Korte bibliografie
1882. Alfons Jozef De Ridder, zich later als schrijver noemende Willem Elsschot, wordt op 7 mei te Antwerpen geboren als achtste en voorlaatste kind uit het huwelijk van Christiaan De Ridder, bakker aan de De Keyserlei, met Adela Van Elst.
1888-1894. Ontvangt lager onderwijs op de Antwerpse Gemeenteschool in de Van Maerlantstraat.
1894-1899. Volgt voortgezet onderwijs aan het Koninklijk Atheneum. Toont in het bijzonder belangstelling voor de lessen Nederlands van Pol de Mont en treedt uit liefde voor de schone letteren toe tot het door medescholieren (onder wie Ary Delen) gestichte leesgezelschapje Flandria. Schrijft als ongeveer vijftienjarige zijn eerste gedicht. Wordt omstreeks zijn zestiende jaar van school verwijderd, op grond van baldadig gedrag. Na een periode van nietsdoen wordt hij loopjongen-bediende bij een graanhandel, enige maanden daarna bij een scheepsagentuur.
1900. Richt, met vroegere medescholieren van het Atheneum, het tweemaandelijkse tijdschrift Alvoorder op, waarvan het eerste nummer in oktober 1900 verschijnt. Gedurende het eenjarige bestaan van het blad publiceert hij hierin een zestal gedichten. Behoorde intussen tot de Antwerpse bohème.
1901. Laat zich, nadat hij voor het toelatingsexamen geslaagd is, als leerling inschrijven aan het Hoger Handelsgesticht. Wordt, op 29 augustus, vader van een zoon, Walter.
1904-1908. Behaalt aan het Hoger Handelsgesticht, met lof, het diploma van Licenciaat van de Hogere Graad in de Handels-, Consulaire en Koloniale Wetenschappen. Vervult enkele betrekkingen (steeds van korte duur) in zijn geboortestad en vertrekt vervolgens naar Parijs, waar hij in dienst treedt bij de zakenman Alfredo H. Bustos, inspecteur van het Ministerio de Obras Públicas de la República Argentina. Neemt zijn intrek in een familiepension in de Rue d'Armaillé,waar hij in 1907 een van zijn Moeder verzen schrijft en dat hem later de stof zal leveren voor zijn eerste boek, Villa des Roses.
1908. Vertrekt naar Rotterdam en aanvaardt een betrekking als chef-correspondent bij de Werf Gusto (firma A.F. Smulders) te Schiedam. Huwt Jeannette Joséphine (Fine) Scheurwegen (1882-1960), de moeder van zijn zoon Walter. Uit dit huwelijk zullen in de komende jaren nog vijf kinderen geboren worden: Adèle (1909), Willem (1911-1965), Anna (1912), Jan (1917) en Ida (1918). Schrijft van 1908 tot 1910 een negental verzen.
1910. Begint, op aandringen van een kantoorcollega, Anna Christina van der Tak (1864-1939), met het opschrijven van zijn belevenissen in het Parijse pension de familie. Het manuscript krijgt de titel Villa des Roses en wordt voltooid op 1 september 1910.
1911. Neemt of krijgt ontslag bij de Werf Gusto, werkt nog enkele maanden als boekhoudercorrespondent bij een soortgelijke onderneming te Delfshaven en keert dan naar België terug. Vestigt zich te Brussel en wordt boekhouder bij een gelatinefabriek.
1912. Zegt na een jaar deze werkkring op en richt, samen met Jules Valenpint (Boorman in Lijmen) en René Leclercq (van Alvoorder), de Revue Continentale Illustrée op.
1913. Bij C.A.J. van Dishoeck te Bussem verschijnt zijn boek Villa des Roses onder het pseudoniem Willem Elsschot.
1914-1918. Het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog maakt een einde aan het bestaan van de Revue en de samenwerking met Valenpint. Vlucht, een dag voordat de Duitse troepen Brussel binnentrekken, met zijn gezin naar het ouderlijk huis te Antwerpen. Wordt secretaris van het Provinciaal Oogstbureel. Schrijft in deze periode zijn novelle Een ontgoocheling en de roman De verlossing, die hun eerste publikatie beleven in het maandblad Groot Nederland, respectievelijk in de jaargangen 1914 en 1916. Begint aan de roman Lijmen.
1918-1920. Wordt, onmiddellijk na de wapenstilstand, correspondent voor Antwerpen van de Nieuwe Rotterdamsohe Courant en richt, samen met Léonce Leclercq, broer van René, een reclamebureau op. Betrekt omstreeks deze tijd het pand Lemméstraat 21, dat van de reklame komt.
1921. Bij Lectura S.V. te Antwerpen verschijnt de novelle Een ontgoocheling, bij Van Dishoeck de roman De verlossing. In de pers wordt aan beide boeken nauwelijks aandacht besteed.
1924. Na eerst in De Vlaamse Gids, jaargang 1922-1923, te zijn afgedrukt verschijnt zijn roman Lijmen bij L.J. Janssens en Zonen te Antwerpen. Het boek valt de critici nauwelijks op: de eerste bespreking ervan komt in de N.R.C. van 10 januari 1925. Slechts vijf dagbladen en periodieken, waaronder een in Vlaanderen, volgen.
1924-1931. Gedurende deze periode, na het verschijnen van Lijmen, onthoudt Elsschot zich van iedere literaire activiteit. In 1931 maakt hij een einde aan het compagnonschap met Leclercq en begint voor eigen rekening een reclamebureau.
1932. Wordt door Delen in contact gebracht met Menno ter Braak, die Elsschots toestemming ver-