zien, bij wijze van populariteitsmeter. Als een bezoeker een www-pagina heeft opgevraagd en deze op de eigen computer te zien is, wordt het contact verbroken. Er wordt opnieuw contact gemaakt als de cliënt een andere actie op de server wil doen. Hierdoor wordt voorkomen dat de toegang tot de server versperd raakt en de lijnen verstopt raken.
Homepage - De startpagina van een www-server of (particuliere) site.
Host - Een computer op het Internet met een ip-nummer.
html - HyperText Markup Language, de taal waarin World-Wide-Web-documenten zijn geschreven.
Hyperlink - In een document kunnen links, de ‘wijzende handjes’, zijn opgenomen die verwijzen naar andere plekken op het www. Een verbinding kan gelegd worden binnen hetzelfde document, met een ander document op dezelfde site of met een document op een geheel andere site. Deze links worden over het gehele wereldwijde netwerk gelegd.
Hypertext - Documenten die links (verwijzingen) naar andere documenten bevatten. Het gaat om de onderstreepte woorden. Als de gebruiker deze woorden aanklikt, wordt er automatisch naar het andere document gesprongen. Zie ook: Hyperlink.
Inloggen - De procedure om via een Internetprovider, of rechtstreeks, toegang te krijgen tot het Internet of een server. Hiervoor heb je meestal een username en password nodig.
Internet - Ontstaan uit het Arpanet in Amerika. Door koppeling aan andere computernetwerken uitgegroeid tot een wereldwijd netwerk. Het is een wereldwijd systeem van aan elkaar gekoppelde netwerken en computers.
Internetprovider - Een organisatie die toegangen tot het Internet verzorgt. Dit kunnen dial-up-verbindingen zijn via telefoonlijnen en isdn, of vaste lijnen. Ook zijn er meestal faciliteiten als een Internetpostkantoor, mailboxen en mogelijkheden om homepages neer te zetten.
Intranet - Internettechnologie gebruikt op een lokaal netwerk. Met name worden hier www-browsers voor gebruikt die gebruikmaken van de normale lokale server, of van een lokale www-server.
ip - Internet Protocol, het belangrijkste protocol van de vier protocollen waarop het Internet is gebaseerd. Met behulp van het ip kunnen gegevenspakketten op weg naar hun bestemming via andere netwerken ‘reizen’.
ip-adres - Het netwerkadres van een site. Een Internet-Protocoladres bestaat uit vier getallen van elkaar gescheiden door punten, bijvoorbeeld: 13.78.60.51.
isdn - Integrated Services Digital Network, een digitale telefoondienst. Een isdn-verbinding geeft digitale informatie door, terwijl een gewone telefoonlijn analoge informatie doorgeeft. De snelheid van een isdn-lijn is 64k, twee keer zo snel als een gewone telefoonlijn.
jepg of jpg - Een formaat voor plaatjes (*.jpg) dat veel op het Internet gebruikt wordt. Plaatjes met het jpg-formaat kunnen meer dan 256 kleuren weergeven (in tegenstelling tot het *.gif-formaat). jepg is ook een datacompressie-algoritme dat op diverse niveaus van compressie kan worden ingesteld. Alle bekende www-browsers hebben een jepg-viewer.
Link - Zie: Hyperlink.
Listserver - Automatische verzendlijsten op Internet die betrekking hebben op allerlei onderwerpen. Indien men hierop inschrijft, krijgt men alle post die te maken heeft met het onderwerp automatisch toegezonden.
Login - Unieke toegang tot een netwerk. Je krijgt toegang als je je identiteit door middel van naam en password bekendmaakt.
Mailbox - Een postbus bij een Internetprovider, waar de e-mail wordt opgeslagen tot hij opgehaald wordt.
Mail folder - Een directory of map waar de e-mail wordt bewaard. De meeste mailprogramma's bieden de mogelijkheid om zelf diverse mailfolders aan te maken, waardoor de post eenvoudig op onderwerp is op te bergen en terug te vinden.
Mail forwarden - Dit is het doorsturen van een e-mailbericht naar (een) andere(n). Een kopie van de oorspronkelijke boodschap wordt in het nieuwe mailtje opgenomen, met daarbij het kenmerk dat dit bericht is ‘geforward’.
Mailing lists - Wanneer je geïnteresseerd bent in een bepaald onderwerp, kun je je inschrijven op een mailing list over het desbetreffend onderwerp. Om de zoveel tijd krijg je dan informatie toegezonden. Ook kun je reageren op artikelen. Er bestaan honderden mailing lists. Belangrijk onderscheid met nieuwsgroepen is dat je alle berichten in je eigen mailbox ontvangt. Wanneer je wilt reageren op een bepaald artikel kan je dus alleen de persoon die het artikel geschreven heeft mailen, of je kiest ervoor iedereen op de mailing list te berichten. Zie: Discussielijst.