In 2012 werkt Dirk J. Tang als gastonderzoeker in de onvolprezen Artis Bibliotheek aan zijn boek Slavernij. Een geschiedenis. De Artis Bibliotheek maakt deel uit van de Bijzondere Collecties van de Universiteit van Amsterdam, die de grootste verzameling surinamica ter wereld beheren. Als historicus van de slavernij kun je geen betere onderzoeksplek wensen. Het boek moet in juni 2013 verschijnen, kort voor het tijdstip waarop wordt herdacht en gevierd dat honderdvijftig jaar geleden de slavernij in de Nederlandse koloniën in de West is afgeschaft.
rechterpagina boven De vrouw die hier met haar kinderen wordt verkocht is de ‘huishoudster’ van een plantage-eigenaar. Het was de bedoeling dat zij zou worden vrijgelaten, maar haar meester overleed voordat hij haar manumissie had geregeld. Na zijn dood werden zij en haar kinderen bij opbod verkocht. Ingekleurde lithografie uit P.J. Benoit, Voyage à Surinam: description des possessions néerlandaises dans la Guyane (Brussel 1839). Een uitsnede is gebruikt als omslag voor deze Boekenwereld. Collectie K. Boumann.
Jörgen en Melody Raymann. Foto Monique Kooijmans.
Het begint met een bescheiden idee. In november 2012 komt Dirk Tang met het voorstel om de publicatie van zijn boek te ondersteunen met een kleine presentatie uit het boekenbezit. Garrelt Verhoeven, hoofdconservator van de Bijzondere Collecties, reageert positief op die gedachte. Dat is het eerste tikje. Het balletje begint pas echt te rollen wanneer Lodewijk Wagenaar, voorheen conservator van het Amsterdam Museum, zich met een ander plan aandient bij de Bijzondere Collecties. Hij is aangezocht voor het maken van een banierententoonstelling over de grote slavenopstand die in 1763 plaatsvond in Berbice, tot 1814 een Nederlandse kolonie en nu onderdeel van de Republiek Guyana. In 2013 wordt in Guyana die opstand van 250 jaar geleden herdacht. Het is de bedoeling dat Wagenaar de banieren met beeld en tekst opstelt in het Nationale Museum in de hoofdstad Georgetown.
Garrelt Verhoeven regelt een bijeenkomst met Wagenaar en Tang en stelt voor de krachten te bundelen. Het idee is om naast de banierententoonstelling over Berbice een tweede te maken over slavernijgeschiedenis in het algemeen. Hij bedenkt tevens dat het slavernijboek van Tang dan mooi kan verschijnen als begeleidende publicatie van dat evenement. En na die voorzet begint het balletje steeds meer te rollen. Verhoeven stelt zich in verbinding met de Openbare Bibliotheek Amsterdam, die de banierententoonstelling een mooi idee vindt en in haar gebouw aan het Oosterdok een ideale locatie biedt.
En waarom zou het project eigenlijk beperkt blijven tot Amsterdam? De banieren kunnen gemakkelijk worden vermenigvuldigd, wat de mogelijkheid biedt de tentoonstelling onder te brengen in andere openbare bibliotheken in den lande. Verhoeven weet NBD Biblion, de overkoepelende organisatie van openbare bibliotheken, voor het project te interesseren. En om de horizon nog meer te verbreden, waarom zou het project zich beperken tot Nederland? Naast Georgetown in Guyana komen andere overzeese locaties in zicht voor de banieren over het slavernijverleden - Paramaribo in Suriname, Willemstad op Curaçao en de hoofdplaatsen van de overige Benedenen Bovenwindse Eilanden.
De rollende bal verandert in een sneeuwbal die gaandeweg uitdijt - een kromme beeldspraak als je de zaak zojuist hebt gesitueerd in Suriname en op de Nederlandse Antillen. Ook dichter bij huis doet zich een ontwikkeling voor. In het najaar van 2012 ontstaat de mogelijkheid om in de grote expositieruimte van de Bijzondere Collecties een volwaardige tentoonstelling over slavernijgeschiedenis op te zetten. Een ‘gewone’ tentoonstelling dus, die gebruik maakt van fysieke objecten als boeken, prenten en schilderijen.
Voor het uitdijende universum van activiteiten wordt een projectgroep geformeerd onder leiding van Ellen Borger. Naast Tang en Wagenaar maakt kunsthistoricus Elmer Kolfin deel uit van deze groep. Hij is een kenner van de geschiedenis van Suriname en heeft onderzoek gedaan naar de wijze waarop zwarte mensen worden afgebeeld op schilderijen en prenten. Verschillende medewerkers van BC krijgen een rol en ook stagières worden ingezet. Ideeën voor de tentoonstelling met banieren en die met ‘echte’ objecten worden in een rap tempo ontwikkeld. Voor een expositie bij Bijzondere Collecties vormt de eigen verzameling surinamica het