, ende onder midlertyt sy dus te samen spraecken, soo quaement die rebellen te weeten dat den Raad vergaedert was ende spraecken met malcander van t' antwoort dat sy van Amstelredam ende van die Stadhouder hadden gebracht. Ende die hoofden van den rebellen binnen Enkhuysen hebben die gemeente opgekocht die van haar condicy waaren, ende hebben al t' gemeen Peupel op de been geholpen ende hem in wapenen met haar geweer op die marckt, ende syn gecomen voor het Stadhuis ende hebbent beset soo dat den Raadt ofte Heeren daer niet en mochten uitkomen off sy wilden weeten wat die Heeren daar getracteert hadden ende wat zy met malcander hadden geslooten. Waer deur quam een groote vrees onder den goeden Catolycke gemeente soo dat niemand een hooft dorst voor steecken buiten haare huisen, ende den Raadt quam van het Stadhuis al heimelyk den een hier deur den anderen daar soo zy best conden, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 439]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ende de rebelle geusen naemen twee Burgermeesteren gevangen ende terstont hiernae soo ruimde den raad uit der stadt ende lieten staan al dat sy hadden, ende meer andere burgers quamen tot Amstelredam sonder een handt daervoor uit te steecken ofte yts teegens te doen. Ende die rebellen groeiden hoe langer hoe meer aen ende verdestrueerden daer binnen Enckhuisen alle die kercken ende kloosters ende trocken al t' Lant deur ende smeetent al aan stucken datter in de kercken was daeromtrent, ende sy sonden terstont booden nae den Briel, dat die haar te hulp souden comen hetwelk alsoo geschiede ende den xviij Meydag quam Claas Ruychaver binnen Enckhuisen met wel xx scheepen volcks van den Briel, ende wel t' sestig waghens gelaeden met volck de strand langs van de Maas tot Meedenblick toe. Doen deese nu binnen Enckhuisen waaren, soo plunderde sy terstond die Burgers huisen die van haar Condicy niet en waaren ende benamen haar alle haare Cleinodien van Goudt en Silver, dat sy hadden ende van geld ende alle andere Juweelen dat haare gaeding was, ende van huisraadt meede ende voorders van al datter was. Voorts zoo trocken deese rebellen geusen met haare Capitein Claas Ruichaver van Enckhuisen nae Meedenblick ende in de Stad weesende hebben die stad van Medenbl. gespoljeert, ook kercken, kloosteren ende burgeren berooft van alle hetgeene dat haar gaeding was ende het manvolk van Meedenblick waeren meest alle geweeken op het slot ofte huis, ende die geusen eisten het huis op, als die daer op waeren t' niet en wilden opgeeven, soo tierden die geusen off zy het slot wilden bestormen, ende naemen alle die vrouwen en kinderen voor aan in den storm, om off die in het slot waeren uit hadden geschooten soo souden se doorschieten haar eigen wyven en kinderen en door oorsaeck van dien soo moesten sy dat slot opgeeven in handen van de rebelle geusen. Den 23 Mey quam een party volcks van Enckhuisen binnen Hoorn ende hebben 't gemeen Peupel opgerockent teegens den Burgermeesteren van Hoorn ende alle den Raadt, seggende: dat die Burgermeesters al heimelyk knechten in der stad hadden laten komen, ende dat zy een party van den Burgers souden doen vangen, en dat die Spangaards in die kloosters waeren | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 440]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
gelogeert al heimelycken ende die Burgermeesteren gingen metten gemeen in de kloosters om te besien wat Spanjaerds daer al heimelyk gelogeert waaren ende sy en vonden daar niemant. Voorts soo wasser in Hoorn een Burgermeester die soude weesen Capitein op een schip van Oorloch van de Koningl. Majest. genaemt Jan Simonsze Roll welke Capitein syn schip te Amstelredam lach ende hy was zelf meede te Amstelredam. Ende syn victualy had hy al gekogt te Hoorn welke victualy syne vrienden scheepten van Hoorn nae Amstelredam om op het schip met syn volck te Eeten en als dit goet nu soude vaaren uit Hoorn soo is 't gemeen Cluterment (?) quomen (?) ende hebben die schuiten metten victualy gehouden ende en wilden niet hebben dat het goed soude vaaren uit Hoorn nae Amstelredam om op 't Koningl. Majestt schip gegeeten te worden, ende die zwager van Jan Symonsze Roll, was die principaal Capitein die t' gemeen peupel dus oprockte om 't goed ofte deese victualy in der stad te houden ende daer was een Burgemeester van Hoorn die een woord ofte twee daervoor soude spreecken, seggende laat het goet passeeren en vaaren want het is victualy die op des Koningl. Majestt Scheepen van Oorlog wesen sal. Deese Burgermeester creegh een vuistslach van de zwager van Jan Symonsze Rol die deese victualy toe quam ende terstont hiernae waeren alle die andere Burgermeesteren vervaert met alle den Raadt ende packten hem weg uit der stad ende quamen ahneede tot Amstelredam en de Priesters en de Monniken verliepent almeede, dit siende die andere gemeente die Katholyk waeren en wilden ook met die rebellen geusen niet te doen hebben, syn altemet nae gevolcht en quamen almeede te Amstelredam met Lyff ende goet, al wat sy uit der stad konden krygen en lieten de geusen de stad houwen, sonder een hand daarvoor uit te steecken als gebleeken is. Ende [met] die van Edam, Monnikendam, Purmerent, 't Noorder-Lant en Waterlant [is't] almeede terstond hiernae geworden ‘vyve la geus,’ t' welk doe was een gemeen spreekwoort onder die rebellen en van daer quam ook al die geestelykheid vertrecken nae Amstelredam en Utrecht om haar Lyff te bergen van de geusen, want het was al om die geestelykheid te doen om die te verdestrueeren. Ende die geusen smeeten, al het Landt deur ende in de steeden-kerken, onstucken datter in was van beelden ende | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 441]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
