Chrysallis. Jaargang 1979(1979)– [tijdschrift] Chrysallis– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 76] [p. 76] Leopold van den Brande De nabijheid van spiegels als vrouwen in de nabijheid van spiegels. benader ik je. neem gedaanten aan, en toon plots duizenden kleuren, als bij het splijten van ruw diamant. baltsend nader ik. en je spint mij in, in webben van crystal, en ontpopt, tot ik je dooraderd parfum doorzie. je handen hun eroties schimmenspel in je ogenschaduw. als de geur van vergane vrouwen in de nabijheid van spiegels, de deur van het landschap dicht gaat, het licht vergeelt, en woorden urnen werden waarin je wacht op de wind. je navel leg ik, als een juweel van vlees, in een doosje, met zwart satijn bekleed. [pagina 77] [p. 77] Klein makaber sprookje om kinderen eeuwig slapen te laten wagenwijd staat de ruimte open. een kind loopt erin, de bal achterna. geen geluid, geen stilte. het weet van vrouw, noch man. duwt met zijn kleinste handen al het water van zich af: ik ben uit een, uit één en eenzelfde breken. geen ogenblik of het verlichtte mij in een volmaakt duister. ook de dagelijkse dingen ontstaan bij dageraad. en eindigen in de droom in het ontwaken. zo het jongetje uit Mexico, parels uit de suikeren schedel snoept. het meisje uit Vlaanderen, schuift men zand op de ogen. in een stilleven denkt over dit alles de okkernoot na. en over de schaal en haar overige dode vruchten, de velden bloedovergoten maiskolven: uit de wouden treden dieren en vogels plots even naderbij. Vorige Volgende