Clioos Cytter, slaande aardige gezangen, nieuwe wyzen, geestighe steekdichjes en brandende minnekusjes(1669)–Anoniem Clioos Cytter, slaande aardige gezangen, nieuwe wyzen, geestighe steekdichjes en brandende minnekusjes– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Gezangk. Toon: Courant la Baré. OMerwestroom, bedroefde vliet, En gy, o Hardinxvelt, vermaaklandouwe, Wilt u een wijl van vreucht onthouwen En met my tranen uit uw oogen schiet. Helaas, helaas, de braafste maagt, Daar gy, o stroom, en lantschap roem op draagt, Wil, voor een tijt, haar van u af gaan scheyen, Hemelhooge Goôn, [pagina 8] [p. 8] Wilt dees Goddin geleyen, Uit uw starretroon. 2.[regelnummer] Terwijl dat gy verlaten wilt, De vreugdeplaats die u voor ongenuchten, Verstrekten, laat mijn droevigh zuchten, O schoone, eerst dan een weinig zijn gestilt, Op dat ik, door het nakent leet, Mijn plicht tot u volmaakte niet vergeet; Gelijk ik u niet kan, noch zal vergeten, Zoo lang als de Zon, Daalt van het ongemeten, In der vloeden bron. 3.[regelnummer] Maar nch! het schip, leit tot mijn spijt, En dobbert voor mijne oogen op de baren, Daar aardige Ida meê zal varen, Na'et stark Mastricht daar men in 't harnas rijt: [pagina 9] [p. 9] Goddin ik weet dat vader Mars, Als hy u ziet, het staal zal worden wars, En noch op helm, of schilt, of beuklaar denkken. Want uw zoet gezicht, Zou hem tot liefde wenkken, En tot minneplicht. 4.[regelnummer] Indien den harder, die wel eer, Op Ida, berg daar gy na zijt geheeten, Nu eens als Rechtet was gezeten, Gewis hy gaf u boven driën d'eer. Den gouden appel zoutge alleen Verkrygen, want hy Griekens schoon Heleen, Om u volmaaktheit zou geheel verachten. En uw zongezicht, Zou al zijn kracht verkrachten, Doot haar hemels licht. J. Dullaert. Vorige Volgende