anders ende hielden haar Religie weeder op die manier van Calvinus als men in het Jaer 66 had gedaan. Voorts hiernae den 25 Junius quamen hier in Amstelredam die Clarissen van Alemaar die welke van de geusen uit haar convent gejaagt waeren, en die geusen binnen Alcmaar sloegen weder op nieuw aen stucken het minnebroeders convent als zy in 't jaer 66 ook hadden gedaen ende verjaechden uit die stad alle die Bruers ende namen vier monniken gevangen die sy brochten tot Enckhuisen, welke vier Broeders aldaer gehangen wierden op den 12 Julius Ao 157.... Voorts hiernae soo heeft Haarlem, Leyden, Ter Gouw, Delft ende geheel Holland begonnen te rebelleeren, soodat alle die steeden meest zyn geworden: ‘Vyve la geus’ ende stonden al op teghens Amstelredam om die te bederven, omdat die meede niet ‘Vyve la geus’ weesen wilde. Ende daar en is niet goet Coningl. Majes. gebleeven anders dan Amstelredam, Weesp ende Muyden en Schoonhoven, welke naederhant van de geusen worden ingenomen om dattet geen onzet en creeg van die stadhouder als zy gaarn hadden gehadt, soo dat die van Schoonhoven moesten vallen in handen van de geusen ende haare vyanden. Item op den 8 Junius quamen hier tot Amstelredam omtrent 400 Spanjaards alle haake schutten om te haalen xx ofte xxv Lasten Tarwe die sy zouden convoyeren en brengen tot Rotterdam over Landt met Waghens, want alle wateren waaren geslooten ende men mocht nergens vaaren noch reise van de geusen; deese Spanjaards nu comende met haare wagenen geladen met Tarwe die zy souden brengen van Amstelredam tot Rotterdam, soo waeren die geusen op Sparendam ende beletten aldaer dat die Spanjaards met haare wagenen niet en mochten passeeren, soo hebben die Spanjaards hem teghen die geusen ter weer gestelt ende daar syn veel van den geusen geslaegen ende gestooten ende een party gevangen ende deese Spanjaards hebben Sparendam ingenomen ende hebben het heele Dorp verbrant op den x Julius Ao 72. Voorts twee ofte drie uuren hiernae soo syn deese Spaenjaarden met haar wagens voortgevaren van Sparendam nae die Santpoort en soo door het Duin nae 't strant; want zy en mochten niet passeeren voorby Haarlem nog daer deur, soo syn sy geko- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 442]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
men tot Santvoort op 't strant alwaar die geusen van Haerlem laegen verborgen in de huisen tot Santvoort, meenende die Spanjaardts daar te schutten ende haar die wagens met den Tarw te ontjagen hetwelk die Spanjaards syn ontwaar geworden ende hebben hem daer weder tegens ter weer gestelt, daer syn weder een party van de geusen van Haarlem doodt gebleeven en die reste syn 't weder na Haarlem ontloopen en de Spanjaards hebben 't Dorp Santvoort verbrandt op den xvij Julius Ao 72 ende syn voortgetrocken met de Tarwe op haare wagens geladen nae Rotterdam ende met die buyt die sy van de twee Dorpen hadden geplundert. Den xx Julius quamen voor Haarlem leggen vier vaandelen Hoogduitse knegten en een vaendel op Sparendam opdat die geusen malcander geen toevoering en mochten doen uit Delflant en Rynlant van Bier ofte andere Waaren nae 't Noorderlant, doe waeren sy van den anderen gesepareert dat sy malcanderen niet en mochten toevoeren van Victualy ofte Bier. Hiernae den xxvij Julius quamen die geusen van Alcmaar, Hoorn ende Enckhuisen ende meende die knegten die op Sparendam waeren op te slaan, want sy daer deur seer benauwd waeren van Bier en die knegten van Sparendam en die omtrent Haarlem lagen quamen daer teeghens omtrent Velsen ende Beverwyck, en sloegen dapper teeghens den anderen, en daer is wel gebleeven van de Geusen die van Alcmaar, Hoorn en Enckhuisen waeren gekomen omtrent seven ofte acht hondert. Den 28 Julius quamen die Spanjaards weeder van Rotterdam, ende lieten die stad ledig sonder knechten door t' gebreck aen brood en andere Victualy ende die geusen hielden de stadt in ende creeghen die van Rotterdam Victualy genoeg van Dort, Delft, en der Goude en andere geusen steeden, en deese Spaenjaerds die uit Rotterdam quamen binnen den Haag en op den Eersten Augustus op St Peters dach trocken die Heeren van t' Hoff uit den Haag de strand langs met deese Spanjaards die hun convoyeerden tot Amstelredam, met Wyff, kinderen, kleederen, kleynodien ende alle haare Juweelen, want die Heere en dorstent in den Haag niet langer houden uit vrees van den Geusen waer van sy alle ogenblicken dachten overvallen te worden. Doe nu hier te Amstelredam waeren het heele Hoff, Raadsheeren, Procureurs, Advocaten, Clerken ende andere Heeren, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 443]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
soo syn zy getrocken nae Utrecht ende hebben 't Hoff van Hollant van Pleyten ende rechten aldaar gehouden. Den 17 Augustus Anno 1572 dat was den Dach dat die Heer van Lume ende Lanckhaer ofte Lanknagel de Stad van Amstelredam belach, dewelke men seide dat gezwooren hadde, zyn nagels ofte syn hair niet te laeten korten eer hy syn wil hadde van die stad van Amstelredam. Ende dit beleg deeden sy met twee duisent man ende waeren almeest haeckeschutten sonder eenig grof geschut met hem hebbende, maer haar meening was dat er een party Burgers in de stad waeren die de Poort van binnen souden opslaan ende een oploop in der stad maecken, ende dat sy soo dan mochten in der stad komen ende alle die Catolyke Burgers vermoorden en die stad plunderen benevens Kerken ende Cloosteren ende met die buyt ter Lande uittrecken. Item den 18 Augustus vielen die Burgers uit der stad en hielden schut geveert teghens die geusen op de Reguliers dyck en daer wierden wel een Hondert ofte meer geschooten en geslaegen ende weinig Burgers gequetst en drie Doot, dit gedaan synde soo trocken die Burgers weeder in de stad ende op die middag soo reeser een groote Brand op buiten de Regulierspoort ende daar verbrandde alle die huisen ende hoeven welke stonden van de heiligewegspoort tot aan het Leproosenhuisken met vier moolens. Den 19 Augustus verbrandde buiten Sinte Antonispoort meest alle die huisen ende Lynbaenen en wel 32 groote scheepen, leggende in de Wael en nieuwe gragt. Den 21 Augustus omtrent den middach quam de Graeff van Bossu de Stadhouder in Amstelredam met drie Vaandelknechten en quam te scheep van Muyen ende teegens den avondt soo vielen die schutten uit der stad met de Burgers ende hielen weeder schut geveert tegens de geusen, welke geuse hun hadden beschanst buyten de Regulierspoort, tussen het Lazarushuisken ende den Engelsmanshuis, en daer bleeven doe wel weeder twee hondert van de geusen, ende van de Burgers ende