Bzzlletin. Jaargang 12
(1983-1984)– [tijdschrift] Bzzlletin– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 79]
| |
Lyman Tower Sargent
| |
De klassiekenWij, Brave New World en 1984 waren alle drie voortzettingen, uitbreidingen van tendensen die hun auteurs in ontwikkeling zagen - Brave New World het meest bewust. En, zoals Huxley uitlegt in Brave New World Revisited, deze tendensen hebben zich ontwikkeld. We hebben geleefd of leven nog steeds met de gruwelen als in de boeken beschreven. De middelen die gehanteerd worden om de bevolking in bedwang te houden vormen voor mij het meest interessante en belangrijkste element in de drie dystopieën. O'Brien zegt tegen Winston Smith: ‘Als je een beeld van de toekomst wilt, stel je een laars voor, trappend op een gezicht - voor altijd’. Dit brute maar doeltreffende middel als maatschappelijke controle is in feite de laatste toevlucht, zelfs in 1984. Er zijn fijnzinniger en doeltreffender middelen voorhanden, middelen die mensen er toe brengen onderdrukking bereidwillig te accepteren. Dit wil ik hier onderzoeken. Daarbij zal ik aantekenen dat alle ideeën door verschillende regeringen zijn overgenomen, het meest zichtbaar in de communistische landen (Pol Pot was een ‘goed’ voorbeeld van het gebruik van de laars die in het gezicht trapt) en in de Derde Wereld, maar ook door Westerse regeringen die afschuw tonen wanneer ze dergelijke praktijken bij anderen constateren. Ik zal ook duidelijk maken dat alle ideeën gebruikt zijn in de positieve utopieën (eutopia); dit laatste roept uiteraard vragen op over hoe we utopieën van dystopieën kunnen onderscheiden en wat sociale gewoonten of instellingen goed of slecht maakt. Hoewel de meeste dystopieën een beperkt aantal punten van kritiek hebben (zoals vervuiling, overbevolking, militarisme, fascisme, communisme en andere autoritaire systemen), zijn de beste anders. Het verschil ligt niet zozeer in de punten van kritiek maar in de gecompliceerdheid van de wereld die zij beschrijven. Bovendien laten de beste dystopieën ons geloven dat wat zij afschilderen mogelijk is en zij hebben volgens mij gelijk gehad. Tenslotte worden we gedwongen de verschillende gedachten- en gevoelswerelden van mensen uit beide kampen te bekijken. Mustaphe Mond is veel menselijker en menslievender dan Bernard Marx. O'Brien zou echt kunnen geloven dat Winston Smith gelukkiger is wanneer hij de veranderlijkheid van het verleden kan accepteren. | |
GeweldWe moeten onder ogen zien dat - wat er ook aan fijnzinniger middelen om mensen in bedwang te houden gebruikt wordt - daarachter de dreiging van de dood ligt en dat die dreiging vaak genoeg in daden omgezet is met het doel geloof af te dwingen. In 1984, Wij en de meeste andere dystopieën wordt dit heel duidelijk gemaakt. Brave New World stelt het zonder die dreiging, behalve als een allerlaatste mogelijkheid. In Brave New World wordt de beheersing vrijwel geheel door ‘positieve’ normering uitgeoefend; de meeste dystopieën bevatten opvallende elementen van negatieve normering. 1984 zit vol met angst, dat ook in Wij nauwelijks ontbreekt. Een sterke kant van 1984 is dat het de verzwakkende werking van angst goed laat zien. Doodsangst is niet de enige angst. Winston Smith is banger voor ratten dan voor de dood, maar deze uiterste vormen van angst zijn niet de enige angsten, die mensen verzwakken. 1984 schept een sfeer van ziekelijke angst, waarvoor, althans in het begin, weinig directe en duidelijke aanleidingen zijn. Smith heeft de vage angst dat hij in de gaten gehouden wordt. Het telescherm, tegelijk televisie en afluisterapparaat, is een opmerkelijk instrument om angst in te boezemen. Dit wordt gecombineerd met het aanmoedigen van mensen (maar van kinderen in het bijzonder) om iedereen te bespioneren en maakt openlijke actie vrijwel overbodig. De Dunkpolitie is als een schaduw aanwezig en des te doeltreffender omdat zij niet zichtbaar aanwezig zijn. Bijna alle dystopieën hebben een geheime politie die hier op lijkt. | |
