Engagement of huiselijkheid
Clara Eggink
De verhalen van Sal Santen - mij beter bekend als essayist - doen mij aan die van R.J. Peskens denken en dat is geen wonder. Het werk van beide schrijvers is gesitueerd in dezelfde periode van deze eeuw en in hetzelfde milieu; dat van de oude S.D.A.P. Zij zullen wel ongeveer van dezelfde leeftijd zijn.
In mentaliteit verschillen zij veel. Zo militant als Peskens is, zo zachtmoedig is Santen.
Peskens schrijft ook beter. Het vierde deel van dit boek, dat bestaat uit vier episoden van het leven van dezelfde mensen, heet Stormvogels en heeft als motto een passage van Gombrowitz waarin o.a. de stelling staat: Het kenmerk van literatuur is scherpte’. Daargelaten dat ik voor scherpte liever helderheid zou zetten, is dit wonderlijk, daar de verhalen van Santen zeker niet scherp zijn te noemen. Zij zijn ontroerend vanwege de tijd waarin zij spelen, globaal genomen van 1930 tot 1950, maar mij zijn ze teveel binnenhuiswerk.
Stormvogels is het verhaal van een huwelijk, oprecht en gevoelig, soms overgevoelig maar het geeft mij niet genoeg.
De hieraan voorafgaande verhalen Het Bokkie, Blauwtje en Liesje, zijn jeugdherinneringen aan een A.J.C. kamp, aan een fietstocht van twee broers naar hun familie en aan de kennismaking van de ik-figuur met het meisje dat zijn vrouw zal worden. Ook deze geven blijk van goed en eerlijk werk maar bieden niet meer dan een Hollands binnenhuisje zij het dan ook in een heel wat stormachtiger tijd dan de onze.
SAL SANTEN: ‘Stormvogels’
Arbeiderspers 179 blz. 19,50 |