knechten worden ses doodt geschooten ende 10 ofte 12 gequetst en de Burgers en knechten quamen weeder in de Stad, ende die geusen yertrocken dien nacht van Amstelredam ende verbrandent voort al wat er buiten stondt van huisen ende Molens, alsmede al de huisen staande op de Reguliersdyk tot aan het Lange | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 444]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Loop-velt toe. Ende namen met hun wel duisent ofte twaalf hondert koeyen uit de weij ende trocken met haaren Capitein Langnagcl genaamt na Leyden, Haarlem en ter Gou, daer sy van daen waeren gekomen. Den 4 October hier nae quaemen der vier galeyen van Enckhuisen ende Hoorn met geusen in de Haven hier over Amstelredam tot Nieuwendam in de haven ende beschanste hun aldaer op den hoogen dyck tussen den Nieuwendam en Schellingwou om die scheepen te beschieten die uit de Zuiderzee quamen seilen na Amstelredam ende sy namen wel 10 ofte 12 scheepen uit de have tot Nieuwendam ende deeden die in 't Schellingwouder-rack zinken in t' rechte diep daer het 't nauwste was. Den 16 October voeren uit Amstelredam veel knechten met waterscheepen na Nieuwendam om die geusen te besoeken die daar op den dyk lagen, maar die knegten en wilden niet op 't Land ende daer lagen 14 scheepen met twee galeyen van Oorlog voor Nieuwendam die schooten dapperlyk onder die geusen die op den dyk lagen ende in de geusen galeyen die in de haven laghen ende daer wierden doe in brandt geschooten wel 12 ofte 14 groote scheepen die tot Nieuwendam nog in de haven lagen, onder die alle was een groot nieuw schip dat eerst van Stapel was gecomen en wel 400 Lasten groot t' geen meede verbrandde ende op die tyd worde geschooten den Schout van Haarlem Jacop Topsen die doe Capitein was op de groote galey van Amstelredam. Ende die geusen ruimde van daar in den nacht en verlieten den Dyck en quamen met haer geley weg in der nacht na Edam ende Monnikendam. Item den 7 November quamen die geusen weder van Hoorn, Enckhuisen, Edam en Monnikendam met 28 Scheepen van Oorlog ende tien galeyen leggen voor Jaep Hannesen ofte wat naeder, ende die galeyen quamen in de haven tot Nieuwendam, Ende den xi November te weeten op Sinte Maartens dach 's morgens voor den dach, staeken die geusen aan brand drie oude boeisen ofte scheepen die sy van Enckhuisen hadden meedegebracht ende lieten die scheepen al brandende dryven nae Amstelredam om die scheepen van Oorlog die voor Amstelredam op stroom laegen daar meede aen brand te krygen maar als t' God wilde hebben syn die brandende scheepen gedreeven voor | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 445]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
by die stadt ende voor by de scheepen van Oorlog ende daer en is: God heb Loff, geen schaede altoos van gecomen, ende de brandende scheepen dreeven tot aen den hoogen oort ende verbrande aldaar tot gelyk 't water aff. Den 21 November quamen van Haarlem, van Leiden ende uit Waterlandt die geusen ende over vallende 't Kathuisers Klooster ende staeckent aan brand met nog..... huisen buiten de Haerlemmerpoort, nochtans lag daar op den Dyk in het klooster een Vaandelknechten, dewelke het Klooster ruimde ende verliepent sonder een schoot daar in te schieten ofte eenig weer daar voor te bieden, ende weeken op die stad daar sy in quamen, dit was het overste bloot vendel van die Stadhouders regiment, welk vendelknechten men nae die tyd noemde het ‘bloo vaendel,’ want sy waeren al uit het clooster verloopen eer sy de geusen saegen ende dat door toeseggen van een Boerman die 't hem Luiden quam seggen dat de geusen souden comen om hun te besoeken en daer voor waeren sy vervaard. Den 26 November quamen die geusen wederom van Haarlem ende uit Waterlant ende daer waekte op den dyk voor de Poort een Vendelknegten van de Burgers alwaar dat Hopman van was Wouter Burchmansen dit vendelknechten stelden hem te weer tegens die geusen, soo datter wel een hondert ofte meer doot bleven als men seide en 's anderendaags wel sag, want het was in der nacht omtrent xij Uuren, onze Burgers namender tien gevangen, ende quamen in der stad, ende de geusen waaren doe wel xv hondert man sterck soo die tien gevangens bekende, ende doe verbrandde voort alle de huisen die buiten de Haarlemmerpoort stonden met twee moolens ende deese tien geusen die doen gevangen waeren worden den tweeden December op die plaats voor het Stadhuis gehangen, ende wierden daerna buiten de Regulierspoort gebrocht aan de galge. Den 25 November quam er een Trompetter van der geusen scheepen over het ys aen den Admiraal Boshuisen die syn schip voor Amstelredam lach op stroom ende brocht een beslooten brieff aen denselve waerin nog stak een brieff voor die Burgermeesteren van Amstelredam. Ende deese Trompetter wierd den 28 November gehangen niet omdat hy deese brieven hadde overgebracht, maar omdat hy bekent wierd voormaals verhuert en ook gevaaren hadde voor Trompetter op 's Conincx Scheepen, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 446]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ende was daar van geloopen sonder verlof en Paspoort van syn Capitein op de geusen scheepen. Item den eersten December worde. het steedeke van Naarden ingenomen van de Spangaards, ende Don Frederico de soon van den Hertog van Alva ende den Stadhouder Bossu was daar meede present ende de Burgers van Naarden gaven 't op sonder daar yts tegen te doen, nogtans wierd al wat men op straat vond doorsteeken, ende die fury al over wesende, soo ontboden die Spanjaarts al het manvolk te komen op het Stadhuis, alwaar veel manspersonen quamen, niet denkende dat haar eenig quaad soude geschieden ende als zy daer waeren soo hebben syse al meede doorstooken ende doorschooten, ende voort die stad geplundert ende aen brandt gesteeken, soodat de grootste helft van de stadt Naarden verbrandde op den tweeden December. Item op den derden December quam Don Frederico, soon van den Hertog van Alva, hier in Amstelredam met den Graaf van Bossu, Stadhouder, ende Noortkermen, met meer andere groote Meesters en Spaanse Heeren, ende met een groote Heirkracht van volk te voet ende te paarde, met hun hebbende een