George Orwell
‘Wij’ van Zamjatin
Pas verschillende jaren nadat ik er over hoorde heb ik uiteindelijk de hand weten te leggen op een exemplaar van Wij van Zamjatin, één van de literaire curiositeiten van deze tijd van boekverbrandingen. Ik heb Gleb Struve's Vijfentwintig jaar Sovjet-Russische literatuur er op nageslagen en nu lijkt mij dat deze de geschiedenis ervan geweest moet zijn:
Zamjatin, gestorven in Parijs in 1937, was een Russische romancier en criticus die, zowel voor als na de Revolutie, een aantal boeken publiceerde. Wij is geschreven rond 1923, en hoewel het niet over Rusland gaat en niet direct in verband staat met de politiek van die tijd - het is een fantasie die in de zesentwintigste eeuw na Christus speelt - werd de publicatie geweigerd op grond van ideologische onwenselijkheid. Een exemplaar van het manuscript werd het land uit gesmokkeld, waarna het boek verscheen in Engelse, Franse en Tsjechische vertalingen, maar nooit in het Russisch. Ik heb nooit een exemplaar van de Engelse vertaling, die in de V.S. werd uitgebracht, kunnen achterhalen, maar exemplaren van de Franse vertaling (de titel is Nous Autres) zijn nog wel voorhanden en het is me nu eindelijk gelukt om er een te lenen. Voor zover ik het kan beoordelen is het niet een boek van de eerste rang maar het is zeker een bijzonder boek, en het wekt verbazing dat geen enkele Engelse uitgever ondernemend genoeg is geweest om het opnieuw uit te geven.
Hoewel er volgens mij nog nooit op is gewezen, is het meest opvallende van Wij het feit dat Aldous Huxley's Brave New World ervan moet zijn afgeleid. Beide boeken gaan over de opstand van de primitieve menselijke geest tegen een gerationaliseerde, gemechaniseerde, pijnloze wereld, en beide verhalen worden verondersteld plaats te vinden over ongeveer zeshonderd jaar. De sfeer van de twee boeken komt overeen en grof gezegd is het dezelfde soort van maatschappij die beschreven wordt, hoewel Huxley in zijn boek minder politiek bewustzijn toont en hij meer beïnvloed is door recente biologische en psychologische theorieën.
In Zamjatin's voorstelling van de zesentwintigste eeuw hebben de bewoners van Utopia hun individualiteit zo totaal verloren dat ze alleen nog maar te herkennen zijn aan hun nummers. Ze wonen in glazen huizen, zodat de staatspolitie, de ‘Bewakers’ genoemd, gemakkelijker toezicht op ze kan houden (dit is allemaal geschreven voor de uitvinding van de televisie). Ze dragen allemaal identieke uniformen en een menselijk wezen wordt meestal aangeduid als ‘een nummer’ of ‘een unif’ (uniform). Ze leven op synthetisch voedsel en het is hun gebruikelijke recreatie om in rijen van vierte marcheren terwijl uit de luidsprekers het volkslied van de Enige Staat klinkt. Op gezette tijden is het ze toegestaan om voor één uur de gordijnen in hun glazen appartementen dicht te doen, het zogenoemde sexuurtje. Het huwelijk bestaat uiteraard niet, hoewel het sexleven toch ook niet helemaal promiscue is. Voor het bedrijven van de liefde heeft iedereen een soort couponboekje met roze bonnen, en de partner met wie zo'n toegewezen sexuurtje wordt doorgebracht tekent het strookje. De Enige Staat wordt geregeerd door een persoon die bekend staat als De Weldoener en die jaarlijks door de hele bevolking herkozen wordt, waarbij de stemming altijd unaniem is. Het leidende principe van de Staat is dat geluk en vrijheid onverenigbaar zijn. In de Hof van Eden was de mens gelukkig, maar in zijn dwaasheid vroeg hij om vrijheid en werd hij de wildernis ingedreven. De Enige Staat heeft nu zijn vrijheid weer afgenomen en zijn geluk is hersteld.
