Biekorf. Jaargang 92
(1992)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermdLodewijk van Gruuthuse, 1492-1992, een lust voor het oogDe uitstekende idee het Gruuthuse paleis te Brugge te sieren met ornamentiek louter uit diens eigen tijd, leidde tot een verrukkelijk uitgebouwde tentoonstelling die ook zonder catalogus met goed resultaat kan worden gevolgd. De Britse, Franse, Geneefse uitleningen van codexen met daarin de meester van Margaretha van York, de Mazerolles, Liédet, Vrelant (Utrechts-Gents-Brugs werk), de handgeschreven en gedrukte codexen en boeken van Colard Mansion (ook zijn primum opus, Le jardin de dévotion, 1476) en de uittekening van zijn atelier zijn erbij. En daarnaast de codexen Livre de la Chasse en La Chasse aux oyseaux uit Harvard, met vogels en wild in de jachttijd, de zalen met niet alleen tapijtwerk uit Valenciennes en Doornik doch alles omheen tornooien (vertrekkend van het tornooi Gruuthuse-Gistel, 1392) en opnieuw de parementen voor het jaargetijde van Maria van Boergondië, befaamd vanaf de 16de eeuw en de reliekschrijnen van Karel de Stoute en Margaretha van York. En wie daarmee klaar is krijgt daarna een prachtige rondgang in de kooromgang van de Brugse Lieve Vrouwkerk waar, net als in Zoutleeuw, hoogtepunten van sculptuur en toegepaste kunst uit de 15de eeuw laten vergeten dat straks zoveel fraais weer weg moet in minder opvallende opstelling. En geheel op het eind van de rondgang ligt het ev. Gruuthusehandschriftje met daarin Egidius en de notentrossen, onooglijk, ongeritmeerd, zonder auteur nog altijd, hoewel de academische wereld ondertussenGa naar voetnoot(1) bekwam van de openbaringen van K. Heeroma. Alleen over Caxton en Margaretha van York herinneren wij ons niets. Lotte Hellinga maakte ondertussen wel een nieuwe ontleding van de gravure van HuntingtonGa naar voetnoot(2). A. Dewitte |
|