Biekorf. Jaargang 101
(2001)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 166]
| |
Naamgenoten voorgangers van BiekorfBij honderd jaargangen Biekorf past het dat we het even hebben over de naam van ons tijdschrift in de literaire wereld van de 19de eeuw.
Waar haalden Gezelle en de eerste leden van het berek de naam Biekorf vandaan? Bij een eerste opzicht is men geneigd te denken aan de Vlaamsche of Dietsche Biehalle (1887), waarvan de titel eveneens reeds het woord bie bevat. Vooraleer Biekorf in 1890 het licht zag, waren er echter reeds twee Vlaamse tijdschriften die de naam Biekorf in hun uitsteekberd hadden gevoerd.
Vooreerst De Biekorf. Dit was het orgaan voor de literaire afdeling van de Antwerpse maatschappij De Veilkrans. Het tijdschrift verscheen in 1867, was geen lang leven beschoren en was uitsluitend letterkundig van inhoud. Niets over volkskunde, taalkunde, geschiedenis en dergelijke. Wellicht heeft het in onze gouw geen of toch maar weinig weerklank gevonden.
Dan is er nog De Vlaemsche Biekorf, een Boek van onderwys, nut en vermaek. Dit tijdschrift verscheen te Brugge in 1841-42 en haalde alles bij elkaar ongeveer één enkele jaargang. Het werd uitgegeven door Jan A. De Jonghe (Lokeren 1797-Brugge 1861). De Jonghe was ‘hoogleeraer’ bij het Atheneum te Brugge en is ondermeer de uitgever in drie delen van de bekende kroniek van Despars (1840)Ga naar voetnoot(1). Hij hield het niet bij zijn Biekorf en gaf in 1857-60 te Lier nog een ander tijdschrift uit, getiteld Waerheid en Licht.
De Vlaemsche Biekorf bevatte zuiver literaire, maar ook talloze taalkundige bijdragen (spreuken, sagen en dergelijke) en ook wel een paar historische artikelen. Een vaste medewerker aan dit tijdschrift was de rechtshistoricus J.C. CannaertGa naar voetnoot(2). Een gedetailleerde studie over de inhoud, vooral op historisch gebied en over de vele volksspreuken en taalkundige aantekeningen uit De Jonghes Biekorf is nog niet ondernomen. Het tijdschrift kreeg destijds lovende recensies, o.a. van F.A. SnellaertGa naar voetnoot(3). De titelpagina van De Biekorf is een steendruk van Daveluy uit Brugge en geven we hiernaast weer. In privé-bezit te Roeselare bevindt er zich een variante, eveneens in | |
[pagina 167]
| |
steendruk, van deze titelpagina, in blauwe kleur. In De Biekorf was de kleur zwart-wit.
Zeer waarschijnlijk wisten Gezelle en de eerste leden van het Berek van Biekorf wel iets af van het bestaan van hun Brugse voorganger en naamdrager. In 1890 lag er immers nog geen halve eeuw tussen het laatste nummer van de Vlaemsche Biekorf en onze nieuwe en nog immer springlevende Biekorf.
A.B. |
|