Hoe helden gemaakt worden
Clara Eggink
Dit is het verhaal van de Bosnische jonge man, die de eerste wereldoorlog ontketende. Het is symplistisch gezegd, maar in wezen was het wel zo. Natuurlijk broeide het al lang op de Balkan en ook zonder het doden van aartshertog Frans Ferdinand en zijn vrouw zou die oorlog er wel gekomen zijn. Ruim een eeuw geleden werd de Balkan nog beheerst door Turkije. Veelvuldige pogingen werden ondernomen om onder het ottomaanse juk vandaan te komen, maar pas omstreeks 1912 was het zover dat Turkije alleen nog maar Constantinopel (Istamboel) en omgeving over had. Boelgarije, Servië, Bosnië, Herzegoïna, Albanië, Montenegro en hoe al die landen geheten mogen hebben waren daar allesbehalve tevreden mee en begonnen in de kortste keren elkaar de buit te betwisten. Werkelijk noodlottig werd hen de belangstelling van de grote mogendheden Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Italië en Rusland. Italië had zijn zinnen op Albanië gezet, Duitsland een zijn trawant Oostenrijk vreesden met grote vreze de Pan-Slavistische plannen van Rusland. Speciaal Servië was voor Oostenrijk de grote boosdoener, want dat droomde van een Groot-Servië en wilde zich verenigd zien met zijn buurstaat Bosnië dat Oostenrijk al ingepikt had. Dit laatste is het waar we in dit boek mee te doen hebben. Daardoor komt het ook wel voor dat Gavrilo Princip een Serviër genoemd wordt. Hij was een Bosniër. De aanslag met dodelijk gevolg op het aartshertogelijk paar vond plaats in Sarajevo, de hoofdstad van Bosnië. Op 28 juni 1914. De vermoorde was bovendien de Oostenrijkse troonopvolger van de al zeer oude keizer Frans Joseph.
Voeg je hier nog aan toe dat het in alle landen van Europa politiek en economisch geweldig rommelde, dat Engeland en Frankrijk er op uit waren om in 's hemelsnaam de vrede te bewaren, terwijl Duitsland zich verwoed bewapende, dan zal het iedereen duidelijk worden dat de daad van Gavrilo Princip letterlijk de lont in het kruitvat was.
In het kort gebeurde er dit. Het diep verontwaardigde Oostenrijk verklaarde Servië de oorlog. Rusland mobiliseerde om Servië te hulp te komen. Duitsland ging Oostenrijk helpen. Engeland en Frankrijk hadden een verbond met Ausland. Duitsland verklaarde Frankrijk de oorlog en de naaste weg naar Frankrijk liep door België. Engeland moest natuurlijk niets hebben van een bezet België. Door een verdrag tussen Duitsland en Turkije verklaarde de hele mohammedaanse wereld Rusland, Frankrijk en Engeland de ‘heilige oorlog’ in de hoop op enig herstel van hun terrein op de Balkan. Over allerlei kleine landjes die zich bij de ene of bij de andere partij aansloten, heb ik het maar niet. Toen de Verenigde Staten, die enorme kapitalen in Engeland gestoken hadden, zich ook in de oorlog stortten, trokken er bij elkaar 29 staten op tegen centraal Europa.
Zoals ik al zei zouden ook zonder de kogels van Gavrilo Princip de bommen wel gebarsten zijn. Dat is waarschijnlijk ook de reden waarom Hans Koning, de auteur van dit boek over het korte leven van deze vrijheidstrijder, er een roman van gemaakt heeft zonder met het begrip historisch te werken, want daar zou geen beginnen aan geweest zijn. Vermoedelijk zijn er ook geen uitgebreide historische gegevens over de gedragingen van Princip meer te vinden.
omslag: joost v.d. woestijne
Hans Koning heeft dus gedaan wat elke goede romanschrijver doet; hij heeft de Bosnische strijder van zichzelf afgesplitst. Hij heeft willen zeggen dat er altijd jonge opstandigen zijn geweest, die hun leven veil hadden voor de bevrijding van hun land. Om ons daarvan te overtuigen heeft hij één uit velen geplukt en waarschijnlijk heeft hij juist deze gekozen omdat de gevolgen van zijn daad zo bijna niet te overzien groot zijn geweest.
Het portret dat hij gemaakt heeft van juist deze ene is goed van aanvaardbaarheid. In de aanvang komt de geschiedenis wat moeizaam op gang, maar met het verloop van de gebeurtenissen wordt zijn visie steeds aangrijpender. Zo zou Princip geweest kunnen zijn, zeker. Zo verging het mensen, oud en jong, die meenden zich in te moeten zetten om te vechten voor een betere tijd. En zo vergaat het hen nog, helaas. Met dit boek in de hand kom je voor het eeuwige probleem van de verbetering van de mens te staan. Op de vraag ‘hoe?’ heeft tot nu toe nog niemand een antwoord gevonden. Het is in elk geval goed dat er altijd weer mensen zullen zijn die het altijd weer zullen proberen. Het ellendige is, dat er altijd bij gedood moet worden.
HANS KONING: ‘De dood van Gavrilo Princip’
vertaling: Dolf Koning
Meulenhoff Nederland 207 blz. 24,50 |