Op het vijf-en-twintigste verjaren
van eerweerden Heer Alwin Baelen, als Beleeder van Sinte-Anne-Godshuis bij Kortrijk. 1874-1899.
OCH, Baelen, Baelen, vriend van die
ellendiglijk, ontzind, van elk
hebt troost daarin: de ziele is 't al
en..... God het u vergelden zal.
Hebt troost en doet zoo Hij, weleer,
met werken en met woorden,
u 't voorbeeld gaf, die iedereen
van die Hem toebehoorden,
aan 't Kruise, alwaar Hij stervend hong,
den vijand uit de vuisten wrong.
Hij werkt met u nog hedendaags,
Hij ziet u, naast Hem, streven
om zielen, door Hem losgekocht,
den Schepper weer te geven;
om ze, eindlijk eens, en banden af,
te ontvechten uit des lichaams graf.
De ziele is vrij, 't zij wie of wat
ze dwong in diepe ellenden:
de ziele is vrij, geen boeie en kan,
geen ballingschap ze schenden;
verlosser, blijft, in s' Heeren naam,
uw edeldadig werk bekwaam!
Gij, vijf-en-twintig jaar alreê,
zijt, onvermoeid, den Heere
getrouw: zij u de loon daarvan
eens toegekend en de eere:
door ons niet, maar door hooger een,
die 't kaf zal uit het kooren schee'n.
G.G.
|
|