Bzzlletin. Jaargang 10(1981-1982)– [tijdschrift] Bzzlletin– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 71] [p. 71] Dirk Kroon Vier gedichten Zacht uit de aarde gekomen al warm van de dag zet zij haar passen wankelt ze niet verdraagt zij het licht dan als eerste nee wat te zien is van waar zij vandaan komt zijn de pupillen zijn de momenten als handen haar dragen de weg naar haar oorsprong gewiegd en gewogen zo licht bevonden dat je haar altijd wilt tillen heffen of bergen dicht bij de grond lispelend liefde de liefde van wijdopen ogen het netvlies een raadsel zo zal zij komen zacht uit je handen rul nog van aarde dwalen in een taal waarmee je een godin droomt een stofgodin een vliesdunne vrouw Wij gaan dezelfde weg zoek geen redenen om weer en wind de schuld te geven zoek geen duisternis om blindweg van mij weg te dwalen de weg is lang en wie weet hoe wij aan elkaar ontkomen wij gaan maar slaafs wij gaan gekozen tegen beter weten in geen hand voor ogen Zij lagen gewonnen voor herfstlicht wisten dat over hen nu werd beslist zij namen hun lot in warmende handen dat het al nacht was zagen zij niet zij droegen elkaar een enkelvoudlichaam zij moesten geloven dat het gewicht had zij lagen er nog toen het geen licht werd Gestoken in een huid van tijd kon zij niet blijven kon zij niet weggaan er was geen verweer zo lagen nog samen steenman nomade sprakeloos makend een plaats voor het licht duisternis woedde de wind zocht haar haren water verloor de weg naar de bron zij is toen gegaan hij hield haar niet staande de droom in gelopen waaruit hij niet week Vorige Volgende