Clioos Cytter, slaande aardige gezangen, nieuwe wyzen, geestighe steekdichjes en brandende minnekusjes(1669)–Anoniem Clioos Cytter, slaande aardige gezangen, nieuwe wyzen, geestighe steekdichjes en brandende minnekusjes– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 53] [p. 53] Toon: Als ik uw Roozemont. WAt is 's menschen leven, Als een lichte waterbel? Die door wint wert op gedreven, Nu wat langsaam, dan weer snel; Als een rook en mist en damp, Als een fakkel, als een lamp, Als een webbe t' saam geweven, Van ellenden, vreugt en ramp. 2.[regelnummer] Of, gelijk de dagen, In de blijde Zoomer - tijt, Nu vol donkre regen - vlagen, Eer Apol de Wolken splijt, En zijn stralen schiet op d'aart, Als de lucht wert opgeklaart; Of gelijk men ziet verjagen, Rijp en vorst als d'aart veraart. [pagina 54] [p. 54] 3.[regelnummer] En gelijk de baren, Van de rustelooze Zee, Die onzeker wort bevaren, Na een onbekende Reé; Als de wisselbare Maan, Die, nu afgaat, dan weêr aan, Als de geen die blint haar staren, In de glanssen van Diaan. 4.[regelnummer] Wie zal vertrouwen, Dan nog langer op zijn jeugt? En verwaandt een hoope bouwen, Op zijn wetenschap en deugt? Op zijn wijsheit, op zijn kracht? Op zijn schoonheit, op zijn pracht? Alles wert ter neêr gehouwen, Door de doot ten val gebracht. J.W.D. Vorige Volgende