dat mijn derde leerling weer veel minder eenduidig was.
Het allermoeilijkste is de middenklank. En als we a naast aa auditief gaan oefenen hebben ook veel leerlingen die geen syntheseprobleem hebben, wel moeilijkheden. Vooral ee - ei - e - leveren veel vergissingen op.
Toen de begin en eindletters redelijk gingen, werd het tijd voor de aanpak van het echte probleem: het synthetiseren oftewel het ‘plakken’ van de letters tot een woord. Als de leerling niet kan plakken kan hij niet zelfstandig tot het vormen van een woord komen. Erick bijvoorbeeld is zeer gemotiveerd en kan inmiddels misschien wel 100 woorden lezen. Maar die leest hij globaal, hij leert ze eigelijk uit zijn hoofd. leder nieuw woord moet eerst voorgezegd, nagezegd, opgeschreven en geoefend worden. Pas na dat hele instamp-procédé kan hij weer verder.
Ik dacht: ‘Als het met die synthese niet wil lukken, dan pak ik de analyse aan.’ Ik heb de Botjes (van Zwijssen, helaas niet meer in de handel) ter hand genomen. Daarvan had ik alle deeltjes al eerder op cassette **) ingesproken en waren bij al mijn zwakkere leerlingen met redelijk succes doorgelezen. Ook Erick was tot boekje zeven gekomen.
Ik heb de woorden zonder spatie achter elkaar getypt. Zo:
keesenmiepzijnopschool
Erick schrijft de zin met spaties op de lijn ernaast. Eventueel met behulp van de cassette*). Voor hem is het zinnig omdat deze wijze van werken een gevoel van volgorde van links naar rechts kan bewerkstelligen. (zie de leesorthotheek van de leessleutel, Malmberg). Als hij nu goed leert een zin te analyseren kan hij misschien daarna een woord analyseren? Dus dan zou ik de woorddelentruc uit de kast kunnen halen. Want dat is uiteindelijk waar we heenwillen, nietwaar? Dat onze ogen van langs tekens links naar rechtsschuiven en dat onze mond op hetzelfde moment de bijbehorende klanken produceert.
Dit ging goed. Prima zelfs! Maar voor de woorddelen bleek hij nog steeds te weinig Nederlands te beheersen. Dus toen bedacht ik dit: weer auditief discrimineren.
Al gauw kwam ik bij allerlei niet-bestaande woorden terecht, maar dat moest dan maar. Erick redde dit niet. Dat eerste nog wel, maar toen
kalm - klam
klok - kolk
park - prak
aan de orde kwam was hij verloren. Hij was er hartbrekend verdrietig van, maar hij kreeg het niet voor elkaar. Echter, een paar andere leerlingen met auditieve synthese problemen was het resultaat verbluffend! Vooral een Chinese jongen kon hierna heel vlot de boekjes van Lezen doe je overal aan. Ik ga dit idee vast en zeker verder uitwerken en uitproberen!
*) Los van de synthesproblemen had ik van de Botjes ook al gatentekstboekjes gemaakt. En dan volgt hier een handige tip: het inspreken van zo'n bandje is toch altijd veel werk. Wel op deze manier kan ik hetzelfde bandje drie keer gebruiken!