groote munitie van Oorlog, als geschut, Cruit, Koogels, Trappen ende Leeren, sulx als men tot den Oorlog behoeft, om steeden met geweld en stormenderhand te winnen. Den 8 December vertrocken veel Spangaarts uit Amstelredam na Haarlem, om dat te veroveren en de geusen laegen op Sparendam ende haddent dapperlyk beschanst, ende beset soodat die Spaenjaards daar niet voorby en mochten om voor Haarlem te komen. Ende hadden oock Velserdyk doorgesteeken, dat die weg onder water lag, ende de Spangaards hebben de schansen soo becroopen van agteren ende van vooren ende hebben de Geusen daer uit geslaegen op den 9e December en daer syn wel 300 van de geusen op Sparendam doot gebleeven, ende veel syn in het Spaarn verdronken, want het was beslooten waeter, dit werk wierd verrigt over t' Ys. Den 9en December reisde don Frederico uit Amstelredam nae Haarlem met den Stadhouder, met Noortkermen, ende met alle syne heirkracht om die stadt van Haarlem te beleggen met 14 groote met alle stucken geschuts, ende een groote nombre van wagens geladen met Cruit, Clooten, ende andere vereischte munitie van Oorlog. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 447]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Item den xij December quam den Heer van Lumy wel met 4000 man van Leiden en Delft om Haarlem te ontsetten ende daerbinnen te komen, maar die knechten voor Haarlem soo Duitschen als Spanjaards worden dat ontwaar ende syn daartegens gecomen omtrent het Manpadt ende den Aerdenhout en hebben een schermutseling tegen den anderen gehouden, ende daer syn van den Heer Lume zyn volck wel doot gebleeven twee duisent man, ende de rest verliepent wederom na Leiden daar sy van daan waeren gecomen. Den 18 en 19 December worde dapperlyk op die Stadt van Haarlem geschooten met 14 groote metaale stucken, soo, dat de Kruispoort heel ter needer lag met een groot stuk muurs daaromtrent, Ende de Geusen die daar in waeren bebolwerkte t' 's nagts weederom aen met aarde ende andere materie die sy naast conden krygen in der stad ende den xx December worde die stadt bestormt van de Spangaerds, maar sy deeden eenen verlooren storm, overmits dat die brug aan stucken brack, daer over sy meende in de stadt te komen. Den 21 December quamen die Watergeusen weder van Hoorn, Enckhuisen ende uit Waterlant met vier galeyen ende veele kleine scheepen tot Jaep Hannesen aan den Dijck in den nacht, ende braecken de Kruin van de sluis ende Deuren instucken ende staecken den Dyckdeur tot twee steeden daarby den anderen, ende die van Amstelredam wordent gewaer in der nacht omtrent twee uuren ende daar trocken terstont in der nacht een party knechten uit der stad daer nae toe om te beletten het geene die geusen daer hadden begreepen en daer worden van den geusen doorschooten en geslagen vijftig man, ende veel verdronken in het Y omdat sy niet gauw genoeg konden vlieden off scheep komen, want deese geusen stonden nog en arbeide om den dyk te doorgraven ende daar worden er acht gevanghen ende te Amstelredam ingebrocht ende den xv Januarius worde deselve gehangen. Anno 1572 omtrent Kersmis was t' tot Amstelredam een seer groote duerte in t' Koorn ende graen en meer andere waaren, die hierna gespecificeert staan, ende men kogt omtrent een
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 448]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Geschiedenisse omtrent Amstelredam ten Jaare 1573.Ao voorsz. in den vasten den vierden Maart quamen die geusen van Enkhuisen, Hoorn, Edam, Monnikendam ende uit Waterlant met veel kleine scheepen ende galeyen, ende namen in den Dyk tot Jaap Hannesen tussen Amsterdam ende Diemen ende gingen hem aldaer beschanssen ende den Dyck deur te steecken, om met haar galeyen ende scheepen te komen in de Diemermeer en Amstel, om te beletten de vaart van Utrecht op Amstelredam opdat er geen victualy en soude mogen komen van Utrecht om na Haarlem te vaaren in 't Coningl. Majestt leeger, maar men ging terstont daar teegens toe maaken wel xxv waterscheepen en andere Vaartuigen van Oorlog met volck ende ook veel volcx op den Dyk die teegens haar schansten; aen beide zyden van vooren ende van achteren te water ende te Landt worden die geusen doe benaauwdt, soodat sy geen toevoering en moch- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 449]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ten krygen van Victualy van geene syden, Ende op den Agtsten Maart welke was tussen Schortel-Woensdag ende Witten-Donderdag 's naghts soo meenden de Peraten met haar scheepen ende krygs-volck al heimelyk den Dyk te ruimen en met die scheepen weg te komen, maar daar worde te nauw opgepast soo dat er een groote menigte wierden geschooten ende geslagen, en die geusen lieten daar wel 25 schepen ende drie galeyen, en daer bleeff wel drie hondert man, en die het ontquamen voeren over na Waterlant ende verliepent ende lieten haare scheepen ende galeyen leggen. Dit gedaen synde soo voer den Graaff van Bossu van Amsterdam op den 4 April met een groote Armade van smalscheepen ten oorlog toegerust en met agt galeyen na 't Haerlemmermeer, ende omtrent het huis ter Hart daer was den dyck doorgesteeken, daar men met die scheepen en galeyen door quam in de meer, ende op het Haerlemmer-meer waeren wel anderhalffhondert scheepen van de Geusen van Leyden, Delft, Tergou, Rotterdam ende Dordrecht die dagelijks in Haarlem Victualy brachten van Cruit, Loot ende geschut en die stadhouder ging met syn Armade van scheepen de meer besetten, ende alle enge wateren. Die uit de Meer gingen nae Haarlem dat er niemand in mochte nog uit der stad met Schuiten nog scheepen, ende men maakte een groote schans off een Blockhuis op die hoek van de Spieringmeer om daar niemand voorby te laeten passeeren nae Haarlem. Item op den 22 April Ao 73, quamen de geusen wederom van Hoorn en Enckhuisen leggen met 18 groote scheepen voor Jaep Hannes en in het Schellingwouwerrack, met nog ses galeyen om weeder den Dyk in te neemen, maar sy mochten doe daer niet komen, want daer laegen doe twee Vaandel knegten op den dyck wel beschanst ende voorsien met geschut, maar de geusen deeden daar weeder sincken 14 ofte 16 groote scheepen, als sy te vooren hadden