serkaf was in werkelijkheid een farao uit het oude Rijk, wiens piramide vlak bij die van Cheops op het plateau van Gizeh is gesitueerd) krijgt in de strip een voorgevel die een exacte kopie is van de rotstempel van Ramses II uit Abu Simbel. De binnenwand van de grafkamer is daarentegen een getrouwe kopie van een graf dat bij Aswan werd gevonden en dat stamt uit het Middenrijk. In de decoratie is de tempel van Dendera uit de tijd van Trajanus te herkennen. In één graf gebruikt de auteur dus gebouwen die in werkelijkheid tweeduizend jaar en evenveel kilometers uit elkaar liggen.
Jacobs en Martin zijn niet alleen precies in hun weergave van de details, maar sjoemelen ook minder dan veel van hun voorgangers en navolgers met de geschiedenis. Waar mogelijk hebben deze auteurs zich gebaseerd hebben op originele tekeningen en foto's. Zo heeft Martin de plattegronden van de zonnetempel van Abu Gorab, uit het oude Rijk goed bestudeerd. Wie zijn tekeningen legt naast de wetenschappelijke tekeningen van de archeologen en architecten die dit monument onderzochten, staat verbaasd over de gelijkenis. Alleen plaatst Martin de gehele tempel in een periode waarin het origineel vermoedelijk allang in onbruik was geraakt.
Het beste voorbeeld van het gebruik van details is te vinden bij Jacobs, en wel in de uit twee delen bestaande aflevering uit de Blake en Mortimer serie, Het geheim van de grote piramide (oorspronkelijke Nederlandse titels: Het manuscript van Manetho en De kamer van Horus uit respectievelijk 1954 en 1955).
Voor de weergave van het interieur van de piramide maakte de auteur gebruik van toen net gepubliceerde wetenschappelijke foto's en tekeningen. Voor andere details zoals de kleding van de hogepriester deed hij uitgebreid literatuuronderzoek. Alles werd er aan gedaan om een zo getrouw mogelijke setting te creëren. De paar scènes die in het museum in Cairo spelen laten zien hoe ver Jacobs daarbij is gegaan. De grote standbeelden staan precies op de juiste plek. De echte liefhebbers en kenners herkennen in professor Mortimer zelfs de Amerikaanse hoogleraar in de Egyptologie, Sir Mortimer Weeler.
De details waren zo natuurgetrouw dat ze, ruim dertig jaar nadat ze voor het eerst in druk verschenen, voor een enorme opschudding zorgden in de wereld van de Egyptologie en archeologie. In 1986 bezochten twee Franse architecten, Gilles Dormion en Jean Batiste Goidin, tijdens een korte vakantie de piramide van Cheops. Thuis gekomen las één van hen de avonturen van Blake en Mortimer. De twee striphelden raken in de loop van hun onderzoek verzeild in een geheim stelsel van gangen en kamers die zich in de grote piramide van Gizeh bevinden. Deze ruimtes bevinden zich volgens het verhaal achter de wand van de koninginnegang, één van de bekende ruimtes in dit bouwwerk. De twee architecten schreven de uitgever van de strip een brief waarin zij hun bewondering uitspraken over de manier waarop de tekenaars hun fantasie hadden gebruikt. Tegelijk schreven zij echter dat een dergelijke constructie in de piramide natuurlijk onzin was. Zij ontvingen een antwoord van de uitgever waarin deze hen liet weten dat bij het tekenen van het interieur van de piramide gewerkt was naar foto's en op schaal vervaardigde tekeningen. De twee architecten besloten daarop opnieuw naar Egypte af te reizen om de piramide van Cheops aan een nader onderzoek te onderwerpen. Tot hun niet geringe verbazing bleken niet alleen de tekeningen van Jacobs inderdaad zeer nauwkeurig, maar troffen ze in de koninginnegang een aantal architectonische merkwaardigheden aan die alleen maar te verklaren waren wanneer er zich inderdaad daar achter nog een andere gang of kamer zou bevinden. Hun ontdekkingen resulteerden uiteindelijk in een door de Franse electriciteitsmaatschappij uitgevoerd onderzoek. De resultaten daarvan waren op zijn zachtst gezegd verbluffend. Men trof naast het bestaande gangenstelsel nog een aantal tot dan toe onbekende gangen en kamers aan. De piramide waarvan men dacht dat hij vrijwel massief was, bleek opeens een grote hoeveelheid lege ruimtes te bevatten.
Verder onderzoek, door Japanse en Amerikaanse geleerden, heeft nog meer kamers en gangen aan het licht gebracht, alle verborgen achter soms meters dikke muren. Helaas is men er nog steeds niet in geslaagd om in een van deze ruimtes door te dringen.
Misschien dat opgravingen in de omgeving van de piramide nieuw ligt op de zaak kunnen werpen. Daar zijn in de laatste jaren opnieuw tientallen mastaba's ontdekt en misschien dat één daarvan, net als in het stripverhaal, de toegang tot het geheime gangenstelsel bevat.