Clioos Cytter, slaande aardige gezangen, nieuwe wyzen, geestighe steekdichjes en brandende minnekusjes
(1669)–Anoniem Clioos Cytter, slaande aardige gezangen, nieuwe wyzen, geestighe steekdichjes en brandende minnekusjes– Auteursrechtvrij
[pagina 38]
| |
Terwijl men spot met uwe smart;
Loopt vry aan d'oever van de Zee,
En klaagt uw noot de baren, die de Rhee,
Staag met heur golven slaan,
Zy zullen 't achten,
Minder als de Maan.
2.[regelnummer]
Bewaar het nat,
't Geen gy, vergeefs, doet vlieten,
Ay laat de moet niet schieten,
Hy heeft u niet berooft uw schat.
Die gy het waarste op aarden hout,
Zijn mont heeft u maar voor de Goôn getrout
Hy brak zijn dieren eedt;
't Zal haar verdrieten,
Hy zoo valsch die deedt.
3.[regelnummer]
Kom Dondergodt,
| |
[pagina 39]
| |
Schiet uwe blixemstralen,
En laatze nederdalen
Op hem die met zijn eeden spot.
Barst aarde, spar uw kaken op,
En zwelg hem levendig in uwen krop;
En zendt hem droevig daar
De schimmen dwalen,
Met een droef gebaar.
Amanter.
|
|