Het Antwerps Liedboek. 87 Melodieën uit 'Een schoon liedekens-boeck' van 1544. Deel 2. Commentaar

[p. 104]

71 Trueren moet ick nacht ende dach
AL CXLVII

Lit.: FvD I, p. 684; MM, p. 186.

Bronnen:
Sl 75 Na de wise Trueren so moet ick nacht. &c.

God is be - kent int Joedt - sche lant
Hooch is zijn naem ghe - re - - sen
Al - daer so is zijn vre-de wel ghe - plant
Sijn wo - ning is Sy - on ghe- pre - - sen
Daer woont zijn God-de- lij - cke ma - ie -
steyt. Hy is daer-men zijn eer ver - breyt.
Daer wil hy int mid- den we - - sen.

DEPB CXXXIII (Sch., p. 164). Dit liedeken gaet op die wise alsoot beghint.

True-ren so moet ic nacht en - de dach En - de

[p. 105]

 

li - den swaer ver - lan - ghen Om een die ick niet

 

sien en mach Si hout mit hert be - uan - gen Och si is

 

moe-der en-de ma-get fijn Och wou-de sy mijn-der ghe -

 

na- dich sijn So en waer ic niet be - gan - ghen

De sleutels zijn onduidelijk; men kan het lied ook in F lezen, maar geen van beide lezingen is geheel betrouwbaar.

Als stemopgave verschijnt het lied in het 15e-eeuws Hs Berlijn MG 8^o 185, p. 88.