| |
| |
| |
Frans Fontaine
De gemaskerde held en de Maagd van Guadalupe
Symboliek in de volkscultuur en de kunst van Mexico Stad
Elk volk creëert de symbolen en idolen waaraan het behoefte heeft. Zo gaat het al eeuwen en zo zal het altijd blijven gaan. In Mexico Stad veranderen de angsten en verlangens, de zekerheden en onzekerheden van het leven voortdurend. Steeds opnieuw probeert de Mexicaan de wereld die hem omringt te begrijpen en te beheersen. Daarom wordt de complexiteit van het bestaan teruggebracht tot heldere proporties en gevat in nieuwe symbolen en beelden.
In de moderne beeldende kunst en de literatuur speelt de symboliek uit de volkscultuur een grote rol. Beelden uit de oude Indiaanse culturen worden tegelijk met latere religieuze symbolen, zoals de Maagd Maria, gebruikt. Ook de meer wereldse idolen van het volk, zoals zangers, filmsterren en gemaskerde worstelaars, krijgen hun plaats in de meest recente stromingen in de hedendaagse kunst.
De veelheid en diversiteit van deze beelden brengt aanvankelijk verwarring teweeg bij de kijker en lezer die niet ingevoerd is in de werkelijkheid waaruit ze voortkomen.
De Mexicaanse werkelijkheid is buitengewoon complex. Verscheidene culturen hebben voor een rijk scala van mengvormen gezorgd. De verschillen tussen have's en have-nots nemen er karikaturale vormen aan.
Het verleden biedt niet één gemeenschappelijke identiteit, in tegendeel, het biedt meerdere identiteiten. En de gemeenschappelijkheid ervan is verschillend te interpreteren. De welgestelde politicus, mesties zowel in uiterlijk als gedrag, probeert in zijn verkiezingsspeech de afstand tussen hem en zijn electoraat te verkleinen door naar het gemeenschappelijke bloed van de Azteekse vorsten te verwijzen. Uit zijn bestuursdaden blijkt echter overduidelijk dat hij de hedendaagse Indiaanse plattelandsgemeenschap en cultuur een anachronisme vindt, een obstakel voor modernisering.
De Indiaanse moeder die haar dochters Anáhuac en Xochi noemde omdat Kerk en Staat aan haar ouders dergelijke Indiaanse naamgeving verboden, wil zich niet identificeren met de politicus en ze beschouwt hem al helemaal niet als een ‘ver’ familielid. Hij haar trouwens ook niet.
Ze komen elkaar nooit tegen in het labyrint der eenzaamheid; het enige wat ze gemeenschappelijk hebben, is het labyrint zelf.
De worsteling met het verleden is niet het enige probleem.
Een meerderheid van de twintig miljoen inwoners van het moderne Mexico Stad heeft de grootste moeite om zich fysiek en geestelijk staande te houden. De creativiteit waarmee ze zich geestelijk teweer stellen komt prachtig tot uitdrukking in de Lucha Libre arena's in de oude volkswijken, waar gemaskerde worstelaars elkaar bestrijden.
| |
Mythische strijd
Er is geen twijfel over mogelijk dat de gebroeders Dinamiet schurken zijn die geen onoirbaar middel zullen schuwen om hun tegenstanders te verslaan. Hun maskers zijn dreigend en hun gebaren naar een joelend publiek zijn obsceen. Hun tegenstanders in de ring van het Vrijworstelcircus zijn De Azteekse Engel, Atlantis en Sacraal Masker. Zij zijn de fatsoenlijken, de technici, hun maskers hebben een krachtige maar nobele uitstraling. Luid toegejuicht geven zij de scheidsrechter een hand.
Sacraal Masker buigt naar het publiek en maakt daarmee een fatale fout. Hij wordt onmiddel- | |
| |
lijk in de rug geschopt door een van de schurken. Het gevecht is begonnen en de voorspelbaarheid van deze strijd is geen enkele belemmering voor het waanzinnige enthousiasme van de duizenden toeschouwers. Binnen de ring van de ‘Lucha Libre’ arena wordt de complexe samenleving teruggebracht tot begrijpelijke proporties.
foto: Pablo Ortiz Monasterio
De worstelaars zijn verdeeld in ‘de fatsoenlijken’ en de ‘smerigen’. In de ring speelt zich een ware titanenstrijd af. Waar in het dagelijkse leven buiten de ring de fatsoenlijken meestal het onderspit delven, zo dreigt dat in de eerste twee rondes in de ring ook te gebeuren. Toch wint in de derde en laatste ronde het fatsoen het op het nippertje van de gemeenheid...
