De boekzaal van Europe. Deel 9
(1700)–Pieter Rabus– Auteursrechtvrij
[pagina 496]
| |
Yvonis Gaukes Med. Doct. Praxis Medico-Chirurgica Rationalis, seu Observationes Medico-Chirurgicae, Ratiociniis Philosophicis illustratae. Eikas prima, continens affectus e faecibus alvinis pituita intestinali, ac sanguine male constitutis oriundos.Dat is, Redelijke Genees-Heelkonstige Oefening, of Genees-Heelkonstige Opmerkingen, door Wijsgerige Redenkavelingen opgehelderd, van Yvo Gaukes, Arts. Het eerste Twintigtal, behelzende qualen, ontstaan uit Buik-vuiligheden, Darm-slijm, en quaad Bloed. Te Groningen by Korn. Barlink-hof 1700. in 4. 16 bladen.
DEn leerlingen der Artzeny-konst niet alleenlijk, maar ook elk een die weetgierig en taalkundig is, word met de uitgifte van dusdanige schriften zonderlinge dienst gedaan, om een goed begrip te hebben van vele ziektens, die het zwak menschelijk lichaam overkomen, en om dezelve, regt gekend zijnde, volgens gronden van gezonde Reden, te verdrijven. De Geneesheer Gaukes, by ervarenheid wetende, van hoe groot een gebruik de Filozofie in | |
[pagina 497]
| |
de Geneeskonst is, heeft uit de voorvallen in zijn dagelijksche Zieken-bezoekingen zeer vele te boek geslagen, op dat hy zig meermalen daar van konde bedienen, en misschien anderen daar meê ten nutte zijn. Na lang verloop van tijd vond hy raadzaam, dezelve, zoo bewerkt als ze hier voorkomen, by een getal van twintig te gelijk, in 't ligt te laten gaan. Het werk moet in zijn toeleg een ygelijk lezer bekoren, zoo als hy 't opslaat. Eerst verhaalt de Schrijver den staat der quale, tot welke te verdrijven hy geroepen wierd; daar na, hoe, en met welke Geneesmiddelen, hy de Lijders verloste: dit gedaan zijnde geeft hy, als een Artzeny- en Natuur-kundig Wijsgeer, agter yder Waarneming zijne Wijsgerige uitrekeningen en redeneringen, zoo over het eerste als 't tweede. Alles gaat hier beknopt, klaar, en met een zonderlinge bevalligheid. De Heer Gaukes is geen man, die aan den slenter der Schoolsche Wijsbegeerte vast, nogte met het geloof van verborgene hoedanigheden te vreden is, maar een klare en duidelijke bezeffing van zaken zoekt te krijgen, zoo verre als 't menschelijk verstand door de Reden daar toe kan geleid worden. Wien 't lust een staaltje te zien, dat mijn zeggen bevestigt, hy leze de Filozofische verrekening agter de tweede Opmerking, alwaar van Vliegen en Wormen gewaagt, en de geboorte uit verrotting geknakt word. Zijn voornemen is dezen rang in 't vervolg te houden; dat hy eerst zal afhandelen de inwendige ziektens, dat is, die uit qualijk-gestelde sappen spruiten; dan de uiterlijke, of zoodanige, | |
[pagina 498]
| |
die uit van binnen aankomende lichamen ontstaan. Wijders met welk een voegelijkheid, en naauwkeurige onderscheiding hy in beiden zal te werk gaan, kan uit de voorreden verstaan werden. |
|