Alfa-Nieuws. Jaargang 8
(2005)– [tijdschrift] Alfa-nieuws– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 17]
| |
Geachte Mevrouw Verdonk,Bij de afsluiting van het project ‘Wonen in de buurt’, waarin zowel voor ouderparticipatie als voor maatschappelijke participatie een groot aantal competenties aan bod is gekomen, hadden we een fototentoonstellinggeorganiseerd over ‘Veilig wonen in Tilburg Noord’. De cursisten ontvingen de gasten, leidden hen rond, hadden voor enorme hoeveelheden koekjes gezorgd, beheerden de bar en schonken Turkse en Marokkaanse thee, die ze aanboden aan het bezoek. Bij het afscheid kreeg iedere bezoeker een zelfgeplante zonnebloem mee naar huis om de wijk op te vrolijken. Anisa, een cursiste, kwam binnen met een enorme bos bloemen. Op zich allemaal nog niet meteen een reden om u een brief te schrijven. Ani sa is een vrouw van 58 jaar uit Somalië. Ze heeft nog nooit enig onderwijs gevolgd in haar eigen land en is zeer langzaam lerend. Ze is trouw alle lessen aanwezig. Anisa 58 jaar
| |
[pagina 18]
| |
Bedankt Nederland voor allez dat ik mag leeren.
In een spreekies waar de weg vragen en wijzen onderwerp van gesprek was, ging iedereen links af bij rotondes, rechtsaf bij stoplichten en rechtdoor bij een kruispunt. Voor Anisa waren de woorden en de begrippen rechts en links een hele klus. Na een hele les op allerlei manieren oefenen beheerste ze deze woorden en begreep ze ook wa ze betekenden. Zo ging het ook met het opgeven van de leeftijd; een hele les geoefend in de tijd dat de overige cursisten alle personalia onder de knie kregen. Als huiswerk kreeg ze mee om in de cadans van haar rustige tred, haar leeftijd te oefenen. De volgende keer kwam ze stralend op school en riep van verre: ‘58’ Anisa leert dus wel, maar zeer langzaam. A1-min, het spijt me, maar het is nog echt niet zover. Er is hier echter geen sprake van onwil of laksheid. Toen ze de bloemen aan me gaf, dacht ik dat die voo alle docenten waren. Ze had er een kaartje aangehangen, geholpen door iemand aan wie ze kon melden wa er op het kaartje moest komen en die wel kon lezen en schrijven. Toen ik het las, begreep ik dat de bloemen niet voor mij en mijn collega's waren, maar voor u en uw collega's.
Wat Ik aan de hand van het voorbeeld van Anisa wil zeggen, is dat er een dilemma is. Ik ben het met u eens dat er eisen gesteld worden ten aanzien van inburgering. Ik ben het met u eens dat deze eisen zowel de taal als kennis van de samenleving bevatten. Ook ik denk dat voorbereiding in eigen land een zinvolle zaak is. Maar de diver siteit van de groep maakt het moeilijk om met één eis en één examen af te ronden. Bij het lezen van het kaartje werd ik me bewust van het feit dat, daar waar wij vinden dat er niet of nauwelijks geleerd wordt, Anisa van haar kant vindt dat ze veel leert en dit leren als zeer positief ervaart.
De vraag hierbij zou moeten zijn: op welke manier kunnen aan analfabete, zeer laagopgeleide inburgeraars zinvolle en haalbare eisen worden gesteld voor inburgering? Anisa is hierbij geen voorbeeld van het gemiddelde niveau van deze groep, maar ook zij bestaat. Voor de hele groep blijft gelden, dat toe gespitste eindtermen noodzakelijk zullen zijn. Op welke manier kunnen zij bewijzen maximaal deel te nemen aan de samenleving? Er zou gezocht moeten worden bij welke vorm van onderwijs de beste resultaten worden geboekt. Dat is pas mogelijk als relevante en haalbare eisen gesteld worden. Maatwerk ook in de inburgering lijkt noodzakelijk voor het slagen ervan. En daar zou dus verder over doorgedacht en doorgesproken moeten worden.
willemijn stockmann |
|