Lucha Libre is een geliefd spektakel in de volksbuurten en slums, waar de schurken altijd het laatste woord hebben: de politici, werkgevers, huisbazen en geldleners.
Het is een strijd tussen symbolen die zijn kracht ontleent aan de overtuiging waarmee helden, schurken en publiek conventies naleven. De conventie is simpel: wanneer wij met z'n allen de arena betreden worden illusies tot werkelijkheid, wij dienen ons collectief over te geven aan de sacrale strijd tussen goed en kwaad! Wanneer helden, schurken en publiek hun rollen niet met volle overgave spelen, wordt het een schertsvertoning.
De onderliggende kennis van doorgestoken kaart dient bij de entree buitengesloten te worden. De worstelaars zijn misschien maar mensen van vlees en bloed, maar de maskers geven hen een onwereldse uitstraling en hun strijd mythische proporties.
Soms wordt het masker inzet van de strijd, verlies van het masker aan een tegenstander verbeeldt de ultieme nederlaag en opperste vernedering.
Meestal blijft het bij een dreigend rukken aan de vetertjes.
| |
| |
Lucha Libre. Worstelaars in de arena (foto: Lourdes Grobet)
De gevechten waarin het daadwerkelijk om ontmaskering gaat, zijn altijd groots aangekondigde spektakels. De verliezer zal het gelaat met de handen bedekken en wegvluchten naar de kleedkamer. Iedereen wil dan weten wie er zich zolang achter het masker schuilhield.
Slechts één keer zag ik het per ongeluk gebeuren in een kleine familie-arena, gehuisvest in een oude busgarage. Grootmoeder verzorgde de koffie, vader scheurde de kaartjes en de vele kinderen wezen het publiek de plaatsen en trachtten het hele assortiment aan Lucha Libre voorwerpen, posters, maskers en speelgoedworstelaartjes aan de man te brengen.
Ze hadden die avond topacts in huis, waaronder de atletische goede held Octagon.
De schurken waren gemeen en gedoemd te verliezen. Bij een duikvlucht vanaf de touwen bleef het masker van Octagon per ongeluk in de handen van een van de schurken achter. De consternatie was enorm; Octagon dook in een doorgaande beweging uit de ring en verborg zich met bedekt gelaat onder de eerste rij klapstoeltjes. Niemand probeerde van de gelegenheid gebruik te maken om zijn ware gezicht te zien. In tegendeel, hij werd binnen een fractie van een seconde bedekt door kledingstukken van toeschouwers terwijl de schurken bedremmeld met het hen niet toekomende sacrale voorwerp in de ring stonden. Even probeerden ze nog krampachtig een triomfantelijk gebaar met het masker te maken om hun schurkenrol te bevestigen, maar lieten het daarna gedwee afpakken door de scheidsrechter. Het gevecht werd afgebroken: ongelukkig toeval had de conventies doorbroken maar de mystiek was door gemeenschappelijke inspanning gered. Het publiek trilde van emotie en verliet onmiddellijk de arena, verward maar niet gedesillusioneerd.
Doordat de worstelaars te allen tijde gemaskerd
| |
| |
in het openbare leven verschijnen, wordt de mystiek alleen nog maar sterker.
Dat levert bizarre beelden op. De Mexicaanse fotografe Lourdes Grobet portretteerde worstelaars in huis en op het halfjaarlijkse Bal van de worstelbond; heren die keurig gekleed gaan in smoking maar mét masker of een vrouwelijke wortelaar die thuis gemaskerd haar baby de fles geeft.
De grootste worstelaar aller tijden, El Santo, Het Zilveren Masker, werd bij zijn dood gemaskerd opgebaard en begraven.
Veel Nederlanders kijken per ongeluk, na fout ‘zappen’, enkele minuten gegeneerd naar Wrestlemania op Eurosport. Onder de kreet ‘flauwekul’ wordt dan verder gezappt.
En eerlijk is eerlijk, het heilige geloof en de magie zit er bij de Noordamerikanen en Europeanen niet echt in.