De beheersing van de gedachtenDe meeste dystopieën geven een maatschappij weer waarvan de leiders hebben ingezien dat bereidwillige gehoorzaamheid werkzamer is dan onbereidwillige gehoorzaamheid. Wij toont op heldere wijze een man, D-503, die volledig tegen zijn verstand in afglijdt naar opstandigheid. Bernard Marx in Brave New World wil de ideale burger zijn. Alleen Julia en, in mindere mate, Winston Smith, kiezen ervoor niet te gehoorzamen.Ga naar eind2. Brave New World, met de nadruk op de positieve normering geeft deze benadering het best weer.Ga naar eind3. De conditionering van personen, die ruim voor de geboorte begint en voortduurt gedurende al de jaren van opvoeding vormt een vrijwel onverwoestbare steunpilaar van het systeem. Als men volwassen is wordt de conditionering ondersteund door sex en drugs (soma), de Feelies en solidariteitsdiensten, gemeenschapszang en zwangerschapssurrogaten en door een constant aanbod van genot in een consumptiemaatschappij. Wij is veel serieuzer. Alles in het leven van de burger wordt van hogerhand bevolen door de volgelingen van de Weldoener, met een mathematische precisie, gebaseerd op de theorieën van de Amerikaanse efficiency-deskundige Frederick Winslow Taylor (1856-1915). Dit tot in de puntjes geregelde bestaan wordt verondersteld geluk op te leveren. Een formule zou als volgt kunnen luiden: Beheersing van de gedachten = Geluk of: Vrijheid = Ongelukkig zijn. De boodschap van de dystopisten is dat we moeten kiezen voor vrijheid en een beetje lijden, liever dan voor beheersing van de gedachten van bovenaf en geluk. Een belangrijk verschil tussen deze dystopieën is natuurlijk dat niemand in 1984 echt gelukkig is. Wat het meest op geluk lijkt (de sexuele opstand daargelaten) is ofwel de arbeidersvrouw die zingend de was buiten hangt, of Tom Parsons, die alles geloofde wat de Partij predikte. Voor Parsons was de conditionering van Oceanië effectief geweest. De arbeiders waren niet geconditioneerd, men had hen gewoon links laten liggen. Alle, meest vermaarde controle-apparaten van deze maatschappijen zijn ontworpen om iedereen gemakkelijker te doordringen van de normen van de maatschappijen. In 1984 is de Nieuwspraak bedoeld om zozeer opgenomen te worden in het denkpatroon van de mensen, dat misdunk onmogelijk zal worden. De constante vervalsing van het verleden zal het onmogelijk maken om twijfels aan de officiële lezing bevestigd te krijgen. Aangezien de officiële verklaring van gebeurtenissen altijd te bewijzen zal zijn, zal iedereen aan zijn eigen herinneringen gaan twijfelen. In Brave New World bieden drugs (‘een dosis voor als er wat loos is') iedereen de gelegenheid om elke oneffenheid in de genotsspiraal van het leven te vermijden. Soma, spelletjes, Feelies en sex voorzien in een onbetwist rimpelloos leven. Dit samengenomen met de conditionering van de wieg tot het | |
[pagina 80]
| |
graf leidt ertoe, dat aan verzet nooit wordt gedacht; het wordt geestelijk onmogelijk. Het belangrijkste dat de dystopieën beweren is, heel eenvoudig, dat mensen volslagen andere waarden kunnen aannemen en dat zij politieke en sociale systemen die wij verafschuwen kunnen accepteren en er in kunnen leven. We weten uit eigen ervaringen in deze eeuw dat de dystopisten het bij het rechte eind hebben. | |
SexEen van de belangrijkste meningsverschillen tussen de klassieke dystopieën betreft sex, sex als sociaal controlemiddel. 1984 geeft blijk van onderdrukking. Brave New World stelt promiscuïteit voor. In Wij staat promiscuïteit onder toezicht. Een aantal latere werken, zoals Anthony Burgess' The Wanting Seed (1962), introduceert homosexualiteit, vaak alleen om geboortebeperking te bewerkstelligen. Het probleem dat gesymboliseerd wordt door sex is de kern van de vraagstelling van de sociale controle in zulke dystopieën - is beheersing door middel van genot effectiever dan beheersing door middel van straf? Wij's gereguleerde en gecontroleerde genot, ontworpen voor het welzijn van ieder individu, of Brave New World's constante aanbod van genot versus 1984's onderdrukking van genot roept het probleem op: onder welke omstandigheden zal men eerder in opstand komen? Zowel de romans als onze eigen ervaring duiden erop dat opstand denkbaar is onder elk regime. Maar wanneer wordt het het meest waarschijnlijk? De