Tot zover is de gelijkenis met Brave New World treffend. Maar hoewel Zamjatin's boek minder goed in elkaar zit - het heeft een tamelijk zwakke en episodische plot die te gecompliceerd is om kort samen te vatten - heeft het een politieke betekenis die in het andere boek ontbreekt. In Huxley's boek is het probleem van de ‘menselijke natuur’ in zekere zin opgelost, omdat aangenomen wordt dat door prenatale behandeling, drugs en hypnotische suggestie het menselijk wezen op elke gewenste manier gespecialiseerd kan worden. Een eersteklas wetenschapper is even gemakkelijk gemaakt als een achterlijke idioot; in beide gevallen wordt met de rudimenten van primitieve instincten, zoals moederlijke gevoelens en het verlangen naar vrijheid, zonder problemen afgedaan. Er wordt echter geen duidelijke reden gegeven waarom de maatschappij juist zó, op die ingewikkelde manier als beschreven, gelaagd zou moeten zijn. Het doel daarvan is niet economische uitbuiting, maar het verlangen te tiranniseren en domineren schijnt evenmin een motief te zijn. Er is geen machtswellust, geen sadisme, er is in het geheel geen hardvochtigheid. De mensen aan de top hebben geen sterk motief om aan de top te blijven, en hoewel iedereen op een wezenloze manier gelukkig is is het leven zo doelloos geworden dat het moeilijk te geloven valt dat zo'n maatschappij zou kunnen voortduren.
Over het algemeen genomen sluit het boek van Zamjatin nauwer aan bij onze eigen situatie. Ondanks de opvoeding en de waakzaamheid van de Bewakers bestaan er nog steeds traditionele menselijke instincten. De verteller van het verhaal, D-503, die, hoewel een begaafd ingenieur, een armzalig type is, een soort Utopische Jan met de Pet, wordt voortdurend met afschuw vervuld van de atavistische impulsen die hem aangrijpen. Hij wordt verliefd (een misdaad uiteraard) op een zekere I-330 die lid is van een ondergrondse verzetsgroep, en zij slaagt erin ook hem tot opstandigheid te brengen. Als de opstand uitbreekt blijkt dat de vijanden van De Weldoener in feite tamelijk groot in aantal zijn, en deze mensen beramen niet alleen de omverwerping van de Staat maar geven zich, als de gordijnen gesloten zijn, ook nog over aan zulke liederlijkheden als het roken van sigaretten en het drinken van alcohol. D-503 wordt uiteindelijk nog gered van de gevolgen van zijn eigen dwaasheid. De autoriteiten kondigen aan dat ze de oorzaak van de recente onlusten ontdekt hebben: sommige mensen zouden aan een ziekte lijden, genaamd verbeelding. Het zenuwcentrum dat verantwoordelijk is voor de verbeelding is nu gelocaliseerd en de ziekte kan genezen worden met een bestralingsbehandeling. D-503 ondergaat de behandeling en daarna is het niet moeilijk meer voor hem om datgene te doen waarvan hij al de hele tijd wist dat hij het moest doen - namelijk zijn bondgenoten aangeven bij de politie. Volstrekt onaangedaan ziet hij toe hoe I-330 met samengeperste lucht onder een glazen stolp gemarteld wordt:
Ze bleef naar me kijken, haar handen om de stoelleuningen gekneld, net zolang tot haar ogen helemaal dichtvielen. Ze namen haar eruit, brachten haar bij bewustzijn door middel van een elektrische schok, en stopten haar opnieuw onder de stolp. Deze operatie werd driemaal herhaald zonder dat er een woord over haar lippen kwam. De anderen die samen met haar waren opgebracht lieten zich meer gaan. De meesten van hen bekenden na één behandeling. Morgen zullen ze allemaal naar de Machine van De Weldoener gestuurd worden.
De Machine van De Weldoener is de guillotine. Erzijn veel executies in het Utopia van Zamjatin. Ze vinden publiekelijk en in tegenwoordigheid van De Weldoener plaats, begeleid door odes op de overwinning die voorgedragen worden door officiële dichters. De guillotine is natuurlijk niet het oude, wrede instrument maar een sterk verbeterd model dat letterlijk haar slachtoffer liquideert, hem in een ogenblik reducerend tot een rookwolkje en een plasje helder water. De executie is in feite een menselijk offer, en de scène waarin zij beschreven wordt heeft een sfeer gekregen die herinnert aan de sinistere slaven-beschavingen van de antieke wereld. Het is dit intuïtieve begrip van juist ook de irrationele kant van het totalitarisme - menselijke offers, wreedheid als doel op zich, de verering van een leider aan wie goddelijke eigenschappen toegeschreven
vervolg op pag. 26