Bzzlletin
Proza
Gevoelvol proza
Over nieuwe boeken van Karel Glastra van Loon en Edzard Mik
Wat voor tekst is geschikt voor op de achterkant van een roman? Welke lovende citaten uit de pers neem je op? Allereerst valt er een algemene trend te signaleren: quotes uit recensies worden uit de krant geplukt zonder dat de naam van de schrijver van de kritiek wordt vermeld.
Dus: niet Max Pam vond De passievrucht van Karel Glastra van Loon het boek van ‘een rasschrijver’ en oordeelde dat de roman ‘van begin tot eind [...] meeslepend’ was, maar HP/De Tijd vond dat - zo lees ik op de achterkant van Glastra van Loons jongste roman Lisa's adem.
De flaptekst van Lisa's adem lijkt me trouwens helemaal wel op een bepaalde manier typerend voor wat er tegenwoordig allemaal wel of niet op moet. Want naast dat er positieve quotes uit de pers worden opgenomen, moet er ook worden vermeld dat de auteur ooit een literaire prijs heeft ontvangen - of liever gezegd: gewonnen (nog beter). Met de vermelding dat Glastra van Loon de Generale Bank Literatuurprijs 1999 won, zit dat wel goed. Heb je (nog) geen prijs gewonnen, dan moet je daar even melding van maken, bijvoorbeeld in de vorm van een wat gênante smeekbede. Op de flap van Laatste adem, de nieuwe roman van Edzard Mik, is een citaat uit Het Parool opgenomen: ‘Mag die schrijver, die Edzard Mik, alsjeblieft een prijs?’ Gelukkig vinden we op het omslag van het boek van Edzard Mik ook al weer snel de aanprijzing ‘meeslepend’. Verder: vermelding van filmplannen.
Een roman is eigenlijk niks, bewegende beelden moeten we hebben. Op de flap van Lisa's adem staat: ‘De verfilming van De passievrucht is momenteel in voorbereiding.’ Glastra van Loon komt dus (binnenkort?) in de bioscoop of op tv. Edzard Mik staat op dit punt niet helemaal met lege handen. Weliswaar zijn er (nog?) geen filmplannen voor een van zijn romans, maar ‘twee van zijn scenario's werden verfilmd voor VPRO-televisie’. Niet onlogisch, want op de flap van zijn romandebuut De bouwmeester (1995) was al sprake van ‘strak, filmisch proza’. (Wat heeft Mik met al die andere scenario's gedaan?) Een korte, prikkelende samenvatting van de roman - dat moet ook op de flap. De flaptekstschrijver van Lisa's adem heeft duidelijk een bepaald publiek op het oog (eenzame vrouwen van boven de vijftig). Steekwoorden: ‘gemis’, ‘liefde’, ‘geheim’, ‘geïsoleerd raken’, ‘verdriet’. Glastra van Loon gaat kortom vol voor de kitsch. Bij Edzard Mik ligt het wat diffuser: met steekwoorden als ‘hersentumor’ en ‘een paar maanden te leven’ lijkt het hier dezelfde kant op te gaan, maar in de flaptekstsamenvatting van de roman wordt ook gewag gemaakt van een patiënt die ‘de chirurg achtervolgt’ en van een chirurg die ‘een duister dubbelleven leidt en verstrikt geraakt is in het criminele milieu’. Tjeempie.
Welke flaptekst van de twee vind ik het prikkelendst? Nou ja, die van Mik dus - ik ben geen vrouw en ook geen vijftig. Maar heel eerlijk gezegd: ik let normaal gesproken nooit zo op flapteksten. En zeker niet als ik al ander werk van een auteur ken, en dat gold nu in beide gevallen. Ik merk wel dat ik een flaptekst bevooroordeeld lees. Bij het lezen van de tekst op de achterkant van Lisa's adem (de roman van Glastra van Loon dus), dacht ik: o god, hij gaat het weer doen, getut, geleuter en gepruts in een belegen Libelle-stijl met een vleugje Viva. En bij Mik dacht ik: ja, dit kan wel weer wat zijn, het zal heus niet echt over een hersentumor gaan.