Europese Antiquarenbeurs
F.W. Kuyper
Voor de eenentwintigste maal werd van donderdag 2 tot en met zaterdag 4 maart de European Antiquarian Book & Print Fair gehouden, het jaarlijkse paradepaardje van de Nederlandsche Vereeniging van Antiquaren (nvva). Zonder twijfel is het de mooiste beurs in zijn soort in Nederland, voor verzamelaars en handelaren een vertrouwd evenement in het begin van elk jaar, met een hoog ‘ons kent ons’-gehalte. Voor het organiserend comité vormt dit hondstrouwe publiek natuurlijk de garantie voor een ieder jaar min of meer geslaagde beurs, maar zoals bij elke vergelijkbare manifestatie zoekt men permanent naar nieuwe, vooral ook jonge bezoekers. Die moesten dit jaar mede gelokt worden door de tentoonstelling Memento Mori, een speelse toepassing van het jaar 2000 op Romeinse wijze geschreven, tot in deze eeuw de gebruikelijke manier om in boeken het jaar van druk aan te geven.
De beurs telde 51 deelnemers en dat is een mooi resultaat gelet op het grote aantal vergelijkbare Book and Print Fairs dat tegenwoordig wereldwijd georganiseerd wordt. De internationaal opererende beurstijgers trekken met name in de eerste helft van het jaar van Stuttgart naar Los Angeles, van Amsterdam naar Milaan, van New York naar Bazel, van Parijs naar Londen. Bij zo'n drukke agenda ligt het gevaar op de loer dat trouwe deelnemers, vaak na een zakelijk wat minder geslaagde beurs in het voorafgaande jaar, tot ‘deze keer maar eens overslaan’ besluiten. Naast 39 Nederlandse antiquaren stonden er in het prachtige Rai Congres Centrum met de traditioneel ruim opgezette stands - volgens kenners een van de mooiste en best ingerichte locaties op dit gebied in de wereld - vier Duitse collega's, drie Scandinavische, twee Engelse, twee Franse en één Amerikaanse. Sinds de jubileumbeurs in 1994 is het aantal deelnemers niet meer zo groot geweest en dankzij de (zeer) positieve verkoopcijfers van de meeste standhouders denkt men voor volgend jaar, mede gezien de toezeggingen na afloop van de beurs, op een zelfde aantal te kunnen rekenen.
De Joint Catalogue bevatte weer vele begerenswaardige, bij aanvang van de beurs gegarandeerd aanwezige en niet van tevoren te reserveren stukken. Zodanig zelfs, dat zich ruim voor opening op de eerste dag een flink aantal zenuwachtige liefhebbers bij de ingang had geposteerd, teneinde als eerste met een sprint het lang gezochte of zakelijk interesssante stuk te kunnen bemachtigen. Bij deze beurzen is dit verschijnsel van runners een interessant fenomeen. Aangezien de conditie van vele gegadigden voor een bepaalde in de catalogus opgenomen schat niet meer van Zatopek-gehalte is, huren deze mensen vaak een gezonde snelle student in, die voor een aangename vergoeding uren voor aanvang van de beurs op z'n race-gympen in de rij gaat staan, na opening met verstand op nul de uit het hoofd geleerde route naar de betreffende stand afscheurt en daar met z'n laatste zuchtje lucht het begeerde item opeist. Het spreekt voor zich dat er nogal eens meer gegadigden voor