Bzzlletin. Jaargang 15-16
(1986)– [tijdschrift] Bzzlletin– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 91]
| |
Peter van den Hoven
| |
[pagina 92]
| |
financiële beheer van het blad overneemt. Tot nu toe hebben we dat er als redactie bijgedaan, maar dat kan nu niet meer. We hebben inmiddels contacten. De Weekbladpers bijvoorbeeld is geïnteresseerd en als een marktonderzoek gunstig uitpakt is er mogelijk een nieuw perspectief. Ook van de kant van de televisie is er belangstelling. De VPRO vindt het concept van St. Kitts aansluiten bij hun kinderprogramma's. Dus wie weet, afwachten maar, en hopen dat het lukt. Inmiddels zijn alle tot nu toe verschenen nummers nog voorradig en verkrijgbaar.’Ga naar eindnoot3.
Het tweede initiatief is Ezelsoor, het tijdschrift - zoals de ondertitel luidt - voor kinderen in alle soorten, kleuren en maten; een gezamenlijke onderneming van uitgeverij Zwijsen en het Nederlands Bibliotheek en Lectuur Centrum (NBLC) uit Den Haag, ontstaan uit Duvel, een kwartaaltijdschrift voor kinderen dat was opgezet vanuit boekpromotionele uitgangspunten. Ezelsoor is eveneens bedoeld om de leesbevordering te stimuleren, maar heeft zich van meet af aan gepresenteerd, onder redactie van Mariska Hammerstein, Joke van Leeuwen, Truuske Sanders-Mulder en Richard van de Waarsenburg, als een volwassen kindertijdschrift met één hoofddoelstelling: kwaliteit in tekst en beeld van zoveel mogelijk Nedelandse auteurs en illustratoren. De redactie, met een eigen statuut, is inhoudelijk onafhankelijk en maakt nu bijna twee jaargangen lang met onbekende en bekende medewerkers als Leonie Kooiker, Paul Biegel, Wim Hofman, Midas Dekkers, Dieter Schubert, Sylvia Weve, Piet Wijn en Joep Bertrams het beste kinderblad dat we hebben. Uitgeverij Zwijsen maakt bij elk nummer een lesbrief voor het onderwijs, bedoeld voor leerkrachten die met Ezelsoor in de klas willen werken, maar de inhoud van het blad is volstrekt niet pedagogisch of didactisch samengesteld en dat is, naast de wat schoolse Malmberg-tijdschriften, een belangrijke uitzondering die de redactie ook graag zo wil houden. Lees- en kijkplezier overheerst in speciaal voor het blad gemaakte verhalen en tekeningen. Opvallend zijn ook de rubrieken over nieuwe boeken, films en theaterprodukties, en eigen bijdragen van kinderen. De redactie is erin geslaagd een kwalitatief goed kindertijdschrift uit te brengen, dat kan wedijveren met het beste dat op de buitenlandse markt verschijnt. Zeker qua vormgeving, maar ook wat de inhoud betreft kan Ezelsoor een kritische vergelijking met bijvoorbeeld Criquet, het Amerikaanse ‘magazine for children’, best doorstaan, en al is Der Bunte Hund, ‘Magasin für die Kinder in den besten Jahren’ van het Beltz-Verlag, een wat vormgeving betreft niet te overtreffen blad - jammer dat het maar drie maal per jaar verschijnt - literair en journalistiek is Ezelsoor toch zeker zo goed. Na twee jaar zit Ezelsoor op zo'n 6000 abonnees en dat is voor de uitgevers onvoldoende om het blad zonder problemen te kunnen blijven exploiteren. Er zal daarom in de komende tijd het een en ander moeten veranderen wil het tijdschrift blijven bestaan. Inhoudelijk is er bij de redactie aangedrongen op een bijstelling van de redactieformule in die zin dat het blad wat speelser, journalistieker en meer afgestemd op de leefwereld van de kinderen, kortom populairder wordt, wat dat dan ook precies moge inhouden. Tevens wordt er gezocht naar wegen om de uitgave van Ezelsoor te kunnen blijven voortzetten. Een spannende tijd voor hoofdredactrice Mariska Hammerstein die wel kwijt wil dat wat de redactie betreft het blad geen fundamentele formulewisseling zal ondergaan: ‘Ik kan me een kleine aanpassing wel voorstellen, maar Ezelsoor moet vooral een kwaliteitsblad voor kinderen blijven. Ik vind dat we, na nog geen twee jaargangen, de kans moeten krijgen te bewijzen dat zoiets mogelijk is. We willen best populairder worden, bredere groepen kinderen aanspreken, maar we worden geen Donald Duck aan de ene of Taptoe aan de andere kant. Ons eigen karakter met jeugdliteraire, of zo je wil jeugdculturele uitgangspunten, ondersteund door auteurs en illustratoren die op een volwassen manier voor kinderen schrijven en tekenen, moet gehandhaafd blijven. Als je bijvoorbeeld ziet wat de respons van kinderen is, in de vorm van verhalen, gedichten, tekeningen en ander creatief werk, dan bewijst dat toch dat we op de goede weg zijn. We moeten dan ook proberen vanuit het gekozen concept dat op onderdelen kan worden aangepast meer kinderen aan te spreken en ze enthousiast te maken voor Ezelsoor. Dat moet lukken.’Ga naar eindnoot4.
Het zou een ramp zijn als beide initiatieven die met zoveel inspanning en creativiteit van de grond zijn gekomen in de nabije toekomst zouden moeten verdwijnen. St. Kitts noch Ezelsoor verdienen dat. Het plan om promotionele activiteiten door kinderboekenauteurs via Schrijvers School Samenleving op allerlei scholen te houden is dan ook toe te juichen. En is het bijvoorbeeld nou ècht zo gek dat uitgevers die deel uitmaken van de Werkgroep Kinderboekenuitgevers, hun onderlinge tegenstellingen en concurrentie-overwegingen eens opzij zetten en gezamenlijk een fonds stichten waarmee een blad als Ezelsoor (waarin opgenomen St. Kitts?) die steun in de rug krijgt die het zo hard nodig heeft? |
|