Bunker Hill. Jaargang 7 (nrs. 23-28)(2004)– [tijdschrift] Bunker Hill– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 98] [p. 98] Frank Ligtvoet Dat ben jij Dat ben jij. Je denkt het als je in de wachtkamer der eerste klasse zit en ziet hoe treinen en mensen achter melkglas passeren van links naar rechts en van rechts naar links. Maar zij zijn het die zijn. Je wilt je hand erop leggen, je handen over de lucht laten strijken of over het licht, het nu langzaam geler wordende avondlicht. En je ogen wil je weiden over de grijze tegels van de grond met het vet en de gom. O, tegen die wollen winterjas aanleunen, van die grote zwarte vrouw en je wang tegen haar wang warmen. Sla een arm om mij heen, big mama, maak mij open. Ik ben jou als jij mij bent. Maar we verliezen elkaar in een blik, die ons scheidt. Dan verberg je wat je bent achter een krant, waarin de wereld tot stilstand komt. Is het wervelende dansen van de ballerina te vergeefs geweest? Of de aardse droom van de dichter? Als je naar buiten loopt en de lucht voelt en het licht en de tegels ziet, laat je je schouders hangen. Sjokkend loopt de zwarte vrouw voorbij. Zij ziet wat jij ziet: wat duiven, wat mensen, de treinen die vertrekken. [pagina 99] [p. 99] L'Allegro, il penserose e il moderato L'Allegro Hoor mijn hartslag gaan. Trippelende lachjes gaan op lichte, fijne teentjes en weven wuivend dwarrelende linten door elkaar op het heldere schouwtoneel boven mijn gezongen, bedwongen tranen. Il Penseroso Hoe mijn hartslag gaat en gaat. Een reidans van zuiver zweven: evenwichtige stappen met een zware zwaai van volle heupen. En hoor het koor. Vier stemmen slepen je erdoor, bedwongen gezongen tranen. Il Moderato De morgen overwint de nacht tweestemmig. De onrust van het hart verdwijnt. De nevel rond de geest verdampt in een zon die stijgt, en dan tot stilstand komt. Stilte. Geen beweging: geen tranen meer. Het leven rijmt niet meer. Vorige Volgende