Toelichting bij ‘Melchior Blovoet’
Dat Hans Andreus in de laatste jaren van zijn leven bezig was met een nieuwe roman, was wel bekend. In De Revisor van juni 1976 (3e jrg. nr. 3) schreef Paul Beers in de inleiding tot zijn interview met Andreus (‘Overlevende van een tweeling’): in voorbereiding zijn de dichtbundel Noordenwind en de roman Uit het dichterlijke leven van Melchior Blovoet.' Die dichtbundel kwam postuum uit onder de titel Laatste gedichten en het manuscript van de roman werd in min of meer voltooide vorm in Andreus' nalatenschap aangetroffen.
‘Min of meer voltooid’: het is moeilijk te beoordelen hoe definitief de versie van het verhaal in het manuscript is.
De titel is iets veranderd. Het werd Uit het jeugdige leven van Melchior Blovoet, waaraan als ondertitel is toegevoegd: ‘een novelle en tijdsbeeld’. Oorspronkelijk stond er alleen het woord ‘novelle’.
Het manuscript bestaat na het titelblad uit 59 bladen, alle aan één kant met de typemachine beschreven. Op het laatste blad staan streepjes onder de tekst en een datering ('76), wat erop wijst dat het verhaal in elk geval was afgerond. Het meest opvallende aan het manuscript is, dat de bladen 1 tot en met 51 soms zeer royaal voorzien zijn van veranderingen in handschrift. Bovendien zijn in een enkel geval herziene tekstfragmenten op strookjes papier getypt, die aan de originele bladen zijn vastgeniet. Daarbij werd dan een schrijfmachine gebruikt met een kleiner lettertype. Op blad 51, waar Andreus erg in de verbeteringen heeft zitten ‘knoeien’, staat bovenaan met grote letters: ‘OVER!!’. De bladen 52 toten met 59 vertonen maar een heel enkele correctie in handschrift. Het kan zijn, dat Andreus er nog niet toe gekomen was, deze acht bladen grondig door te werken. Het kan ook zijn, dat hij er weinig te verbeteren vond. Of dat hij ze al ‘in het net’ overgetypt had. Hoe dan ook, het is zeker dat de nagelaten versie van Melchior Blovoet nog niet als persklaar manuscript bedoeld was. Dat bewijzen de opmerkingen die hier en daar in de marge of op een tussengevoegd blanco blad zijn geschreven en die betrekking hebben op de inhoud. Ze laten zien dat Andreus over sommige details in het verhaal nog aarzelde.
Het hier gepubliceerde fragment bestaat uit de tekst van de bladen 1 tot en met 20 van het manuscript, alsmede drie regels van blad 21. Op enkele plaatsen zijn evidente fouten stilzwijgend verbeterd.
De volledige tekst van de novelle zal te zijner tijd opgenomen worden in het tweede deel van het Verzameld Werk.
Jan van der Vegt