Verschenen boeken
Paul van Capelleveen, Klaas van der Hoek e.a. (red.), Schrift & signatuur. Case studies over moderne handschriften uit de Koninklijke Bibliotheek. Den Haag/Amsterdam, Koninklijke Bibliotheek/De Buitenkant 2012, 455 p., isbn 9789490913250, €35
Schrift & signatuur is een feestbundel uitgegeven ter gelegenheid van het afscheid van Kees Thomassen als conservator handschriften van de kb. De redacteuren hebben maar liefst twintig mensen bereid gevonden een bijdrage te leveren over een of meer handschriften die liggen opgeslagen in de kb. Zij hebben vrijwel allemaal een andere achtergrond, waardoor elk artikel een ander gezichtspunt kent. Zo zijn er bijdragen met een kunsthistorische, boekwetenschappelijke, lettetkundige en een cultuurhistorische invalshoek.
De bijdragen zijn geplaatst in volgorde van de chronologie van de manuscripten die ze bespreken: van de vroegste alba amoricum tot en met de brieven en dagboeken van twintigste-eeuwse schrijvers als Hendrik Marsman en Willem Oltmans. Op die manier krijg je als lezer niet alleen een mooi overzicht van de aanwezige namiddeleeuwse handschriften in de kb, maar ook een idee van hoe die teksten aan ons zijn overgeleverd en waarom we ze moeten bewaren. Wat dat laatste betreft, maakte conservator Kees Thomassen voor elk manuscript een andere afweging. Ook zijn voorgangers hebben in de loop der tijd die afweging op een andere manier gemaakt. Aan het begin van de negentiende eeuw werd het bijvoorbeeld onkies gevonden autografen te verzamelen, aangezien schrijvers er veelal niet zelf voor hadden gekozen om hun persoonlijke brieven en aantekeningen openbaar te maken. Bij manuscripten uit eerdere periodes lijkt dit soort afwegingen minder een rol te spelen, wellicht omdat er daarvoor te weinig autografen zijn overgeleverd.
Enkele medewerkers van de kb hebben een wat langer artikel geschreven over een collectie manuscripten die in het verlengde ligt van hun specialisatie of aandachtsgebied. Zo schreef Ad Leerintveld wat uitgebreider over de collectie alba amicorum en Paul van Capelleveen over enkele verzamelaars van negentiende-eeuwse Franse handschriften. August Hans den Boef leverde een erudiete bijdrage over A.C.W. Starings gedicht ‘Ode aan het vaderland’. Staring schrijft over dat gedicht in een briefwisseling met zijn oom, maar er is geen afschrift van bekend. Aan de hand van de brieven wordt gereconstrueerd onder welke omstandigheden Staring het gedicht schreef en hoe hij zich als jonge patriot staande probeerde te houden in een Oranjegezinde omgeving.
Voor een artikel over de begindagen van Braga, het beroemde satirische tijdschrift uit de jaren veertig van de negentiende eeuw, put Anton Korteweg uit de briefwisseling tussen de onbekende dichter-apotheker Sam Jan van den Bergh en J.J.L. ten Kate. Hoewel Korteweg met een aanstekelijk enthousiasme schrijft, wordt zijn stijl soms erg barok.
Ten slotte mag een interessante bijdrage van de hand van Sjoerd van Faassen niet ongenoemd blijven.