De 'Disticha Catonis' in het Middelnederlandsch
(1885)–Anoniem Duytschen Catoen, Den– Auteursrecht onbekend
[pagina 53]
| |
5[regelnummer]
Ghi goede lieden, die dese reden
Hebt ghehoort, doet u ghebeden
Ootmoedelike tonsen Heere,
Datti ons uten sonden keere,
Ende soe verlichte onsen sin
10[regelnummer]
Datter wone wijsheit in.
Die dit maecte van Latine
In Dietsch, hi beghert te sine
In uwe ghebede, vroe ende spade;
Bidt Gode dat hi hem doe ghenade,
15[regelnummer]
Ende ons allen mit hem hier boven,
Daer die engelen Gode loven;
Amen segt allegader meest,
Des gonne ons die Vader, die
Sone ende den Heyligen Geest;
20[regelnummer]
Amen.
In H luidt het slot aldus: Een cort Iolijt in deser tijt hier vercoren voer hemelrijck thijs veel verloren des seker siet.Ga naar voetnoot1) |
|