romans lijken te zeggen dat onderdrukking de meest waarschijnlijke aanleiding tot opstand is. Julia komt in opstand voor genot; Winston Smith komt in opstand voor genot en waarheid. In Wij is D-503 bereid tot opstand door √-1- de onmogelijkheid om alles in een verantwoord schema te passen. I-330 komt in opstand voor vrijheid. In Brave New World komt alleen de wilde werkelijk in opstand, want hij had niet de voordelen van een moderne conditionering. Onze ervaring duidt op het tegenovergestelde. Mensen komen in opstand wanneer zij meer verwachten en het niet krijgen. Ook is het zo, zoals in de jaren zestig, dat mensen in opstand komen wanneer zij rijk zijn en anderen niet, zolang de rijken niet bang hoeven te zijn dat zij zullen lijden onder wat anderen verwerven. De zestiger jaren waren een tijd waarin de sexuele vrijheid een periode van bloei doormaakte en waarin de nadruk lag op sexueel genot. Tevens was het de tijd van opstand, maar voor velen gold deze opstand juist die sexuele vrijheid. Nu die vrijheid gemeengoed is geworden, is er van opstand geen sprake. Maar pogingen om ons ervan te beroven zouden heel goed opnieuw een opstand in gang kunnen zetten. Het punt is dat de romans het allemaal bij het rechte eind hebben en er allemaal naast zitten. Waar het om gaat is niet genot of straf, maar veeleer om de menselijke verwachtingen. Als genot of straf zich eenmaal ingeburgerd hebben, zullen wij mensen daar vrede mee hebben. Alleen wanneer het patroon veranderd wordt en er een verschuiving naar nieuwe verwachtingen plaatsheeft, zullen wij opstand in overweging nemen. Geef ons meer en we willen nog meer; probeer ons van het weinige dat we hebben te beroven en we pikken het niet. We kunnen onderdrukt worden en we kunnen overtuigd hedonist worden. Laat ons met rust en het kan ons niets schelen. | |
Anthony BurgessAnthony Burgess heeft drie dystopieën geschreven - zijn beroemde A Clockwork Orange (1962), The Wanting Seed (1962) en 1985 (1978). A Clockwork Orange is waarschijnlijk het meest bekend om de briljante vindingrijkheid van het taalgebruik. Maar, in de context van dit stuk, het boek wordt door het gebruik van de afkeertherapie als sociale controletechniek op een iets andere lijn dan de klassieken gesteld. Het andere verschil met de klassieken is dat deze dystopie zich grotendeels concentreert op elementen in de maatschappij die op z'n minst gedeeltelijk slagen in hun opstand, maar die niet als goed aangemerkt worden. The Wanting Seed was waarschijnlijk het vroegste werk met een nadruk op het homosexuele thema, gedwongen homosexualiteit als geboortebeperkend middel. Hoewel het boek nauwelijks opgemerkt is, is The Wanting Seed zeker zo beeldend als A Clockwork Orange en beter dan 1985. De beschrijving van de overbevolkte dystopie en van de aanmoediging van homosexualiteit is een van de beste in deze literatuur. 1985 echter verschilt niet veel van de honderden anti-socialistische romans. | |
Andere Eigentijdse DystopieënDe meeste eigentijdse dystopieën zijn op een bepaald onderwerp gericht (anti-autoritair, anti-militaristisch, anti-vervuiling, anti-overbevolking) en vraagstukken als sociale controle zijn naar de achtergrond verschoven. Sommige, zoals de verschillende boeken van William S. Burroughs - Cities of the Red Night (1981), Nova Express (1964) en Port of Saints nemen een aspect van de sociale controle als onderwerp - in dit geval geweld - en tonen dit in vele gedaanten. Andere romans zoals David Karps One (1953), lijken erg op een van de klassieken, hoewel zij ook eigen kwaliteiten hebben. Er zijn er een paar, zoals Nigel Kneales The Year of the Sex Olympics (1969), die op fantasierijke wijze iets toevoegen aan het repertoire van de sociale controlemethoden. In dit geval worden mensen van sex afgehouden door sexuele atleten op televisie te laten zien en daarbij te vertellen dat zij toch niet zo goed als de professionelen kunnen zijn, dus waarom zou je 't proberen. Dit werkt als geboortebeperkend middel. Fantasievolle weergaven zijn echter hoogst zeldzaam. | |