Mexicanen geloven intenser en illusie en werkelijkheid lopen naadloos in elkaar over. Een van de worstelaars is Fray Tormenta (Broeder Onweer), die buiten de ring priester is en een weeshuis voor straatkinderen heeft opgezet. De opbrengst van zijn gevechten is voor het weeshuis.
Het opdragen van de mis of het leiden van processies behoort tot zijn pastorale taken, maar het masker blijft altijd op en geen mens of bisschop die er problemen mee heeft.
| |
Salonradicaliteit
Niet alleen in de worstelarena, ook in de beeldende kunst is de symbolentaal van de Mexicanen vaak een krachtige, heldere taal die wars is van al te veel abstracties.
Het is de taal van de muurschilderingen van Diego Rivera waarin het heden, verleden en de toekomst worden verklaard aan de ongeletterden.
Spanjaarden met karikaturale wrede gezichten martelen nobele weerloze Indianen. Grootgrondbezitters en hun blonde decadente echtgenotes slempen en gokken terwijl elders in het beeldverhaal het volk zwoegt en zweet. Frisse arbeiders in schone overalls wijzen armoedig geklede boeren naar het lichtende beeld van Marx omringd door een idyllisch tafereel van gelukkige landarbeiders en moderne fabrieken.
De muurschilderingen van Diego Rivera zijn het produkt van de Mexicaanse Revolutie; tien jaar lang verwoestte de strijd een heel land. De overwinnaars moesten die ellende rechtvaardigen maar de politieke veranderingen die zij wilden doorvoeren waren daarvoor te beperkt. Begin twintiger jaren vond Vasconcelos, minister voor Educatie en Cultuur, in Rivera een ideale bondgenoot. Rivera was een saloncommunist met radicale visies over de nieuwe toekomst en Vasconcelos was een reformist.
De afspraken waren duidelijk, de staat betaalde de muurschilders om het onrechtvaardige verleden en de rechtvaardige toekomst op de muren van de overheidsgebouwen te schilderen. Diego Rivera mocht zich uitleven in al zijn salonradicaliteit en het volk kreeg de symbolen van goed en kwaad, oud en nieuw, waarnaar de postrevolutionaire machthebbers konden verwijzen wanneer hun politieke handelen twijfels opriep.
Kerk en prelaten uit de koloniale tijd worden in de muurschilderingen uiterst negatief te kijk gezet, maar het belangrijkste religieuze symbool van het volk, de Maagd van Guadalupe, wordt vrijwel nergens afgebeeld.
Géén van de muralisten durfde het risico te lopen om zijn vingers te branden aan deze gevoelige materie. Immers, de Maagd van Guadalupe ís Mexico en uit de cultus rond haar figuur valt de geschiedenis van een heel volk af te lezen.
| |
De maagd van Guadalupe
In 1521 veroveren de Spanjaarden de Azteekse hoofdstad Tenochtitlan en de kerstening van de Indianen wordt een van de hoofdtaken van de nieuwe heersers.
Het rijke Azteekse pantheon waarin vele goden elk hun specifieke takenpakket hebben voor oogst, geboortes, oorlogsvoering etc., moet vervangen worden door het beeld van Jesus Christus, een kennelijk niet zo machtige God die zich door eenvoudige stervelingen aan een kruis liet doodmartelen. Het brede scala van katholieke heiligen was eenvoudiger te accepteren, elk van hen kon een taak van de oude Azteekse goden overnemen. Ze hadden echter een fors probleem om als nieuwe symbolen te dienen:
| |
| |
ze kwamen voort uit de cultuur van de onderdrukker en hadden hetzelfde uiterlijk.
In 1531 verschijnt er op de heuvel, waar de indianen vroeger hun Moedergodin Tonantzin vereerden, een Maria aan de pas bekeerde jonge indiaan Juan Diego. Maria heeft duidelijk Indiaanse gelaatstrekken.
De verschijning wordt onmiddellijk officieel aanvaard door de Spaanse bisschoppen, de Mexicanen hebben hun eigen moeder weer gevonden.
‘Ach, een echt wonder of een handige truc, dat is niet zo belangrijk,’ fluisterde een Mexicaanse geestelijke me ooit toe, ‘het echte wonder voltrekt zich nu vandaag hier buiten, 80.000 mensen uit Toluca staan op het plein voor hun jaarlijkse bedevaart. Ze komen op vrachtauto's en fietsen, ze kruipen de laatste kilometer. De kracht van hun geloof en de moed die ze er uit putten, al eeuwen lang, dat is het ware wonder.’
