Peter Swart
Wilde vaart
Wie denkt aan misdaadliteratuur die door Belgische auteurs wordt geschreven is geneigd te stoppen bij de meest bewierookte onder hen, de vorig jaar nog met De Gouden Strop bekroonde Jef Geeraerts. Maar er zijn er meer, al zijn ze hier te lande niet allemaal even bekend. Andere namen zijn die van Eddy C. Bertin (tegenwoordig doet hij meer aan SF), Staf Schoeters (De draak achterna, Het perspektief van de Worm) en Bart Holsters (Blokje om Hoekje om, Geld maakt niet gelukkig). En dan is er natuurlijk John Vermeulen, die in verschillende genres - hij schreef naast detectives o.a. kinderboeken, westerns en SF - zo langzamerhand tientallen boeken op zijn naam moet hebben. Bruna bracht ooit al een aantal van zijn detectives op de markt; tussen 1981 en 1985 verschenen Duizend Meter van Armageddon, Scarabee, Moordkinderen, Apeliefde en 77° Kelvin. Hoofdfiguur in deze boeken is Ansen Wagner, die wel omschreven wordt als een soort geheim agent van vage doch machtige diensten, geassisteerd door vriendin Verena. Kort geleden verscheen een nieuwe proeve van Vermeulens veelzijdigheid; in de vijfsterrenreeks van Het Spectrum kwam Solo Race uit. Een thriller dus.
Linden Holland, hoofdpersoon in dit 324 (!) bladzijden tellende boek, is geen detective, maar free-lance journalist bij het vakblad voor watersportliefhebbers Sail. In die hoedanigheid verdiept hij zich in de door de schatrijke zakenman Hagard Prenen georganiseerde zeilrace om de wereld. Maar er is nóg een connectie: ooit had Holland een hartslagversnellende verhouding met de voormalige echtgenote van Prenen, Sharon. De zoon die voortkwam uit deze verbintenis, Kevin, heeft wel degelijk de achternaam Prenen gekregen. Sharon is inmiddels al lang geleden bij een brand om het leven gekomen, het kind werd gered, en Linden Holland zelf kon ternauwernood ontsnappen. Hagard Prenen - heeft hij het vuurtje soms doen oplaaien? - zou wel eens andere dan zuiver commerciële belangen in het achterhoofd kunnen hebben gehad bij het organiseren van een niet ongevaarlijke zeilrace, waarbij de omstreden zoon Kevin op zijn aandringen een van de deelnemers is. Ook Nathan Finke, zoon van Linden Holland en ex-echtgenote Dorian, behoort tot de deelnemers.
In dit tot de rand toe gevulde en wat aantallen personages betreft ook erg drukke boek kunnen een aantal verhaallijnen worden onderscheiden. Allereerst is daar Holland zelf, die zich door het boek beweegt als een met kracht afgeschoten bal door een flipperkast. Hij heeft als free-lancer en als gescheiden man nogal wat speelruimte, en daarvan maakt hij gretig gebruik. Als ‘mens’ wordt hij vooral getypeerd in zijn omgang met Nathan en Kevin en zijn vriendin-tegen-beter-weten-in Nicole, maar ook de ver doorgevoerde innerlijke samenspraak met zijn Choky geeft hem enige toegevoegde diepte. Vermeulen schildert zijn hoofpersoon af als een gedesillusioneerd man, die graag en vaak het glas ter hand neemt, weigert zich aan zijn omgeving aan te passen - vrouwen noemen dit gedrag onvolwassen of zelfs puberaal - en geen hoge verwachtingen heeft van de medemens. Of je voor zo iemand als lezer begrip of zelfs sympathie kunt opbrengen hangt, denk ik, nauw samen met de eigen mensvisie en levensverwachting, maar overtuigend is Holland als personage zeker.
Bekijken we hetzelfde dramatische gegeven vanuit Prenen, dan spelen we weer een geheel andere wedstrijd. De man is schatrijk, toegegeven, maar is hij wel gelúkkig? Prenen is hertrouwd met een allerminst eenkennige Samantha - dat komt ervan als de man het niet meer kan - na zijn eerste vrouw Sharon te hebben verloren. Zijn kinderen, Kevin en Joëtta, ontwikkelen zich nou niet direct zoals een vader dat graag ziet. Misschien is Prenen wel wat stereotiep neergezet, ongeveer zoals minder kapitaalkrachtigen graag zien dat het een rijke stinkerd vergaat; met al zijn geld en macht is hij niet in staat zich een privé-bestaan te scheppen, waarin hij zich goed kan vinden. Zakelijk gaat het hem ondertussen prima, maar door dit contrast wordt het opgeroepen ongeluksgevoel alleen maar onderstreept. Holland en Prenen staan dus lijnrecht tegenover elkaar, dat is wel duidelijk. Slechts hun onderlinge strijd optekenen zou wat magertjes geweest zijn voor een dik boek als Solo Race geworden is, maar gelukkig haalt Vermeulen er nog heel wat meer bij. Stuk voor stuk passeren de deelnemers de revue, ieder met een persoonlijke motivatie om de reis te volbrengen en in hun verscheidenheid staan ze weer garant voor evenzovele vertelperspectieven. Vermeulen is in zijn element als hij op zee terechtkomt; hij is kennelijk een liefhebber van het zeezeilen en spreekt met toewijding en kennis van zaken over technische en tactische aspecten van deze tak van sport. Dat hij in het dagelijks leven tevens hoofdredacteur van een watersportblad is, hoeft na lezing van Solo Race niet meer te verbazen.
Pop-musicus Keith Dahn, oogarts Felix Fisher, de Japanner Nam June Paik, de Mexicaanse Kipi Turok, de Duitser Holger Bunk (subtiel!), Wim Mentelaars en de Holland-produkties Nathan Finke en Kevin Prenen begeven zich op weg tussen andere deelnemers,