gedaen, ende sy braecken de kerck tot Schellingwou off, ende die steenen wierpen sy in de scheepen en ook de sercken die in de kerck laegen om se te dieper te doen sincken, dat men se niet weeder op soude mogen crygen, dit deeden deese Peraten ende Watergeusen van Hoorn en Enckhuisen al om Amstelredam te bederven ende syn Neering en diepte te beneemen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 450]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Item op Meyavond welke was op onze Heeren Hemelvaartsdag quamen die geusen van Woerden ende Oudewater tot den Uythoorn en meenden in te neemen het Dorp van Ouderkerck om al wederom die passage van Utrecht op Amstelredam te beletten, ende daar lag een Blockhuis tusschen Ouderkerk en den Uithoorn gemaakt op een Vlotschuit, welke men noemde Duivelsmoer en was van Balken gemaakt, waarop ofte in dat lagen dertig à veertig Man met hun geweer en die geusen hebben dit blockhuis al heimelijk overvallen ende verrast door quade wacht die de knechten daar op hielden, ende hebbent aan Brand gestoocken ende het verbrandde met alle die daer op waaren. Item op den 7 May welk doe was op Donderdag voor Pinxter, quamen de geusen weder van Delft, Leyden en Tergouw, met schouwen ende Hagerschuiten deur die Amstelveender wech tot aan den Amsteldyck neffens de Diemer-meer op Jacob Teunis Gerritsz hoff-steede en meende hun aldaar te beschanssen ende starck te maeken en aldaar die Vaart van Utrecht op Amstelredam benemen. Maar die Burgers en andere knechten die geen soldaten waeren, trocken terstond daartegens uit met schuiten en booten en te voet, ende hebbense met er daat van daar geslaegen, eersy hun ter deegen beschansten ende daer wierden van de geusen wel verslaegen over de twee hondert man ende veel verdroncken in de Weetering die 't meenden te ontkomen, ende sy lieten veel brood en Bier met andere Victualy daar staan ende haar schuiten leggen ende die weg konden komen verliepent ende daar wierden x à xij gevangen gebrocht in 't Leeger voor Haarlem ende aldaer gehangen den xij May. Ende daar wierd een van de Peraten off Geusen doorstooken 't geen was een groot Capitein van hun genaamt Olivier, op wiens Lyff geset was Vier duizend guldens, die hem levendig Creeg en dood Twee duisend, en men kreeg hem doodt en het doode Lichaem wierd gebracht in 't Leger voor Haarlem aan Don Frederico, Soon van den Hartog van Alva, ende t' Lichaem bekent weesende dat hy t' was, soo is het hooft affgehouwen ende soo over die muer geworpen binnen Haarlem en het Lichaam wierd gequartiert ende voorts opgehangen. Den 24 Mey quamen die geusen en namen in het Dorp van Breukelen ende meenden daar te beletten de Vaart van Utrecht op Amstelredam maer de knechten die binnen Utrecht lagen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 451]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
trocken daertegens uit met twee hondert Ruyters die daaromtrent laegen, ende hebben die geusen verslaegen, soo dat er in hetselve Dorp doodt bleeven wel drie hondert man ende wel sestig gevanghen. Den 23 Mey geschiede de slag op 't Haarlemmer-meer ende geusen verliepent met haar scheepen, ende seilden nae die haech ende Oude Wetering endè Graaff van Bossu volgde deselve een Wyl tyds na en veel volk sprongh in 't Water en verdroncken, en lieten haar scheepen dryven, ende hielden geen plaats om tegens hem te slaan, ende men creeg daar 24 à 25 van den geusen scheepen en wel 200 man gevangen. Item den tweeden Junius quamen die Watergeusen weeder van Hoorn, Enckhuisen, Edam, Monnikendam en uit het Noorderlandt met veele kleine scheepen ende veel krygsvolck en koorn by haare groote scheepen die voor Jaep Hannesen seedert den 22 April als voors. is laegen en als de geusen sagen dat die knechten geen scherpe wacht en hielden, soo quamen die peraten met haare kleine scheepen aen den Dyck tot Ruichens ende wierpen daer op den Dyck wel 4000 man ende macckten een groote schans omtrent Sint Annen huisken op Klaes Dircksen hofsteede ende nog wel twee groote schanssen op den Dyck recht ende krom tot Ypesloot toe, ende quame door den Dyck met scheepen en galeyen in de Diemer-meer om alsoo de Vaart tusschen Utrecht en Amstelredam te beletten, omdat het Leeger des Coningl. Majestt voor Haerlem niet en soude worde voorsien van eenige Victualy. Den 6 Junius Ao 73 wierd den Dyck deurgestoocken buiten Sinte Anthonispoort daer t' blockhuis plach te staan, om daer met galeyen ende scheepen deur te komen in den Amstel ende Diemermeer. Item den 8 Junius waeren die van Amstelredam op den Diemermeer met ses galeyen ende twee Crapschuiten ende snagst den 9 s' morgens omtrent twee uuren quamen de geusen affdryven van de Diemerkerck voor de wind met 9 galeyen ende Tien scheepen ende overvielen die galeyen van Amstelredam, want sy waren se op het Lyff eer se het wisten, soo stil quamen se offdryven sonder roeyen ende de geusen creegen niet meer dan een galey, alwaer dat Capitein op was een der [haeren] genaemt Fokke de Vries, ende was een oud vryer die lange des Keiserl. en Koningl. Majestt wateren hadde gedient. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 452]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Item Ao 1573 omtrent Sint Jansmis gong tot Amsterdam een last garst, ende een last Moudts, al eeven duur te weeten wel hondert goud guldens. Hiernae den eersten Julius, wierd hier tot Amstelredam verkogt een Last Mouts voor hondert Vier en Dertig goud guldens. Ende een Last Haver voor 75 goudt guldens om gereedt geldt, meer dan een Last en meer dan tien ofte twintig meede. Item Ao 1574 omtrent Lichtmis ende Vasten avondt, was tot Amstelredam een groote duerte in 't suivel ende een Vat vol