De maagd van Guadalupe, zoals de Maria wordt genoemd, is een herkenbaar symbool voor het volk, zij is één van hen. Wanneer de Spaanse elite in 1810 haar kolonie verdedigt met de Virgín de los Remedios in het vaandel, dragen de onafhankelijkheidsstrijders juist de Virgín de Guadalupe in hun vaandel.
De Mexicaanse Revolutie kreeg na 1920 sterk anti-clericale tendenzen en tot in de jaren tachtig waren die wettelijk vastgelegd. Het katholieke Mexico heeft pas in 1990 besloten om diplomatieke betrekkingen met het Vaticaan aan te knopen.
Wereldlijke leiders joegen priesters het land uit maar nooit werd de Guadalupe in diskrediet gebracht. Zo kon het gebeuren dat de president en zijn echtgenote samen op bedevaart naar de Basiliek van de Virgin gingen, maar dat hij buiten op de trap bleef wachten terwijl zij voor allebei een kaarsje opstak.
‘Ach, een echt wonder of een handige truc, dat is niet zo belangrijk ... het echte wonder voltrekt zich nu vandaag hier buiten, 80.000 mensen uit Toluca staan op het plein voor hun jaarlijkse bedevaart. Ze komen op vrachtauto's en fietsen, ze kruipen de laatste kilometer. De kracht van hun geloof en de moed die ze er uit putten, al eeuwen lang, dat is het ware wonder.’
In de volkskunst wordt de Maagd van Guadalupe veelvuldig afgebeeld. De devotie moet immers tastbaar en zichtbaar zijn. Het volk heeft geen behoefte aan theologische verhandelingen.
Bij de ingangen van kerken hangen vaak tientallen kleine ex-voto schilderijtjes die als dankoffer aan de Maagd zijn opgedragen.
| |
| |
foto: Koninklijk Instituut voor de Tropen
Ze beelden een situatie uit waarbij Maria voor wonderbaarlijke redding heeft gezorgd, zoals een keukenbrand die na een schietgebedje plotseling wordt gedoofd, een stervende die opeens geneest of de werkman die een val van de steigers overleeft.
Onder het beeld wordt de gebeurtenis met namen en data beschreven. Het is naïeve kunst op zijn best en elementen uit deze ex-voto stijl zijn duidelijk terug te vinden in het werk van Frida Kahlo en meer recent bij Julio Galan.
| |
De invloed van de maagd
La Guadalupana, zoals het volk Maria vertederd noemt, is in elke volkswijk aanwezig. Op de markten en binnenplaatsen staan altaartjes en in alle woonkamers is wel een afbeelding te vinden. Rond de kathedraal in het noorden van de stad, waar ooit de verschijning plaatsvond, staan honderden kramen met religieuze artikelen.
De aanwezigheid van de Guadalupana in de samenleving is zo overweldigend, dat ze in de contemporaine schilderkunst een prachtige neerslag krijgt. Het Centrum voor Contemporaine Kunst organiseerde enkele jaren terug een overzichtstentoonstelling van vier eeuwen Guadalupe-afbeeldingen. Vrijwel elke grote naam uit de twintigste-eeuwse kunst was er vertegenwoordigd.
Lourdes Almeida maakte een een enorme montage bestaande uit honderden verspringende polaroids, omgeven met traditonele blikken lijst.
Adolfo Patiño gebruikt de vorm van de ‘caja’ (het kastje) als uitgangspunt. De caja is een 5 cm diep kastje met glas ervoor. Ze worden op de markt rond de basiliek verkocht als altaar- | |
| |
schilderijtjes. Bij Patiño blijft die vorm steeds gehandhaafd, maar de Maria-afbeeldingen worden langzamerhand vervangen door wereldlijker symbolen. In een van zijn mooiste werken neemt Frida Kahlo, Mexico's meest recente cultfiguur, de plaats in van de Guadalupe.
