Biekorf. Jaargang 71
(1970)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 319]
| |
Duyckerken en Schuyf-uytIn het Derde Boek Mozes of Leviticus, hoofdstuk XI, waarin gehandeld wordt over de ‘onreine’ dieren, welke dus door de Joden niet mogen gegeten worden vermeldt de Statenbijbel in vers 17: ‘Ende de Steenuyl ende het Duyckerken ende de Schuyf-uyt’. - In een voetnoot geeft de Statenbijbel als uitleg: ‘Een soorte van eenen groten uyl ofte een vogel die des nachts vliegt, anders een Huhu genaamt’, dit als uitleg voor het woord ‘Schuyf-uyt’. - Kan iemand nadere uitleg nopens dit ‘Duyckerken’ en deze ‘Schuyf-uyt’ geven? Komen deze namen ook voor in onze moderne taalschat? R.V.B. | |
Prijskamp van wijtewagens in 1850Op 30 september 1850 defileerde door de stad Brugge een stoet van 400 wijtewagens. Door het Provinciaal Bestuur waren prijzen - ‘eermetalen en premiën’ uitgeloofd voor de schoonste gespannen en wagens. Gelegenheid voor die wedstrijd was de opening van de Provinciale Tentoonstelling die de vorige dag door de koning en de hertog van Brabant was ingeleid. Werd het verslag van die prijskamp ergens gepubliceerd? C.B. | |
Apotheker Carolus VerlendeOp een Pharmacopcea Gandavensis, kleine editie (in-12) gedrukt te Gent in 1787 staat een exlibris (in handschrift) van Carolus Verlende, eenmaal in de titel met jaartal 1788, een tweede maal op de keerzijde van het titelblad met jaartal 1812. Het boek is doorschoten met witte bladen die voor een goed deel beschreven zijn met recepten. Het schrift is van apotheker Verlende, met enkele aanvullingen van een latere hand. (Een ingeschoven blaadje draagt de naam: Veys pharmacien 1863). De vraag is nu: in welke stad was apotheker Verlende gevestigd? behoort hij tot de stam van de Verlende's van Lo? C.B. | |
Een huis timmerenTimmeren, mnl. en dial. temmeren, betekende vroeger ‘bouwen’ in 't algemeen (werd niet uitsluitend van houten bouw gezegd). Waar hoort men tegenwoordig nog ‘ze zijn daar ook aan 't temmeren’, zoals ik hoorde een tiental jaren geleden in Aartrijke, en 't ging om een paar woonhuizen in aanbouw. - Een oude spreuk zei ‘die achter temmert moet achter weunen’. B.V. | |
SmijtenWaar in Wvl. hoort men smijten voor slaan, zoals De Bo opgeeft: hij wil niet gesmeten zijn. In de samenstelling kaaksmete leeft het | |
[pagina 320]
| |
gebruik wel voort, en van een paard heb ik nog gehoord: ‘opletten, hij durft smijten’ (achteruitslaan). D.V. | |
Wijdewagen - Wagewijd openWaar zegt men: de deur stond wijdewage open; en waar: wagewijd open? En waar zijn de andere varianten: rekwijd -, gapewijd open in gebruik? G.M. | |
VersteekgatEen oude boever van Zuienkerke vertellend van paarden en wagens sprak o.m. van een versteekgat in de zwinkel (zwenghout); voor een jong paard werd de bout verstoken om lichter te laten trekken. Is dat woord nog ergens met die betekenis bekend? G.M. | |
Dreef - DreveEen dreef is een brede landweg, een weg met bomen, een laan (Vandale). Deze bepaling is veel ruimer dan wvl. dreve, d.i. een oprijlaan naar een hofstee, een kasteel. Ieder laan is geen dreve. Wordt een brede laan in een tuin, een breed tuinpad ooit dreve genoemd? - De Bo geeft dreve alleen als term bij de oude deringgravers. L.G. | |
Egmont en HoorneIn het werk van H. van Nuffel, Lamoraal van Egmont in de geschiedenis, literatuur, beeldende kunst en legende (Leuven 1968) vind ik de bekende houtsnede van de twee heroïsche figuren, getekend H. Hendrickx, als zijnde getekend en uitgevoerd in 1855. Met verwijzing naar het Prentenkabinet te Brussel. Afbeelding XLVII. Voor de historiografie is juiste datering bijzonder belangrijk. De houtsnede van Hendrickx komt wel voor in 1855 in een werk van Th. Juste (Histoire du soulèvement des Pays-Bas), doch de prent was reeds tien jaar vroeger, tot tweemaal toe in de illustratie van historische werken opgenomen. In 1844 staat de houtsnede van Egmont en Hoorne in het biografisch werk Les Belges Illustres, ed. Panthéon National, Brussel, dl. I. Begin 1845 verschijnt dezelfde houtsnede in de Geschiedenis van België door Hendrik Conscience, gedrukt bij Buschmann te Antwerpen. Wordt in het Prentenkabinet wel genoeg aandacht geschonken aan de geschiedenis van de prenten, inz. aan de verschillende edities ervan? E.N. | |
ZevenureblommeAchturebloem zegt De Bo-Samyn voor de Tigridia Pavonia, Zevenureblomme zegt Teirlinck in Zuidoostvl. Spreken ze van dezelfde bloem of is er een verwarring in de benamingen? L.H. |
|