fabriek en daardoor wat meer opeengehoopt, dan de thuiswerkers, die meer buitenaf hun huisjes hebben en overal verspreid zijn.
40675. V. Maar zij hebben dan toch ruimte en lucht en dat schijnt niet alleen het geval te zijn bij de zoogenaamde huiswerkers, maar ook bij de fabriekarbeiders?
A. Maar bij degenen die thuis werken is de toestand in den regel nog beter.
10676. V. Bemerkt gij in Tilburg dikwijls en veel van kwetsuren door machines veroorzaakt, dat de menschen vingers verliezen of met handen en armen tusschen de machines geraken?
A. Dat gebeurt nog al dikwijls.
10680. V. Zijn er ook, zooals dit bij sommige fabrieken voorkomt, algemeen verspreide bepaalde ziekten of kwalen van de ademhalingswerktuigen of zoo iets dergelijks?
A. Dat komt nog al veel voor.
10681. V. Zóóveel dat gij het in verband brengt met den aard van het bedrijf? En dat gij daaruit de conclusie durft trekken dat het bedrijf schadelijk is voor de gezondheid, dat de atmosfeer bedorven is of dat de lokalen ongezond zijn?
A. Het hangt er van af of de werkman geheel gezond is, of het werk dat hij doet wel geheel gezond is enz. Bij voorbeeld het ruwen werkt zeer ongunstig door de groote ontwikkeling van stof. Wanneer iemand daardoor eene ziekte van de ademhalingswerktuigen krijgt, wordt dit meestal dadelijk beter als hij buiten de fabriek blijft; gaat hij echter opnieuw daarin werken, dan wordt de ziekte dadelijk veel erger en soms doodelijk.
10682. V. Maar geschiedt dit ruwen tegenwoordig niet in afgesloten werktuigen, zoodat het stof onmiddellijk geevacueerd wordt?
A. Dat weet ik niet.
10684. V. Hebt gij gelegenheid gehad om in Tilburg eenigerlei andere gebreken op te merken, die zich opvallend voordoen?
A. Breuken. Gij hebt mij straks gevraagd of ik mij ook ergens speciaal op toelegde en dat is juist op breuken. Daar ik iederen dag minstens 15 breuklijders met alcoholinjecties behandel, maakt dit natuurlijk op mij den indruk, dat er ook erg veel breuklijders in Tilburg zijn.
10685 V. Hebben anderen dien indruk ook?
A. Andere medici misschien niet, omdat zich bij dezen minder breuklijders aanmelden. Zij zijn misschien juist van een tegenovergesteld gevoelen.
10686. V. Maar ieder, die' het cijfer hoort, vindt het toch zeker zeer belangrijk?
A. Men moet echter in het oog houden dat al die patiënten geen Tilburgers zijn; ik kreeg die ook uit andere plaatsen. Het grootste contingent wordt echter door Tilburg geleverd.
10687. V. Is dat veel, juist onder fabriekarbeiders?
A. Ja.
10688 V. Waar schrijft gij dat aan toe?
A. De geheele theorie van het ontstaan van de breuken, is nog niet opgehelderd, zooals met een aantal medische zaken het geval is. Men denkt in het algemeen dat zij ontstaan door verhoogde drukking in de buikholte bij plotselinge inspanning.
10697. V. Wanneer gij hier nu waart op een medisch examen, wat gelukkig niet het geval is, en de professor vroeg u aan welke oorzaken zijn die breuken toe te schrijven, wat zoudt gij dan antwoorden?
A. Dat ik het niet weet.
10698. V. En zoudt gij dan niet druipen?
A. Dat is wel mogelijk, maar de groote heeren zijn het er niet over eens, dus ik zal mij wel wachten eene uitspraak te doen.
10704. V. Men zou dus tot de conclusie moeten komen dat er geen recht - streeksch verband is tusschen den arbeid in de weverijen en het voorkomen van breuken?
A. Ja.
10705. V. Gij weet waarover de enquête loopt; zijn er ook soms punten waarover gij ons iets zoudt kunnen mededeelen?
A. In het algemeen heb ik kunnen opmerken, dat het lot van den werkman afhangt van zijne huisvrouw. Is