Een caja van Adolfo Patino: ‘Frida como estandarte’ (‘Frida als standaard’)
(foto: Adolfo Patiño)
Alleen bij de meest fanatieke katholieken stuitte het gebruik van religieuze symbolen en vormen in de hedendaagse kunst aanvankelijk op licht verzet. Het grote publiek beschouwde het als vanzelfsprekend dat de Maagd haar invloed op de jonge kunstenaars uitoefende. De scheiding tussen volkskunst en contemporaine kunst vormt geen radicale breuk. De woonkamers en ateliers van de meeste kunstenaars zijn volgepropt met volkskunst en in hun werk worden elementen uit de volkse traditie vrijelijk gebruikt.
Begin november vieren de Mexicanen het uitbundigste feest van het jaar: Allerzielen, de Dag van de Doden. In de woonhuizen worden kleine altaartjes opgericht met suikerwerk schedeltjes en het lievelingsvoedsel van de overledenen. Het hoogtepunt is de samenkomst bij de graftombes.
In Mexico Stad wordt er binnen de wereld van de moderne kunst bijzondere aandacht besteed aan het Dodenfeest. Beeldende kunstenaars bouwen hun Allerzieleninstallaties en altaars in musea, galeries en culturele centra.
Overal zijn er tentoonstellingen rond het thema van de dood.
Het is juist de vrije omgang met de omringende wereld en al haar symboliek die de Mexicaanse beeldende kunst en fotografie steeds sterker gaat kenmerken. Deze tendens is ook in de moderne kunst van andere Latijnsamerikaanse landen terug te vinden. De Cubaanse schrijver Gerardo Mosquera ziet een sterk verschil met het primitivisme in de Westerse kunst van de twintigste eeuw en ook met de passie van Picasso voor ‘primitieve’ kunst.
| |
| |
Hier is volgens hem slechts sprake van affiniteit en het overnemen van vormen en methodes zonder de diepere betekenis van de beelden. Het is het verschil tussen het begrip van de insider en de bewonderende blik van de outsider.
‘We gunnen de schrijver Paz de Nobelprijs wel, maar de persoon Paz gunnen we het niet.’
| |
Fotoromannetjes
De Mexicaanse literatuur is eveneens sterk in beweging. Ook daar zijn de ontwikkelingen niet los te zien van de gebeurtenissen in de samenleving.
Het verklaren van de werkelijkheid en de zoektocht naar de Mexicaanse identiteit is het Leitmotiv in de werken van Octavio Paz.
De filosofische diepgang van Octavio Paz en Carlos Fuentes ontbreekt echter nog bij een groot deel van de jongere garde. Zij nemen de urbane samenleving tot onderwerp en hoewel dat mooie verhalen oplevert, blijven ze vaak té beschrijvend. Het zijn schetsen van het stadse leven.
De in Nederland nog onbekende schrijver Carlos Monsivais heeft die fase al achter zich, hij mag gezien zijn staat van dienst en leeftijd dan ook niet tot de jongere garde gerekend worden. Mexico Stad noemt hij een verzameling van honderden steden en zijn fascinatie en openheid voor zijn urbane omgeving hebben hem tot een zeer populaire spreekbuis gemaakt. Voor de progressieve krachten in Mexico is Monsivais, samen met Fuentes, het alternatief voor Octavio Paz geworden. Paz is door zijn recente geflirt met de politieke en culture bazen van de gevestigde orde, in ernstig diskrediet geraakt. De algemene teneur van de reacties op zijn Nobelprijs was: ‘We gunnen de schrijver Paz de Nobelprijs wel, maar de persoon Paz gunnen we het niet’.
Octavio Paz heult met de vijand, zo meent de linkse oppositie die probeert het 62-jarige machtsmonopolie van de Partij van de Geïnstitutionaliseerde Revolutie (sic!) te breken.
Dat is geen eenvoudige klus en elke hulp uit de literaire hoek is welkom. Politiek en literatuur zijn immers innig met elkaar verbonden.
Toch mag die rol niet overtrokken worden, want de oplages van literaire werken zijn in Mexico uiterst klein.
De literaire wereld van het volk is een heel andere. Ze lezen geen Octavio Paz of Carlos Fuentes met hun drie, vier jaar lagere school. Wel beeldverhalen en fotoromannetjes waarin de samenleving is zoals die zou moeten zijn. De wekelijkse oplages zijn hoger dan in welk land ook.