De Werkelijke WereldHet is waarschijnlijk niet nodig te bewijzen dat de werkelijkheid de dystopie heeft nagebootst; dat zouden we moeten weten. Toch weigeren we maar al te vaak de betekenis van sommige praktijken onder ogen te zien. Als algemeen voorbeeld geldt dat een groot deel van de Derde Wereld, maar Zuid-Amerika in het bijzonder (bijvoorbeeld Argentinië en Chili), lijkt te zijn ingericht naar het model van 1984. Het gebruik van overheidsgeweld om bevolkingen in bedwang te houden is die landen eigen. Dit is zo bekend dat er niet langer op gewezen hoeft te worden. Interessanter zijn de pogingen om de taal en het verleden onder controle te houden. Het Westen wijst hier voortdurend op met betrekking tot het Oosten (volkomen terecht), dus ik zal mijn voorbeelden ditmaal uit het Westen halen. Wat het taalgebruik betreft, de woordenschat zoals die is uitgevonden door het Amerikaanse leger in Vietnam is met recht beroemd. Het meest bekende voorbeeld is waarschijnlijk pacificatie in de betekenis van vernietiging. Het taalgebruik van de aanhangers van atoomwapens voegt tegenwoordig vele eufemismen toe aan onze vocabulaire. Westerse regeringen zijn net zo bedreven in Nieuwspraak als Oosterse. Het verleden wordt ook voortdurend vervalst. Op een eenvoudig niveau ‘verhelderen’ (en dat betekent volkomen veranderen) politici voortdurend eerder gedane uitspraken. Bovendien is het eerste antwoord op pijnlijke onthullingen een ontkenning, gevolgd (als dat niet werkt) door een ontkenning van de ontkenning. Niet zo lang geleden zei president Reagan dat de V.S. de tegenstanders van het Nicaraguaanse bewind niet daadwerkelijk had gesteund. Vervolgens maakte hij terloops bekend dat de V.S. hen van het begin af aan had gesteund. Niemand schijnt zich te storen aan de leugens. In feite weten en accepteren mensen dat ze onophoudelijk worden bedonderd. Waarheid is niet langer een noodzaak. Waarheid is zo schaars dat zij niet langer geloofd wordt. Een propaganda-theorie van de geschiedenis zou kunnen leiden tot de bewering dat het wijdverbreide druggebruik bedoeld is on de bevolking in bedwang te houden. Dit is niet waar, maar het resultaat is nagenoeg gelijk. Gebruikers van alcohol en kalmerende middelen hebben minder controle nodig. De drugcultuur van de jaren zestig was het minst politiek actieve deel van links. In de V.S. wordt over de rol van sex even verschillend gedacht als in 1984 en Brave New World. Er is even veel te zeggen voor onderdrukking als voor vrije sexualiteit, vindt men. Eigenlijk lijkt sex niet een bijzonder goede methode voor sociale controle, het is sterker dan de machthebbers. | |
De EutopieënGoede oorden (eu-topia) gebruiken dezelfde methoden voor sociale controle als slechte oorden. Dit geldt zelfs voor | |
[pagina 81]
| |
geweld. In de zestiende en zeventiende eeuw was geweld of dreiging met geweld een van de voornaamste middelen om gehoorzaamheid tot stand te brengen. Minder lang geleden bracht een boek, getiteld Military Socialism (1911) iets als utopie naar voren dat verdacht veel op fascisme leek. Boeken die de beheersing van het taalgebruik of van het verleden beschrijven komen veel voor. De gedragsmanipulatie in Walden Two (1948) doet sterk denken aan de conditionering in Brave New World. En bijna alle gewoonten van Brave New World kun je - in termen van een religie - aantreffen in Island (1962). Betekent dit dat er geen wezenlijk verschil bestaat tussen een utopie en een dystopie? Niet echt, maar het zou ons een beetje wantrouwend kunnen maken tegenover de utopische onderneming. Poppers idee, nl. dat een utopie geweld met zich meebrengt, dat weer totalitarisme oplevert, wijs ik af, maar er is een schaduwzijde aan utopisme, die zo nu en dan geleid heeft tot dystopische utopieën. Wat voor de een de hemel is kan voor de ander heel vaak de hel betekenen. Chemische manipulatie of gedragsmanipulatie, ten einde ons allemaal één hemel als de onze te laten kiezen, is een deel van de poging geweest om de werkelijkheid in een utopie te veranderen. Het probleem ligt niet bij de utopie maar bij de mensen die haar trachten te scheppen. | |
