De Belgische Illustratie. Jaargang 16(1883-1884)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 241] [p. 241] [Nummer 31] De droom van den beeldhouwer, naar het Duitsch, door J.R. v.d. L. De schemering omsluiert Reeds pijler, welf en wand: De werkgezellen leggen Den beitel uit de hand. Maar één van hen blijft toeven En spreekt geen afscheidswoord; De dom wordt stil en donker - Hij beitelt ijvrig voort. 't Is of met 's levens vormen De doode steen zich kleedt; Al beidend schrijft de kunstnaar Daarin zijn liefde en leed. Uit bladerrijke ranken Verrijst een englenhoofd. 't Is 't beeld der bruid, den jonkman Pas door den dood ontroofd. De maan werpt door het boograam Een stroom van zilver licht - En 't is alsof hem toelacht Het lieflijk aangezicht. Voltooid is 't werk. De kunstnaar Leunt rustend aan den wand, En pons en beitel zinken Hem uit de moede hand. Hij sluimert, droomt en glimlacht - Hij zag hoe van omhoog Een lichtende engel groetend Door 't ruim der domkerk vloog. Vorige Volgende