Apollo,s kermis-gift aan de Haagsche vermaaks-gesinde jeugd. Deel 1
(1750)–Anoniem Apollo's kermis-gift– Auteursrechtvrij
[pagina 19]
| |
Net gelyk een blad,, Door de wind gevat,
Word nu hier, en dan weer daar gevat,
Zoo word ik, Vol van schrik
Gestadig omgevoerd.
'k Ben nu vry, Dan zie 'k my
Eens weder vast gesnoerd
Aan het minnenet, Want myn Herderin,
Voed met hoop en vrees myn min.
2. Maar gelyk een boom,
Groeyend sonder schroom,
Met zyn klaterende blaren aan een waterstroom.
Maar geluk een boom,, Groeyend sonder schroom
Aan de kant van eenen waterstroom
Dus zoo groey, Dus zoo bloey
Ik vol moed en vol trots,
En myn hert, Draagt de smert
Als een harde rots.
Ik bemin tog trouw, Schoon myn Herderin,
Voed met hoop, en vrees myn min.
|
|