ConclusieHet meest interessante aan eigentijdse dystopieën is voor mij dat er over het geheel genomen minder achter steekt dan men vermoedt. Een vluchtige inspectie van de honderden werken die hiermee iets te maken hebben, had mij tot de verwachting geleid dat een onderzoek van het centrale thema van de meesten (nl. sociale controle) zou leiden tot een rijke en gevarieerde oogst van gewoonten en praktijken. In feite leidde het, zoals ik heb opgemerkt, tot een reeks variaties op thema's die al voor 1950 bestonden. Geweld en drugs overheersen; gereguleerde sex en consumptie volgen. Het is normaal dat de schrijvers de geschiedenis naar hun hand zetten, maar men experimenteert slechts in beperkte mate met taal. Werkelijk, het hele genre lijkt gebrek aan fantasie te hebben. Het minst verbazingwekkend is waarschijnlijk dat alle gewoonten van de dystopieën gevonden kunnen worden in de werkelijke wereld. Het meest deprimerend is dat zij tevens allemaal in de utopieën gevonden kunnen worden. Ik vraag me af of uit dit alles iets te leren valt. Zonder het bewijs te leveren om zo'n sobere bewering te kunnen staven, denk ik dat één les is dat de schrijvers van utopieën fantasierijker zijn geweest dan hun collega's, die dystopieën hebben geschreven, zelfs al zijn de laatstgenoemden nu sterker vertegenwoordigd. Een les die hiermee verband houdt zou een versie van Hannah Arendts ‘de banaliteit van het kwade' kunnen zijn. Er zijn nog twee andere belangrijke lessen. Ten eerste zijn het, althans in sommige opzichten, niet de sociale instellingen die er toe doen, maar de manier waarop wij ervan gebruikmaken. Het contrast tussen Huxleys Brave New World en Island toont dat aan zelfs voor iemand, zoals ik, die zich aangetrokken voelt tot Island, terwijl hij zich niet helemaal op zijn gemak voelt bij een paar van haar manipulerende instellingen. Het feit dat de utopie van de een (Military Socialism, Walden Two) mijn dystopie kan zijn geeft ook te denken. Er zijn waarschijnlijk wel bepaalde sociale controletechnieken, die nooit werkelijk utopisch kunnen zijn. Ten tweede: de meeste dystopieën (maar niet de klassieken) zijn hoopvol. Zij voeren een rebel op die wint. Dit kan eenvoudig naïviteit zijn, het kan zijn dat zulke verhalen beter verkopen, maar de algemene boodschap van de dystopieën is positief in een beter opzicht. Zij zeggen dat als we niet veranderen, dit zal gebeuren. Dat betekent dat als we veranderen, het niet zal gebeuren. De dystopisten zeggen dat we ons lot in eigen hand moeten houden en de toekomst die zij ontwerpen moeten vermijden. Vandaag de dag is een groot deel van onze wereld een dystopie omdat wij het zover hebben laten komen. Het hoeft niet zo te zijn. Keuzen maken de toekomst. We hoeven niet te kiezen voor een dystopie. Bovendien vertellen de dystopieën ons iets waardevols over het proces van verandering. Praktisch alle dystopieën - de klassieken incluis - bevatten een opstandeling of een groep opstandelingen (In de klassieken worden de rebellen verslagen, normaal gesproken winnen zij). Dit geeft aan hoe moeilijk de sociale controle functioneert en bovendien voorziet het de roman van een beetje actie. Volledige controle over alles is nagenoeg onmogelijk. Er is in het verleden één goed voorbeeld geweest van de bijna volledige controle over een bevolking, nl. door de godsdienst en in het bijzonder de Rooms Katholieke kerk in ongeveer de dertiende eeuw. Bovennatuurlijke dwangmaatregelen gecombineerd met de belofte van eeuwig geluk of verdoemenis en het relatieve gebrek aan andere waardesystemen tijdens de vormende jaren van het kind, leverde een vrijwel ondoordringbare muur van saamhorigheid en dus controle op. En toch ging het mis. Waarom? En waaraan schrijven de dystopisten de mislukkingen toe? De mislukking was toe te schrijven aan de keerzijde van de dystopische medaille, nl. de eutopie. Het katholicisme bood een eeuwigheid aan gelukzaligheid, maar de andere visie op dit eeuwige geluk, gecombineerd met een beperkte mogelijkheid om zelf te denken (protestantisme) bleek een machtige tegenhanger. De aanwezigheid van verschillende utopieën kan sociale controle teniet doen. Conflicten tussen utopieën gaan over de manier waarop wij veranderingen tot stand brengen, zowel in postieve als in negatieve zin.
Vertaling: Peter Elberse |
|