4193. V. Ik zal nu niet dieper in die zaken treden Wij zullen op andere wijze deze zaak laten onderzoeken, ten einde u niet in onaangenaamheden te wikkelen.
Bronwer, hebt gij nog een of ander op te merken?
A. Wat de localiteit betreft heb ik geen reden van klagen. Toen ik bij de heeren Tetterode kwam, was dat slecht. Er heerschte gebrek aan ventilatie, en eens heb ik waargenomen dat het op den dag 102 graden warm was.
4194. V. Hoeveel vuren zijn daar?
A. Zeven.
4195. V. Hoeveel man staan daar?
A. Zeven gieters.
4196 V. Hoe groot is dat locaal?
A. Ongeveer als dit vertrek, maar slechts 2½ meter hoog. Dat viel mij eerst erg af, want in Arnhem was de gieterij beter ingericht. Daarover heb ik geklaagd aan den meesterknecht, en daaraan is gehoor gegeven. Op zekeren Zondag-morgen is mijne machine weggenomen en heb ik eene kamer alleen gekregen. Toen ik 's Maandags kwam, vond ik een heel mooi lokaal, waar ik niet te klagen heb.
4197. V. Dat is dus welwillend door den heer Tetterode veranderd en is dus een bewijs, dat de zaken ten goede kunnen veranderd worden?
A. Ja.
4198. V. Staan de zes andere gieters te zamen?
A. Neen, zij staan met hun zevenen, er zijn acht lettergieters.
4199. V. Zijn daar ook jongens aan het werk?
A. Bij mij is geen jongen, mijn werk laat ik achter brengen, maar in het lokaal waar de zeven machines staan, daar is een tafel in het midden geplaatst en daar zitten vier of vijf jongens aan.
4200. V. Zijt gij wel eens bij de heeren Enschedé geweest?
A. Getuige Eisenberger: In de laatste gieterij van de heeren Enschedé ben ik niet geweest, maar voordat de tegenwoordige bestond, was er een andere, en daar ben ik geweest.
4201. V. Hebt gij daar gewerkt?
A Neen, ik ben er voor mijn pleizier geweest, om de zaak eens te zien.
4202. V. De nieuwe gieterij is beter, niet waar?
A. Die heb ik niet gezien, maar van dezen en genen die er gewerkt heeft en nu bij ons werkt, heb ik daarvan het een en ander gehoord.
4203. V. De vroegere fabriek was toen al beter, is die nu goed?
A De laatste is afgekeurd, omdat er op een zomer 12 of 14 menschen zijn gestorven aan bloedspuwing en benauwdheden. Daarom is de gieterij van Enschedé beter geworden. Het moet eerst tien of twaalf menschenlevens gekost hebben, eer komt er geen ve betering in die soort zaken.
4204. De heer Goeman Borgesius: Waarin openbaart zich, ook bij jongens, het eerst het schadelijke voor de gezondheid?
A. In misselijkheid.
4205. V. Is het werk ook schadelijk voor de borst?
A. Bij jongens merkt men daar zoozeer niet van. maar op een leeftijd van ongeveer 30 jaar - dat hangt natuurlijk van het gestel af - komt het altijd opzetten, hoe sterk men ook is.
4206. Gij hebt er niet zooveel last van als uw kameraden, die boven werken?
A. Ik meen dat u zelf met mij gesproken hebt. Wij hebben er wel last van, maar de gieters hebben het 't ongezondste. De anderen hebben wel dezelfde atmosfeer in te ademen, maar toch eenigszins afgekoeld. Zoo'n pot met specie staat den geheelen dag op het vuur en dat is gloeiend. Nu kan men dat wel niet zien, maar er is altijd een loodwalm boven, en de man die den geheelen dag daar boven staat ademt dat in.
4207. V. Gij hebt straks gezegd dat 50 jaar reeds oud was voor een lettergieter. Waar blijven dan uw versleten kameraden? Hoe gaat het daarmede?
A. Tegen dien tijd gaat men dood.
4208. V. Maar vóór men dood gaat wordt men dikwijls ziek. Krijgen nu die zieke werklieden eenige ondersteuning van de patroons?
A. In den laatsten tijd gaat dat ook bij gratie. Wanneer een gezel ziek wordt en hij staat op een goeden voet met den meesterknecht, dan gebeurt het wel eens dat hij f5 schadevergoeding krijgt. Maar als het een gezel betreft, die den meesterknecht aandurft, die hem durft te zeggen, dat hij dingen doet die hij niet behoorde te