Alle denkbare thema's komen aan bod: horror, misdaad, liefde, cowboys en Supermannen. De laatste decennia is de ‘fictie’ wat teruggedrongen. Het leven in de stad werd immers steeds hectischer, de contrasten namen toe, evenals de onvoorspelbaarheid van gebeurtenissen. Het ‘gekkenhuis’ Mexico Stad bood ruim voldoende stof voor wekelijkse series fotoromannetjes met titels als ‘De Pure Waarheid’ en ‘Zoals het echt gebeurd is’.
De binnenpagina meldt de lezer dat alleen de namen van de personen veranderd zijn om de onschuldigen te beschermen. Alle elementen uit het dagelijkse leven zijn in de thematiek verwerkt. Het is het verhaal van het meisje dat vanuit het verarmde platteland naar Mexico stad trekt zoals duizend mensen dat nog dagelijks doen. Op blz. 2 staat zij vertwijfeld tussen het drukke verkeer en roept met geheven handen de Maagd van Guadalupe aan.
Op blz 3 drukt zij in een rijke buurt op een willekeurige bel, een pinnige vrouw doet open
| |
| |
en ja hoor: voor een armzalig loon is er werk als dienstbode. Verderop in de beeldstrip volgt de ontmoeting met de zoon des huizes, een verwend rijk gluiperdje dat wellustig naar haar billen kijkt, 's Avonds sluipt hij haar kamer binnen, zij gilt, moeder stormt binnen en die kleine boerenslet krijgt de wind van voren.
Het verhaal kan nu twee kanten op: het loopt slecht af met het rotjoch; drugs, schulden, misdaad, noem maar op. Het dienstmeisje komt, hoewel geestelijk wat geschonden, nog redelijk intact uit de strijd, al dan niet met ongewenst kind waar ze toch veel van houdt - want de kleine mag vooral niet het slachtoffer van de boze wereld worden.
De moraal is even prettig als eenvoudig: rijk en gemeen gaan samen zoals arm en fatsoenlijk. Alles is realistisch - behalve het feit dat de onschendbaarheid van geld hier niet werkt.
In de wat moeilijker variant komt het meisje in steeds grotere problemen terecgt, die haar de wereld van misdaad en prostitutie binnenzuigen. In haar wanhoop zal ze de veroorzaker van het leed vermoorden en daarvoor boeten in de gevangenis.
In dat geval is de moraal dat ook voor de armen de misdaad niet loont, maar het geheel is toch een doorlopend pleidooi voor verzachtende omstandigheden.
Dat is de de literaire wereld uit de volksbuurten en hun amusementswereld is die van de titanenstrijd in de vrijworstelarena's.
Wie sociale strijd wil voeren en het volk wil mobiliseren, zal gebruik moeten maken van die culturele achtergrond. De wereld van Octavio Paz is hier van net zoveel waarde als de holle rethoriek van de politicus.
De intellectuele voorhoede die na de bloedige episode van 1968 de volkswijken introk om het dialectisch-materialisme uit te dragen, had niet door dat deze hoge graad van abstractie aan de luisteraars voorbij ging.
De wereldverbeteraar zonder fantasie is hier reddeloos verloren. Pas in de laatste jaren hebben de actievoerders deze les begrepen. In 1987 kwam uit het niets opeens de figuur van Superbarrio te voorschijn, een kruising tussen Superman en de goede held uit het Lucha Libre circuit. Hij is symbool en spreekbuis van de buurtcomités uit de verpauperde binnenstad.
‘Wie Superbarrio nodig heeft, kan de Barriofoon bellen en bij plotselinge huisuitzettingen mogen vuurpijlen afgeschoten worden om het verzet te mobiliseren.’
| |
Superbarrio
Gekleed in een rood en goudgeel Supermanpak met cape en de letters SB op de borst loopt hij gemaskerd voorop bij demonstraties in de volkswijken, de barrios. Hij onderhandelt met de autoriteiten en organiseert het verzet wanneer de huisbazen weer eens tot een huiszetting willen overgaan.
Wie Superbarrio nodig heeft, kan de Barriofoon bellen en bij plotselinge huisuitzettingen mogen vuurpijlen afgeschoten worden om het verzet te mobiliseren. Even later scheurt de geelrode Barriomobil, een gammele bestelbus, de straat in en de gemaskerde held verschijnt om leiding en inspiratie te geven.
