Het Antwerps liedboek. Deel 1. Teksteditie(2004)–Anoniem Antwerps liedboek– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 437] [p. 437] 195 Een nyeu liedeken [Commentaar] 1 In junius den xx dach Den prince van Araengien te velde men sach Met menighen vromen lantsheere. De Ghelderse verstoordi sonder verdrach, Hi behaelden daer oock prijs ende eere. 2 Des princen meynen was op dat pas, Hensberch te victalieren ras; Hi de alle monucie bereyden. Wie dat ruyter noch lantsknecht en was, Moeste uuten Bourgoensen legher scheyden. 3 De Gelderse quamen tegen der nacht, En hebben eenen losen alarm gewracht, Met ontrent vijfhondert peerden, Mer de Bourgoense, zeer wijs bedacht, Dorstense wel aenveerden! 4 Smorghens ontrent dagheraet Is den prince getrocken met sinen staet, Met vijfthienhondert peerden, Daer overste af was, my wel verstaet, Grave Willem van Vorstenborch van weerden. 5 Als die Gelderse dat vernamen, Dat die Bourgoense anequamen Met die victaillewaghens ghepresen, Met dry slachoorden sach mense versamen, Uut hen cuylen quamen sy midts desen. 6 De prince viel die Gelders dapper an Ende haer schade van menighen man, Ten cost die Bourgoense niet verdrieten. Veel van den boeren sach men alsdan Het bloet over die schoenen vlieten. [pagina 438] [p. 438] 7 Die van Hensberch zijn ooc uutghesprongen En hebben onder den hoop geclongen Met bussen ende cortouwen. Si hebben die Geldersen so bedwonghen, Si en mochtent daer niet langher houwen. 8 Die Geldersen vernamen dit rumoer, Dat daer wert versleghen so menighen boer, Al van die Bourgoense knechten. Si riepen: ‘Gelt, gelt, dou vertwijfelde loer, Of wy en willender ja niet vechten!’ 9 Van gelt en was daer geen gherucht, Voor de Bourgoense hadden sy ducht, In Wassemborch zijn si gheweken. Na Rueremunde namen sy ooc de vlucht, Die Bourgoense volchden op haer streken. 10 Pauwellioenen, tenten en victaille net, Met xv groote stucken, reyn opgheset, Buspoeyer en daertoe clooten Hebben de Bourgoense met beckenelen gescept. Ten heeft haer niet verdroten! 11 God en den Heere Sint Andries Die wil bewaren dat Gulden Vlies Voor alle verraderyen, Voor hinder of schade of eenich verlies, Nu en tot allen tijden. Vorige Volgende