Item op den 12 Junius quamen die geusen weder van ter Gouw, Leiden en Delft en namen in den Dyck tussen Ouderkerck en Kostverlooren, ende gingen hun aldaer beschanssen ende sterk maaken, meenende aldaar weeder de Vaart van Utrecht op Amstelredam te beletten, ende sy maekten ook een groote schans tot Amsterveen rontsom die kerk en den 15 Junius togen die knechten die op Ouderkerck lagen, alsmede die op den Dyk waaren tegens de meer-mondt om die geusen te soecken, met schuiten, Booten en Galeyen en de geusen waaren seer sterck soodat er wel twee hondert knegten van den Graaff van Bossu bleven, de Graaff was daarself mede en was van honderden een dat hy niet gevangen wierd van de geusen, hadden die knechten van de Burgers van Amstelredam niet gecomen om hem te ontzetten. Ende den 17 Junius quam er een vrees onder dese geusen, ende verliepen de Schans en den Dyck ende ook de Schans tot Amsterveen, ende lietent al staen, Bier, Brood, ende andere Victualy ende vertrocken van daar door Willes Meyert en quamen tot Nieuwersluis ende Breuckelen, ende begonnen daar al weeder te schansen om die Vaart van Utrecht op Amstelredam te beletten, maar de Ruiters en Knechten omtrent Utrecht hebbense van daar verdreeven, van waar sy geloopen syn na Woerden ende Oudewater, en de Ruiters hebbense vervolgt en daar is | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 453]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
omtrent Woerden wel verslagen xij Vaendelen op den 19 Junius. Item op den 9 Julius quamen die geusen van Leyden, Delft en den Haag om Haarlem te ontsetten wel met drie duisent man, en wel vierhondert waegens, geladen met Boter, Kaas, Bier en Brood, en de inegten die voor Haarlem lagen in den houdt, wierdent gewaar; doe die geusen al waeren omtrent den hout ende het manpad, soo syn die knechten in den dageraat daar teegens aengecomen, en daer syn van de geusen wel gebleeven over de twee duisent man, want de Ruiters vervolgdese bijna tot Leiden voor de stad, ende de geusen lieten daar staan wel twee hondert wagens met victualy die de knechten creegen tot een buit, maar weinig Paarden vielen hun toe, wijl de geleiders der waegens daar meede ontkomen waeren. Item den 10, 11 en 12 Julius worde seer sterk getracteert van de Burgers van Haarlem om pais en die stad op te geeven in handen van de Coningl. Majestt behoudens Lyff ende goed ende het en wilde soo niet vallen, maar den 13 Julius wierd 't geaccordeert, dat sy die stad souden opgeeven in genade end ongenade te weeten die quaede te straffen en die goede te beschermen. En den 14 Julius quam in de stad van Haarlem den Graaff van Bossu als Stadhouder, met Monsieur Noortkarmen en meer andere groote Heeren van de Spaenjaards en met 32 Vaendelen Spaanse knechten en daar waeren in de stad wel over de drie duisent Soldaten, te weeten Engelse, Waalen, Schotten, Gasconjers en ook Duytsche Knechten. Ende als de Spaenjaerds nu in der Stad waaren soo hebben sy de knechten haar geweer affgenomen alsmeede van de Burgers, ende het selve gebrogt op het Stadhuis, Ende dit gedaen synde soo syn die knechten gesorteert, een Igelyk nae syn ouder Regiment, en elke party is doe gegaen in een sonderlinge kerk off Clooster ende Burgers syn gegaen met Wyff en kinderen binnen de groote Kerck. Ook is mede in het accoort geslooten, dat die gemeente sonde geven voor haar verdiende punisy tot een schatting de Somme van 240 duisent guldens: de 140 duisent op te brengen binnen 12 dagen, ende de rest binnen drie maanden nae dat Haarlem opgegeeven was. Ook mede soo moet men weeten dat die stadt van Haarlem worde opgegeven in handen des Coningl Majest. door groote | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 454]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
benauwtheid van kost en drank en alle andere Victualy, want sy hadden seedert een maandt geen Broodt gehad in de stad en hadden gegeeten, katten, honden en wel twee hondert paarden, als meede veel huiden van koeyen en Paarden en hadden gedroncken veel meer dan ses weeken enkel Waeter, want daar was Wijn, Bier nog Broot, dus moesten sy t' opgeven van benauwdheid honger en kommer, want sy mochten niet langer lyden. Item doe nu die vreemde Soldaten verhoorden ende sagen dat men die stad soude opgeven in genaede en ongenade, merkende wel en weetende dat er veel waeren die geen genaede en souden hebben die en wildent niet opgeven ende togen te werck twee daegen te vooren eer die stad opgegeven wierd, soo hebben die knechten de Burgers-Comptoiren opgeslaegen en alle slooten in de burgerhuisen opgemaakt ende de huisen geplundert, ende alles benomen dat sy hadden, van geldt, goud, silver, Cleinodien en alles dat sy konden becomen ende meende met den buit doe sy van de Burghers geplundert hadden uit de stad te vallen en deur het Leeger te slaan om soo weg te comen, maar de stad was soo seer benaauwd en beleegert dat er niemand uit en mogt comen, soo moesten die knegten met den buit in de stad blyven op genade en ongenade. Als nu de stad opgegeeven was als voorsz. is, soo hebben de Spangaarts, die knechten in Haarlem weesende, deesen buit die sy van de Burgers hadden geplundert weder affgenomen, welke goeden meer dan Tachtig duisent guldens bedroegen; als de Burghers nu saegen dat de Spangaerds de buit namen van de knechten soo versogten sy met Requesten aan de stadhouder, Noortkermen, aen Don Frederico en aen andere Heeren, off de buit die de Spangaards de knechten affnaemen dewelke van de Burgers was gecomen, dat dog soude weesen tot een affkorting van de schatting die sy met malcanderen moesten opbrengen in soo korten tijt maar het was nihil op 't Request, de buit was prys en de Burghers moesten evenwel de schatting van 240 duisent gulden opbrengen als in het contract geslooten was. Ende tot deeze schatting moesten contribueeren de goeden en quaden, Arm en Ryck, soo wel de goede Burghers die uit de stad hadden geweest als die daar binnen waeren terwyl de Stad geplundert was. Item den 15, 16 en 17 Julius wierd binnen Haarlem gedaan | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 455]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