Zijn aanwezigheid geeft legitimiteit aan het protest, hij is de autoriteit die de have-nots in stelling kunnen brengen tegen het overheidsgezag. Zijn mystiek werkt naar twee kanten, ook politieagenten en stadsbestuurders erkennen de onschendbaarheid van het masker van de luchadores en superhelden. Zelfs de hardste bestuur- | |
| |
der zal niet durven eisen dat er onderhandeld moet worden zonder dat ‘apepakje’ aan.
Superbarrio leidt op zijn Barriomobil een demonstratie van binnenstadbewoners uit de volkswijken (foto: Lourdes Grobet)
Wie Superbarrio in werkelijkheid is weet niemand. Het is ook van ondergeschikt belang want de mythe van Superbarrio's geboorte is tienmaal veelzeggender: hij is immers de kleine Gomez die zonder voornaam werd geboren in een volkswijk en met een dieet van tortillas en televisiepulp werd grootgebracht. Zijn culturele achtergrond bestond slechts uit het zien van de film waarin de legendarische luchador El Santo, Het Zilveren Masker, een invasie van Marsmannetjes weet te voorkomen.
Gomez zag de wereld vol timide verbazing aan en stelde zijn vader moeilijke vragen over wat een Mobiele Eenheid nou toch voor ding was. Op een middag vol huisuitzettingen, zweet en kabaal, luidden de kerkklokken en plotseling stegen vuurpijlen op. Een wonderbaarlijk licht stroomde door de schamele zolderwoning van Gomez; een zware stem penetreerde de smoglagen en overstemde het lawaai van claxons en straatverkopers. Indiaanse klanken werden langzaam tot Spaanse klanken; Jij, Gomez, bent Superbarrio, de kracht van de buurt, onsterfelijk zal je zijn.
Gele en rode lichtstralen schoten samen met duizenden beelden door het kamertje en Gomez werd gehuld in cape en masker. Vanaf dat moment werd alles nieuw en fris, ook zijn kijk op de wereld.
Meer dienen wij niet te weten over de persoonlijke en politiek-sociale achtergonden van Superbarrio Gomez, hier is sprake van een geloofsdogma.
En zo is de cirkel gesloten; uit de revolutie groeien beelden en symbolen, ze zijn de spil van een samenleving en wie die samenleving
| |
| |
wil veranderen door sociale revoluties, moet de symbolen inzetten. Wie door middel van kunst en literatuur de werkelijkheid wil verklaren komt in de fascinerende greep van de fantasie terecht.
‘De volkscultuur is een voedingsbodem voor een nieuwe kunst.’
| |
Fantastisch fundamentalisme
Het is niet zo verwonderlijk dat er binnen de Mexicaanse beeldende kunst, weliswaar nog wat aarzelend, wordt gesproken over een nieuwe derde bloeiperiode. Deze periode volgt op het Nationalisme van de muralisten en De Breuk in de vijftiger jaren, waarbij de abstracte kunst de ‘Diego Rivera-dictatuur’ doorbreekt ondanks scheldkannonades van de oude meester aan het adres van kunstenaars als Matthias Goeritz.
Alberto Ruy-Sanchez, schrijver en hoofdredacteur van het tijdschrift Artes de México, noemt de nieuwe stroming het Fantastisch Fundamentalisme. Fundamenteel omdat het ‘... een terugkeer is naar de rituele fundamenten van artistieke expressie, voor velen is het een speurtocht naar de visuele fundamenten van het Mexicaanzijn; wortels, een gemeenschappelijke herkomst, gedeelde symbolen...’ Fantastisch omdat het ‘... een inbreuk is op het alledaagse; fantasie komt naar het oppervlak ... en het onverwachte kan opstijgen.’
De nieuwe kunstenaars bieden ons hun arsenaal aan visuele tekens, samengevoegd in een eigen gefantaseerde taal. Het woord fantasie wordt door Ruy-Sanchez sterk benadrukt; het is geen politieke kunst zoals die van Rivera en het hoewel er veelvuldig gebruik gemaakt wordt van populaire symbolen, is het geen reïncarnatie van de volkskunst. De volkscultuur is hier een voedingsbodem voor een nieuwe kunst.
Het is een rijke bodem, want zolang de werkelijkheid onaanvaardbaar is zal de illusie houvast moeten bieden. Mexicaanse illusies zijn immers uiterst functioneel: ze genereren de kracht om door te leven onder bizarre omstandigheden.
|
|