Biekorf. Jaargang 40
(1934)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd- Mathias Kemp. Vallende Vogels. Roman van het Albert-Kanaal. In-12, 248 blz. = Fr. 28.
| |
[pagina 230]
| |
gelezen worden; een tragische geschiedenis die goed ineenzit, boeiend ontwikkeld wordt; goed geteekende karakters; een grootsche bedrijvigheid in het landschap. Kemp is een meesterlijk verteller. | |
Urbain Van de Voorde. Essay over Karel Van de Woestijne. In-12, 100 blz. op getint velijn Pannekoek = Fr. 24.Vlaanderen bezit al te weinig koppen en pennen als die van U. Van de Voorde. Na zijn critische opstellen mocht des dichter en denker zijn studiën wijden aan Gezelle, Woestijne en Ruusbroec: het zijn stukken classiek proza. De studie overschouwt en ontleedt heel het letterkundig werk van den grooten dichter; Van de Voorde weet den geest de levende bezieling van die ingewikkelde kunst te omlijne en beschrijft diepzinnig haar geslacht, ontvangenis en geboorte, haar groei en grootheid, haar waarde buiten den tijd en binnen de ruimte van Vlaanderen en West-Europa. Echte, verteerde geleerdheid is bescheiden: zij wordt letterkundige wijsheid. Deze hooge deugd wordt in het ‘jonge’ Vlaanderen weinig beoefend. In Van de Voorde vindt ze ee uitverkoren asceet: moge zijn voorbeeld geprezen en nagevolgd worden. V. | |
- A. O'Flanders. De Vuurtoren van Erin. Iersche schetsen en verhalen over het H. Sacrament. Thielt, Lannoo, 1934. In-8, 208 blz. = Fr. 16.De godslamp is de vuurtoren van Erin, het II. Sacrament is de zon die, vijftien eeuwen lang, zooveel hemelblommen over 't groene eiland deed openbloeien. De Schrijver heeft de twee vaderlanden van zijn hart met hart en hand gediend in vroegere uitgaven: Toen Vlaanderen groot was, De Ziel van Ierland, Iersche Legenden (vgl. Biek. 1930, bl. 61 en 317; 1932, bl. 29); een tweede bundel Iersche Legenden zal weldra verschijnen. Deze Vuurtoren is een heerlijk en fier getuigenis voor het ‘levende wonder’ van het Iersche geloof; het is gesteund op een uitgebreide oorkondschap en uitgesproken in gemoedelijke taal. Een bundel die in onze volksboekerijen voortdurend zal uitgeleend zijn. B. | |
Zeeland door de Eeuwen Heen door M. Van Empel en H. Pieters. Achtste aflevering. Uitg. G.W. Den Boer te Middelburg in Zeeland. Vgl. Biek. hierboven bl. 85 en de vorigen.Deze aflevering brengt ons een heel eind verder in de beschrijving van de veranderingen die de Zeeuwsche bodem en ook de verschillende steden in den loop der tijden ondergingen. Beëindigd wordt het verhaal van de aardrijkskundige be- | |
[pagina 231]
| |
schrijving voor het tijdvak 1400-1570. Dan volgt een hoofdstuk over den tijd van den tachtigjarigen oorlog en een volgend hoofdstuk brengt voor sommige deelen der provincie reeds een beschrijving tot het jaar 1795. Van de steden Zierikzee en Veere zijn mooie afbeeldingen uit de 18e eeuw bij den tekst gevoegd. - Op blz. 228 staan een paar onnauwkeurigheden. In den tekst van 1537 (bovenaan de bladz.) moet alleszins gelezen worden ‘eene ghemeene everinghe ende wateringhe....’ i.p.v. ‘veneringhe ende w.’ Over de inrichting van de ‘eve ringhen’ in Zeeuwsch-Vlaanderen zou wel een woord mogen bijgevoegd worden. De naam van de befaamde Brugsche familie Adornes wordt ten onrechte Adornis, van Adornis geschreven. - Op blz. 243: dat de Duinenabdij een refugie te Hulst heeft gebouwd of vóór 1574 heeft bezeten, is tot nu toe niet bewezen. A.V. |
|