een groote Justicie van onthoofden, hanghen en drencken over de vreemde Soldaeten die binnen Haarlem hadden geweest, soo dat er in drie voorsz. daghen wel wierden omgebracht meer dan seventienhondert man, al van de vreemde knegten, maar geen Burghers. Item op den 17 Julius, wierd de groote Kerk binnen Haarlem weder schoon gemaackt en daer wierd een Outaar weeder opgerecht op t' hoogh Choor en men song aldaar een solemnelyken Vesper met het Te Deum Laudamus, des anderen daegs synde Donderdag worde 's morghens eene solemnicken dienst gesongen van den heiligen Weerdigen Sacrament met t' Deum Laudamus, tot Loff, Prys, Eer en Danckbaarheid van Godt Almachtig dat er daer toe gecomen was - Voorts soo is het Leger van Haarlem vertrocken nae Alckmaar, wel seven weeken nadat Haarlem opgegeeven was, ter oorsaeke dat de knegten niet en wilden vertrecken alsoo sy eerst geld wilden hebben. Ende dit Leger voor Alckmaar leggende twee Maanden off daaromtrent, soo moest het volk van daar vertrecken drie weeken voor Alderheiligen en dat deur het hooge Water en quaad weêr, Ende het Leeger vertrock van Alckmaer na Leiden en Delft en na Delfflant en op den 24 November namen die Spangaards den Haagh weder in en dreeven de geusen daar uit, dewelke verliepen na Delft en het Leeger van de Coningl. Majestt bleeff geheel den winter omtrent Delfflandt stil leggen, sonder iet te doen ofte aan te rechten. Dat voordeel deede tot 's Lands profyt. Item op Sondag den 13 September 't welk was agt dagen voor Amsterdamsche Kermis, zeilde den graaff van Bossu die doe was Stadhouder ende Admiraal van de Zee, met 18 Scheepen van Oorlog van Amstelredam na de Zuiderzee om de watergeusen te verdryven off te verslaen, dewelke laegen met twintig scheepen van Oorlog in 't Ye voor Jaep Hannesen, Ende als de Graaff van Bossu was gekomen voorby de scheepen ofte wrack die de geusen daar hadden gesoncken soo naemen de geusen de vlugt, ter oorsaeke dat er lagen twee groote Vlotschuiten, in elke vlotschuit een groot metaale stuck, deese laegen voor Ypesloot ende schooten soo dapper door die geusen scheepen, dat sy van daar moesten winnen, al eer den Stadhouder met syn scheepen daar by quam. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 456]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Item op Sondag voorsz. teghens den avond seilde de Stadhouder voort nae de Zuiderzee om met de Waeter-geusen te slaan, dewelke doe lagen omtrent Diemerdam en Muyen, ende aldaar hebben de geusen scheepen tegen den stadhouwer schutgevaart gehouden maar niet geëntert om te slaen, En den avond aencomende soo zyn sy van den anderen gescheiden ende hebben aen beide zyden met veel Victory gevochten Ende de Watergeusen Seilden dien avond voort tot omtrent Pampus oft Marcken ende den Graaff van Bossu bleeff met syn scheepen leggen omtrent Diemerdam wel 14 dagen eer hy weeder voortzeilde nae de geusenscheepen om met hun te slaan, recht off hy vervaart hadde geweest. Ende den 26 September seilde den Graaff met syn scheepen voort over t' Pampus ende bleeff daar weeder leggen ses ofte seven daghen aen 't Oost-eynd van Marcken en de geusen lagen doe met haar scheepen in het hoencken hop tusschen Edam ende Hoorn, omtrent een groot half Myl van den anderen ende terwyl sy dus stil laegen en malcander niet en bestoockten soo maekte de Watergeusen hun alle daghen stercker van volck op haare scheepen. Op Sondag den 3en October quamen de Watergeusen met haar Scheepen, om den Graaff van Bussu ende syn armade te besoecken omtrent den middag ende met hem luiden te slaan ende hebben dapperlyk tegens den anderen geschooten en daer is een schip in den grond geschooten, waar dat Capitein op was Frederik Tomassen. Voorts onder alle geluk ende ongeluk soo heeft den Admiraal van de Watergeusen aan boordt geklampt ende geëntert den Admiraal van de Coningl. Majestt Scheepen ende hebben dapperlyck teghens den anderen geslaegen, soo dat deese twee Admiralen met beide scheepen syn aen den grond gedreeven op 't Lecker Zant. Ende des Maandags den 4 October syn alle de scheepen van des Graafs armade weggezeildt wederom over 't Pampus, ende lieten hunnen admiraal Bossu daar alleen leggen en slaande tegens den admiraal van de Watergeusen bijna twee Etmaal lang ende geusen wierd alle drie Uuren vers volck aen Boordt gebrocht met Kleine scheepen van Hoorn en Edam. Ende den Admiraal Bossu wierd niet vervarst van Volck en | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 457]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
moest Vechten met de manschap die hy op syn schip hadde, want hem en quam geen hulp toe van Ymandt; syn andere scheepen die hem souden helpen waaren hem ontzeild en waer hy sag hy vondt hem alleen in de Zee met syn schip en volck, hetwelk was een groote schande voor de andere Capiteinen van des Admiraals armade, dat sy denselve in de Last lieten ende niet beeter by en stonden. Als de Graaff van Bossu, Stadhouder ende Admirael, deese armade sag ende merkte dat hy verlaeten was, ende geen hulp en creeg van syn andere Capiteinen met haar scheepen, die hem en de Coningl. Majest. hadden geswooren, en syn volk was moedeloos van het lange vechten en ook veel dood en gewondt soo heeft den Graaff syn schip opgegeeven in handen van de Watergeusen en syne vyanden. Ende Spanjaards die op het schip waaren wierden meest doorsteeken want die en wildent niet opgeeven en deeden nog veel quaads nae dat de geuse al in het schip waaren, ende de duitsche knechten ende bootsgezellen wierden gevangen genomen ende het schip wierd te Hoorn in de Haven gebracht met al het volck op den sesden October ende de gevangens wierden verdeelt, een party bleeff er te Hoorn, deese te Enckhuisen, en veel tot Edam en Purmerend. Ende den Graaff van Bossu bleeff ook tot Hoorn ende syn gevankenis was in Sinte Marien Clooster met etlyke van syne Edelluiden, alle welke Edelluiden naderhand ván hem wierden genomen, en gebrogt in het Sacristy van de groote Kerk t' geen haar gevangenis was. Ende op des Graven schip waeren wel Vyff hondert mannen te weeten, twee hondert Spaenjaarts en twee hondert duitse knechten en hondert Bootsgesellen en daar syn omtrent Levendig tot Hoorn ingebracht, soo gewond als gezond 250 Personen en de rest al doodt. Dit quam ter oorsaecke dat de andere Capiteinen van des graven scheepen hem geen getrouwigheid en beweesen en lieten haaren Admiraal in de Last steeken als hy met de Coningl. Majestt vyanden was te slaag, dit was een groote hoemoed voor den Grave van Bossu, dat hy van syn eigen volck die hem en de Coningl. Majest. hadden geswooren, dat die hem verrieden en niet beeter by en stonden. