De gefopte geograaf.
1. Hier ziet ge een oude doctor Faust,
Vriend van geleerde boeken,
En vriend vooral van Afrika,
Naar zeker beekje zoeken.
2. Hij vringt zijn neus in 't groote boek,
Het boek van leeuw en haaien;
Maar stil komt poesje met haar poot
En doet den globe draaien.
3. Het boek spreekt duidelijk en klaar;
Maar nu de gloob bekeken:
Faust vindt geen lijn meer van daar straks,
Hij ziet gansch ander streken.
4. Maar wat, dat sluit hier niet in een!
Nog eens in 't boek gesnuffeld,
Daar heeft de kat den aardbol weer
In haren poot geknuffeld.
5. Het staat in 't boek, maar op den bol
Is niets van al te ontdekken;
Wie komt hier toch een professoor
Zoo onbeschaamd begekken?
6. Nog eens gezien, het boek spreekt zoo,
De globe spreekt het tegen;
Speelzieke poes speelt poets op poets
En zal nog andere plegen.
7. Weer is de bol totaal gedraaid
Waar land was, zijn nu stroomen;
En waar het vroeger water was
Daar groeien, dunkt hem, boomen.
8. De man wordt kwaad en klopt er op
Hij, die dees globe maakte,
Moet wis een groote domkop zijn!..
d'Onnoozle globe kraakte.
9. En docter faust zoekt binnen in
Naar d'oorzaak van die kluchten;
Ziet ge de poes met hoogen staart
't Vergaan der wereld vluchten?