40 Ick wil te lande rijden
AL LXXXIII
Lit.: Kalff, p. 77; FvD I, p. 37; Koepp, p. 72; He, p. 65 (tekst), p. 197 (aant.); Meier I, p. 1.
Ballade. Na drieëndertig jaar keert de oude veldheer Hillebrant terug naar Barnen, waar hij zijn vrouw Goedele heeft achtergelaten. Men waarschuwt hem dat de grens wordt bewaakt door de jonge Hillebrant, zijn zoon. Als hij die groene gaerde (het gebied rond zijn kasteel) binnenrijdt, komt hij tegenover zijn zoon te staan. De jonge man beledigt hem, zodat een gevecht onvermijdelijk is. De oude Hillebrant weet de overwinning te behalen en spaart het leven van zijn zoon als deze zich bekend maakt. Om de jonge Hillebrant voor schande te vrijwaren, laat hij zich als gevangene door hem meevoeren naar het kasteel. Daar aangekomen leidt de zoon de grijsaard naar de ereplaats aan tafel, naast vrou Goedele. Haar verbazing maakt plaats voor vreugde als de vreemde gast haar echtgenoot blijkt te zijn. - In deze Middelnederlandse versie van het ‘jongere Hildebrandslied’ klinkt een verre echo na van gebeurtenissen die zich in de vijfde en zesde eeuw hebben afgespeeld in Noord-Italië. De herinnering aan de Oostgotische vorst Theoderik de Grote (Diederik van Bern) leefde eeuwenlang voort in sagen en epische liederen waarin de historische feiten geleidelijk aan steeds meer vervormd, geheroïseerd, werden weergegeven. Uit de achtste eeuw dateert een Oudhoogduits lied waarin Hildebrand, een veldheer van Theoderik, de centrale figuur is. Waarschijnlijk had dit lied (het slot ervan is niet bewaard) een tragische afloop: de vader is aan zijn eer verplicht een gevecht met zijn zoon aan te gaan en hem te doden. In jongere versies, met name in de Oudnoorse Thidrekssaga uit de dertiende eeuw, heeft dit tragische slot plaatsgemaakt voor een verzoening tussen vader en zoon. Een nòg jongere bewerking, in balladevorm, wordt vertegenwoordigd door Hoog- en Nederduitse, Deense en Nederlandse versies. De tekst in het AL, die een aantal archaïsche trekken heeft bewaard, berust
misschien op een Nederduits origineel. - Een adequate commentaar bij deze ballade zou vele bladzijden vergen; wij hebben ons bij de toelichting tot de voornaamste aspecten moeten beperken.
1:1-8 Hillebrant wil na een lange afwezigheid naar Barnen terugkeren. - 1:1 te lande rijden (druk rijde): ‘naar mijn land terugkeren’. In het oude Hildebrandslied wordt verhaald dat Diederik van Bern (= Verona) met zijn veldheer Hildebrand door Odoaker uit hun land zijn verdreven, waarna zij hun toevlucht hadden gezocht aan het hof van de Hunnenkoning Atilla. -
|