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 458]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ende het geschut wierd van des Graven Schip genomen ende tot Hoorn geleit op de Koesteen voor het Stadhuis tot 28 metaele stucken toe, ende het Schip met het ander geschut ende gereetschap bleeff te Hoorn leggen in de Haven. Ende den sesde, sevende en agtsten October quamen de andere scheepen van des graven armade altemet weder voor Amstelredam en de Capiteinen sluipende als hoender-dieven en dorsten nauwlyks een hooft voorsteecken om by Lieden van Eer te komen uit schaemte, want die kinderen by der straten gaven se die gray. Item den xxij Augustus quamen hier in Amstelredam den Hertog van Alva, die men noemde te weesen Onsen Beminden Neeff, maar men mocht hem met recht wel noemen onsen Beminden Duivel, want hy is geweest de Wortel van de verderffenis des Coningl. Majestt Landen, ende men meende omdat hy selfs hier was, dat die Scheepen van Oorlog wonderen souden aanregten terwyl den Hartog nu te Amstelredam was. Ende als deese Scheepen al sulcken neerlaeg hadden gehadt, als voorsz. is, soo maakte den Hertog daernae alle gereetschap om te vertrecken en den Hertog van Alva met syn soon Don Frederico, die men ook noemde Domme Vreck, met al haar Staet van Spaenjaarts vertrocken en reisde van Amstelredam na Utrecht, op den 29 October, ende op Alderheiligendag vertrock den Hertog van Utrecht na Brussel om voort te reisen nae Spaenjen want de Coningl. Majestt had hem opontboden. Item op den 8 December Ao 73 renverseerde den Hertog van Alva syn Gouverneurschap over aan den nieuwen Gouverneur die de Coningl. Majestt uit Spangien hadde overgesonden om te regeeren dewelke was genaemt........ Ende den 12 December vertrock den Hertog van Alva met syn soon Domme Vreck ende alle syn Spanjaarts met hem nae Spangien, ende hadden geen Victory altoos in Holland bevochten, daar hy aff mogte roemen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 459]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Geschiedenissen van 't Jaar 1574.In den Jaere voorsz. omtrent Kersmis ende Lichtmis was die stad van Middelburg seer benauwd van de geusen aldaar in Zeelant, en men maakte een grote armade van Oorlogscheepen toe te Antwerpen ende tot Bergen op den Zoom om de Stad van Middelburg te ontsetten ende te Victualjeeren.en de geusen waeren soo sterk met scheepen op den Hondt ende alderweegen in Zeeland dat men die stad niet en mocht helpen om te ontsetten, soodat die armade van Scheepen weder quam voor Antwerpen omtrent Lichtmis ende Vastenavondt. Als die van Middelburg nu saegen ende kennelyk werden dat zy geen ontzet en konden crygen nog verwagtende waeren soo hebben sy die stad opgegeeven in handen van den Prince van Orangiën Wilhelmus van Nassouwen genaemt, behoudens Lyff ende goet op den 19 Februarius als voorsz. is. Ende alle de knegten mochten daar uittrecken daar het hun geliefde, met haar nemende syn geweer ende t' geen tot haar Lyff hoorde ende geestelijkheid van Paapen en Monniken worden in scheepen gedaan met ettelicke Burghers die meede begeerde en wierden gevoert in Vlaanderen en aldaar opgeset, dat elk mocht gaan daar 't hem beliefde. Ende de Prins met syn volck quam in Middelburg ende vondt aldaar een groote schat ende veel Coopmansgoederen van Wyn, Oly, Zout etca. ende vercogt alles tot synen voordeel, ende Employeerde die Penningen daer 't hem geliefde, waardoor menig Coopman tot Antwerpen en Amstelredam en andere plaatsen wierd bedorven ende moesten daar deur oneerlyk worden en Banqueroet speelen ter oorsaeke van dien. Ao 74 omtrent mydts vasten soo worden meest alle de knechts en Ruiters op ontboden uit Holland ende die alle den Winter hadden geleegen in Delfland, omtrent Leyden, Haarlem ende in de Wyck, trocken hier voor by Amstelredam nae Utrecht en Nimwegen, alwaar veel volcx van Spanjaarden en Duitse knegten vergaedert waaren ter oorsaeke dat men seide dat Graaff Lodewyk ende des Paltzgraven soon van den Rhyn quaemen met | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 460]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
veel volcx uit Duitslandt om over de Maas ende Rhyn te comen ende vallen in Brabant, om die te schutten was al het volk op ontbooden uit Holland als geseid is, want op den lesten Paasheiligendag, welke was den 14 April, worden des Conincx's Troepen, by name de Ruiters van Schinck, gewaer, dat Graaff Lodewyk met veel volk omtrent Nimwegen was, doe syn die Ruiters en knechten daer na toe getrocken om hun op die moockerheide te besoecken, alwaar dat er van Graaff Lodewyk wel 5000 man verslagen wierd en de rest nam de vlugt en verliepent elk man een sonderlinge weg, soodat Graaff Lodewyk met syn volck wierd gestoort ende syn propoost niet mogt volbrengen, want syn voornemen was om te komen met dat volck in Brabant by syn Broeder den Prince van Orangien, die doe ter tyd met veel volcx lag in Brabant omtrent St Geertruidenherg, meenende voorts samen te trecken voor Bergen op ten Zoom, 't welk hun is belet. Ende soo men seide soo was Graaff Lodewyk en Graaff Jan Synen Broeder met den Paltzgrave zoon daar meede in den slach op die Moockerheyde gebleeven, anderhalve myl van Nimwegen op den voorsz. dag. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 461]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Nalezing.Mr H. Gerlings Cz. schrijft mij, in do 8 Sept. 11., dat hem het Haarl. HS. beter voorkomt dan het door mij uitgegevene, namelijk naauwkeuriger naar het origineel gekopieerd. Uit de volgende varianten, die het eerste gedeelte van het Haarl., in vergelijking met het uitgegevene, aanbiedt, blijkt de graad van juistheid dezer opmerking. Ik zal het Haarl. noemen B. het andere A. Mij dunkt, dat de schrijver van A, slordiger kopiist, het echte origineel, dat de schoonzuster van Hendrik van Biesten zal geschreven hebben (verg. ‘D.W.’ VII, blz. 535) vóor zich heeft gehad, en dat B naar eene kopie heeft gewerkt. Waar B bepaald door A gekorrigeerd wordt, geef ik de lezing van B niet altijd op. Even-min vermeld ik varianten, die den zin onverlet laten.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 462]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 463]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|