Biekorf. Jaargang 24
(1913)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdStervende booten
IK weet, als 't winter wordt, diep droevige avondstonden,
waarin mijn dorp, in 't duin, te zieletogen schijnt,
waarin 't gezucht der zee langsheen het kustland grijnt
en weeklaagt, hopeloos, ten boet van sombre zonden....
Als soms zoo droevig de avond valt en zwartheid weent,
de koggenGa naar voetnoot(1) dan op 't strand zijn eindeloos aan 't sterven!
Hun romp verkrijgt iets zielloos-kouds dat lijdend steent
in de angstge sluiers rouw die langs de duinen zwerven;
het siddrend havenlicht dat in 't zwart water beeft
schijnt enkel tot den troost van hun naar wee te branden
en in den noorderwind die jammert langs de stranden
de lang versmachte smart dier oude booten leeft;
ze liggen grauw bijeen als kouwelijke dieren
in dezen helschen nacht van spookge duisternis;
van ver steunt hun de zee een sombre doodenmis
wijl aaklig om hen heen de storremmeeuwen zwieren
als kraaien in den nacht, verbeidend 't ijslijk uur....
- Wanneer de dageraad verbleekt het havenvuur
en als een vale schijn komt langs de duinen leken,
dan ziet de visschen, traag in 't morgenlicht verbleeken
de rompen, wezenloos, gestorven in den nacht
en in het windgekreun vergaat hun laatste klacht....
Blankenberghe. Urb. Van de Voorde. |
|